Verhuizen voor schone lucht
Toen ze nog in de Randstad woonde, was Christien zo benauwd dat ze zichzelf niet eens kon aankleden. Als ze in het ziekenhuis belandt met hartklachten, doordat het zuurstofgehalte in haar bloed veel te laag is, is de maat vol. Ze verhuist naar een plek met meer lucht, 1300 kilometer zuidelijker. In de Spaanse Pyreneeën krijgt ze eindelijk weer lucht.
“Toen ik op de eerste hulp terecht was gekomen, besefte ik dat ik een keuze had die veel mensen met ziektes als kanker niet hebben. Ik kon ontsnappen aan mijn ziekte door te verhuizen naar een plek waar de lucht nog schoon is.”
“Inmiddels woon ik vijf jaar in Neril, in de Spaanse Pyreneeën. Soms ga ik twee weken terug naar Nederland. Langer houd ik het niet vol, dan zijn mijn longen helemaal verkrampt en word ik te benauwd. Toch doe ik het. Even genieten van alles in Nederland en mijn gezin en soms nog wat vrienden en familie bezoeken. Mentaal opladen, noem ik het. Als ik daarna weer terug ben in de bergen, komt er de eerste dagen letterlijk allemaal troep uit mijn longen en hoest ik me een ongeluk. Daarna voel ik dat mijn longen zich langzaam ontspannen en kan ik weer ademhalen.”
Terug bij af
“Steeds als mijn man en ik een weekje naar de bergen in Oostenrijk of Zwitserland gingen, ontdekte ik na een dag of drie dat ik veel meer lucht had. Echt een eurekamoment: ik kon weer diep in- en uitademen. Maar eenmaal terug in Nederland was ik dan weer snel terug bij af.”
“Ik vroeg mijn longarts of verhuizen naar een plek met schonere lucht voor mij goed zou zijn. Een advies met dit soort verstrekkende gevolgen zou hij me nooit zou mogen geven, zei hij, maar eigenlijk wist hij ook geen alternatief. Ik gebruikte al jaren astmamedicatie in een steeds hogere dosis en kreeg het laatste jaar ook immunotherapie, zonder enig resultaat.”
“Eigenlijk had ik geen keuze. In Nederland was ik al lang niet meer de Christien die ik wilde zijn. Een sociaal leven had ik niet meer en mijn werk moest ik opgeven. Zelfs kijken bij de optredens van mijn zoon die in een band speelt, ging al lang niet meer. De rookmachine, de drukte, zelfs het ruiken van iemands parfum was genoeg om weer dagen liggend door te moeten brengen. Ook met je relatie doet het wat als je nooit samen iets leuks kunt doen of ergens heen kunt gaan.”
Domme keuze
“Jarenlang werkte ik bij de gemeente Rotterdam als HR-teamleider, maar dat ging simpelweg niet meer. Ik kon ’s middags geen vergaderingen meer inplannen, omdat ik aan het eind van de dag nauwelijks nog kon praten. Ik kon dan alleen nog maar fluisterend halve zinnen uitbrengen.”
“Ik besloot ontslag te nemen en voor mezelf te beginnen als HR-adviseur. Dan zou ik fijn mijn eigen tijd kunnen inplannen en zo rust en werk beter kunnen afwisselen. In theorie klonk dit mooi, maar in de praktijk kwam van dat eigen bedrijf niets meer terecht. Toen het moeten presteren op mijn werk bij de gemeente wegviel, leek het wel of de astma in alle hevigheid naar buiten kwam. Alsof alles wat ik daarvoor jaren had onderdrukt nu naar buiten kwam. Ik zat twee jaar lang als een dood vogeltje thuis op de bank.”
“Recht op een uitkering had ik niet. Ik had immers zelf mijn mooie baan bij de gemeente opgezegd. Achteraf natuurlijk een heel domme keuze. Helemaal omdat door de economische crisis mijn man met zijn eigen bedrijf in de bouwsector ook in zwaar weer kwam te zitten. Ook zijn inkomen was geen vetpot.”
“En toen kreeg ik die hartklachten. Het was de druppel die de emmer deed overlopen. Ik zag maar één uitweg: verhuizen naar de bergen, waar de lucht veel schoner is dan hier in Nederland, laat staan in de Randstad. Mijn man stond er heel praktisch in. Hij zei: ‘Laten we blij zijn dat je een keuze hebt en dat we nu leven en niet vijftig jaar geleden, zonder internet en mobiele telefoons.’ Mijn zoon vond het misschien wel het allerergst van ons drieën.”
De verhuizing
“Ondanks dat de beslissing was genomen, was het nog een hele puzzel om het financieel rond te krijgen dat ik naar het buitenland kon vertrekken. Dat het gelukt is, heb ik te danken aan mensen uit onze omgeving die met ons meeleefden. Van hun kleine giften kon ik de huur betalen. Eerst van een huisje hoog in de Zwitserse Alpen, toen in de Duitse Harz, de Franse Pyreneeën en uiteindelijk kwam ik hier in Neril in Spanje. Ik woon nu in een klein, authentiek bergdorpje op ruim vijftienhonderd meter hoogte aan de Spaanse kant van de Pyreneeën. Hier was ik eindelijk op de goede plek. Mijn longen kwamen tot rust en ik kon na al die jaren letterlijk weer ademhalen. Elke dag probeerde ik een stukje verder te lopen en elke dag voelde ik dat ik sterker werd.”
“En toch was het heel heftig. Daar zat ik, boven op een berg, in een klein dorpje met slechts twintig inwoners, met wie ik nauwelijks kon communiceren omdat ik nog geen Spaans sprak. Elke dag voelde ik dat mijn lichaam sterker werd, maar verder … Boven op de berg heb ik keihard staan schreeuwen: ‘Ik wil dit niet! Waarom moet dit?!’”
Alleen op de berg
“Ik voelde me er zo alleen. Iedereen moest ik missen. Mijn man, mijn kind, familie en vrienden. We konden soms alleen maar even bellen. Vijf minuten maar, want langer was veel te duur. Een internetverbinding had ik in mijn eigen huis toen nog niet. Het heeft me elf maanden gekost om dat geregeld te krijgen. Om mijn man of zoon toch via Skype te kunnen zien, ging ik soms naar het dichtstbijzijnde dorp, waar een pc stond met internetverbinding. Dan konden we elkaar spreken én zien.”
“Ik was altijd best een zelfstandige vrouw, maar ik heb me hier op de berg echt heel eenzaam gevoeld. Natuurlijk kon ik appen met vrienden en contact onderhouden via Facebook, maar dat versterkte vaak juist mijn eenzame gevoel. Ik zag ieders leven verdergaan en ik zat daar maar, alleen op de berg. Appjes kunnen ook heel anders overkomen dan ze in werkelijkheid bedoeld zijn, dan maalde ik maar door over wat erin stond. Ik had gewoon ook veel te veel tijd om me daar druk over te maken.”
Twinkelingen in mijn ogen
“Gelukkig veranderde dit langzaam. Lichamelijk kreeg ik steeds meer energie en die kon ik steken in Spaans leren en contact leggen met mijn dorpsgenoten. Ik maakte nieuwe vrienden en een van hen nam me op sleeptouw om El Turbón, een berg van 2500 meter hoog hier in de buurt, te beklimmen. Het was enorm zwaar, maar ik haalde het. Ik, die in Nederland nog geen ei kon bakken zonder daarna uitgeput te zijn, kon hier letterlijk een berg beklimmen! Op de top kwamen de tranen. Ditmaal van blijdschap. Het was zo onwerkelijk.”
“Een ander hoogtepunt dat me altijd zal bijblijven, is de eerste keer dat ik bij het dorpsfeest was en er helemaal bij hoorde als één van de inwoners van het dorp. Ik besefte dat ik weer leefde, dat ik weer meetelde.”
“Ook mijn man en mijn zoon zagen me veranderen. Acht maanden nadat ik in Neril was komen wonen, waren mijn man, zoon en schoondochter bij me. Mijn man zei: ‘Ik heb mijn oude Chrisje weer terug.’ Hij zag weer twinkelingen in mijn ogen. We zijn met zijn allen uit eten geweest om mijn herwonnen gezondheid te vieren. Toen we die week samen een wandeling maakten, vroeg mijn zoon steeds aan me: ‘Mam, moeten we echt nog niet terug? Weet je zeker dat je het volhoudt?’”
Longvriendelijk logeerhuis
“Toen ik nog in Nederland woonde, had ik gewild dat er een plek was waar je als astmapatiënt op adem kunt komen. Zo’n plek bied ik nu aan anderen. In mijn huis heb ik twee longvriendelijke gastenverblijven gemaakt waar mensen met astma – maar bijvoorbeeld ook met een burn-out, of simpelweg rustzoekers en bergwandelaars – kunnen verblijven om te profiteren van de rust en de gezonde berglucht. Ik zie nu bij mijn gasten soms hetzelfde gebeuren als bij mij: ze krijgen kleur op hun wangen en ervaren hoe het is om weer vrijer te kunnen ademen. Dat ik hen dat kan laten ervaren geeft extra zin aan mijn leven hier.”
“Natuurlijk zou ik willen dat ik de keuze had om te kunnen wonen waar ik wil, zonder rekening te hoeven houden met mijn astma. Toch heeft het moeten verhuizen naar de bergen me ook veel gebracht. Zelfs mijn man en ik zijn misschien nog wel meer met elkaar verbonden dan toen we nog gewoon bij elkaar woonden. We hadden door alle tegenslag ook zomaar uit elkaar kunnen gaan, maar dat is niet gebeurd. We facetimen dagelijks op onze mobiel en wie weet kan hij over een paar jaar ook in Spanje komen wonen.”
“Als ik iets geleerd heb in de bergen, is het wel relativeren. In Nederland maakte ik me vaak enorm druk over dingen, maar hier in de bergen verloopt het leven in een trager tempo. Je hebt hier nauwelijks prikkels, alleen maar de natuur. Als ik dan ’s ochtends met mijn hond, voor wie ik gelukkig niet allergisch ben, naar buiten loop, prijs ik mezelf gelukkig dat ik vijf jaar geleden deze stap genomen heb.”
Wie: Christien van den Berg (53) is getrouwd met Henk Jan en moeder van Henri (27). Vanwege zware allergische astma verhuisde ze vijf jaar geleden naar de Spaanse Pyreneeën.
Lees meer over Christiens’ longvriendelijk logeerhuis met twee gastenverblijven in de Spaanse Pyreneeën op www.guesthouse-recover.com