Iedereen wil geestelijk groeien. Maar wie spiritueel groeit, gaat vaak zo zweven. En dat is juist niet de bedoeling, want geestelijke groei is aards, betogen de deskundigen in dit artikel. Groeien kan alleen in een gezond lichaam. Pak daarom ploeg, mest en water, want we gaan groeien.
Ploegen – Met de handen in de aarde
Veel spirituele stromingen ontspruiten aan denkbeelden waarbij verbanden worden gelegd tussen jou en mij, de sterren en planeten, de bloemen en het eekhoorntje in de boom. Overal is vrede en iedereen is ‘zen’. Utopia. Maar – bereiken we vanuit Utopia persoonlijke groei?
“Veel mensen die geestelijk willen groeien, beginnen aan de verkeerde kant van de ladder,” stelt Anna Kruyswijk. Kruyswijk was voorheen orthomoleculair/natuurarts en is oprichter van Jouw Voeding, een organisatie die ondermeer cursussen geeft over voeding en gezondheid. “Ze houden zich met grootse denkbeelden bezig. Maar omdat ze daarbij veel stappen overslaan, gaan ze zweven.”
Geestelijk groeien is volgens haar juist klein, dichtbij en vooral alledaags. “Het betekent goed zorgen voor je gezondheid”, verduidelijkt Kruyswijk. “Je huis aan kant houden, er zijn voor je gezin, iets goeds doen voor de buurt.” Denk klein, wordt groots.
Wie wil groeien, moet eerst een gezonde bodem creëren. “Vergelijk het met een boom. Die kan zijn takken alleen tot de hemel laten reiken wanneer het wortelstelsel onder de grond net zo groot en krachtig is als het deel boven de grond. Met de mens is het net zo. Je moet goed geaard zijn om geestelijk te kunnen groeien. Anders val je om.”
Ineens krijgt spiritualiteit een heel aards karakter dat aansluit bij ons leven van alledag. De wereld die bestaat uit files, ruzie in de familie, haast, stress en slecht eten. Juist in die alledaagse chaos schuilt ‘de weg naar verlichting’, zeggen de deskundigen die we raadplegen. Wie goed geaard is, begint niet met levensvragen als ‘wie ben ik?’of ‘wat doe ik hier?’, hij of zij start met het contact maken met de aarde.
Kruyswijk: “Het maakt niet uit of mensen een Boeddhistisch klooster ingaan of een nonnenklooster; allemaal leggen ze dezelfde leerweg af. Ze beginnen met gangen schrobben of onkruid wieden. Dat is niet zo maar. Wie lichamelijk bezig is, maakt verbinding met de aarde, maakt verbinding met zichzelf. Je loopt tegen grenzen op en ontdekt hoe je daarmee kunt omgaan.”
De beste manier om te aarden, is letterlijk te aarden. Tuinieren. De aarde heelt. “Dat zie je ook aan kinderen met gedragsstoornissen die tuinieren. Ze knappen op van wroeten in de aarde.”
Met de handen in de aarde, maak je je eigen grond rijp voor geestelijke groei.
Eerst vredesluiten, dan zaaien
Oké, de aarde is omgeploegd. Kan ik dan nu gaan zaaien? Nee, niet te snel, waarschuwen de deskundigen. Eerst spiegelen.
“Spirituele bewegingen zoals New Age blijven vaak hangen in idealen. Het is de kunst om verbinding te maken met het echte leven”, zegt Kruyswijk.
Sonnevelt (coach van ‘Gewoon gelukkig’ )is het daarmee het mee eens. “Veel mensen stellen spiritualiteit gelijk aan af en toe mediteren. Het wordt gebruikt als vlucht van de werkelijkheid. Maar hoe spiritueel ben je als je een geestelijk goeroe volgt ten koste van je zieke man? Geestelijke grootheden gaan het leven vol aan en omarmen daarbij alle vreugde, pijn en verdriet die op hun pad komt. Zelfs iets eenvoudigs als griep zullen ze niet snel wegslikken, omdat ze vertrouwen dat dit een louterend proces is.”
“Alles wat gebeurt, heeft betekenis”, bevestigt Kruyswijk.
Sonnevelt: “De wereld, dat ben jij op kleine schaal.”
Kruyswijk legt uit: “In zijn gevangenschap kwam Nelson Mandela er achter dat hij vrede in zichzelf moest vinden voordat hij dat aan Zuid-Afrika kon geven. Die betere wereld begint écht bij jezelf, maar dan moet je wel naar je eigen oorlog durven kijken. Hoe? Door te spiegelen. Vraag jezelf af: hoe reageer ik in stressvolle situaties? Ben je in oorlog, dan heb je nog huiswerk te doen.”
“Ik kan mijn eigen oorlog beter tackelen sinds ik de regel hanteer dat ik pas mag oordelen als ik het zelf helemaal goed doe. Wanneer iedereen dat zou doen, zou het heel wat stiller worden. En nog een belangrijke; leef je eigen voorbeeld. Heb je Nelson Mandela als inspiratiebron, probeer dan net als hij elke dag vreedzaam te leven.”
Reflecteren bestaat uit vragen als wat denk ik, wat voel ik? Het is kijken wat achter de emotie zit. Maar hoe zit het met de wereldvrede als ik alleen met mezelf bezig ben? Kruyswijk: “Wat gebeurt er als je geraakt wordt door ellende in Timboektoe waar je niet direct iets aan kan veranderen? Je voelt je machteloos. Gefrustreerd. De ontwikkeling die jij doormaakt, is een weerspiegeling van wat er in de samenleving gebeurt. Deze processen zijn met elkaar verbonden. Dus die betere wereld begint bij jou, bij vrede in jezelf. De wereld volgt wel. Vertrouw op jezelf. Want je hebt alleen jij. Al het andere is onzeker.”
Groei begint dus met een spiegel. Eet ik wel gezond? Beweeg ik elke dag? Sluit ik vrede met anderen? Nu ben ik pas aan het zaaien.
Aandacht is voeding
Hoe weet ik of mijn groeizaadje wel levensvatbaar is? Door te kijken naar je lijf, stellen de deskundigen. Ons lichaam is de beste barometer.
“Hoe slaap je? Wat eet je? Op welke manier beweeg je; stram, soepel of gecontroleerd?”, zegt Sonnevelt. “Ga de connectie aan met je lichaam en luister naar wat het te vertellen heeft. Lukt dat niet? Kijk dan om je heen. Naar je huis, auto, bureau. Ruikt alles fris, is het opgeruimd? Of is het juist een puinhoop? Als je te onrustig bent om in stilte met jezelf te zijn, zie je dat vaak terug in de materie.”
Kijk letterlijk naar je lijf, zegt ook Kruyswijk. “Velen van ons hebben geleerd dat lichaam te negeren. Hoeveel kinderen moesten van hun ouders hun melk opdrinken, terwijl ze daar een hekel aan hadden? Die weerzin was een aanwijzing dat het lichaam er niet goed tegen kan. Het is belangrijk je kind daarin te respecteren. Door dit serieus te nemen, zeg je indirect dat je zoon of dochter zichzelf serieus mag nemen. Zo creëer je lichaamsvertrouwen, waardoor een kind aanvoelt wat goed is voor hem. Lichamelijk, maar ook geestelijk.”
Wat als je die opmerkzaamheid niet hebt meegekregen? Kruyswijk: “Dat kun je prima zelf ontwikkelen. Voeding is een tastbaar uitgangspunt. Eten maakt moe, boos, gelukkig of je krijgt er buikpijn van. Vaak merk je direct effect. Mensen kunnen enorm opknappen als ze een tijdje bijvoorbeeld geen tomaten of tarwe eten. Maar dan moet je wel de tijd en rust nemen om naar dat lijf te luisteren. Stel je lichaam geeft aan dat het verlangt naar een zak met Mars. Vraag jezelf dan af: is dit een gewoonte, een behoefte of een verslaving? Je moet achter de emotie zien te komen.”
Sonnevelt vult aan: “Een verslaving is vaak een manier om de leegte niet te hoeven voelen. Maar juist in de leegte zitten wijze lessen.”
De connectie aangaan met lichaam én geest (emotie) is respectvol met jezelf omgaan en jezelf serieus nemen. Vervolgens kun je, aldus Kruyswijk, jezelf verdiepen in wat gezond is in zijn algemeenheid en uiteindelijk gaan voelen wat goed is voor jou persoonlijk. “Kijken, herkennen, oplossen.”
Maar alles begint met opmerkzaam worden. “Daar hoef je niet continu mee bezig te zijn. Een moeder houdt haar kinderen ook niet de hele dag stevig vast op schoot. Toch heeft ze altijd voeling met haar kinderen. Zo zou je ook voeling met jezelf moeten hebben.”
Geestelijke groeien is vanaf dan een kwestie van koesteren. Koester dat lijf. Kijk naar de emotie en alles wat ze te vertellen heeft. Een plant heeft ook niet genoeg aan aarde alleen, hij heeft aandacht nodig.
Een dagelijkse dosis mest
Je lichaam is de basis: de grond waarop je geestelijk groeit. Maar wat is de beste mest? Dankbaarheid.
“Veel mensen die spiritueel willen groeien, zijn continu onderweg. Ze zijn zo aan het zoeken dat ze niet zien wat voor moois er nu is”, stelt Sonnevelt. “Daardoor creëer je stilstand. Spiritualiteit is schoonheid ervaren in het allerkleinste. Je moet dat leren zien. Voel de ontluikende lente. De zon in je gezicht, de wind die met je haren speelt. Wanneer je dat ten volle ervaart, doet gisteren er niet toe en morgen ook niet. Er is alleen nu. Daar begint alles.”
Dat besef is volgens Sonnevelt essentieel. “Mensen die geestelijk iets zoeken, beginnen meestal vanuit het gevoel dat ze iets missen. Oftewel; vanuit ontevredenheid. Dat is haast het tegenovergestelde van spiritualiteit en geestelijke groei. De beste remedie: Create an attitude of gratitude. Door dankbaar te zijn voor alles wat je hebt, word je vanzelf een tevreden mens. Ikzelf vind daarom het christelijke gebed zoiets moois. Het geeft je elke dag een moment waarop je bewust stilstaat bij alles waarvoor je dankbaar mag zijn.”
Bewateren is loslaten
We zijn een heel eind: we hebben geploegd, gezaaid, gemest en waar een gezonde bodem nu niet zonder kan, is water. Loslaten is voor geestelijke groei even belangrijk als water voor een zaadje.
Het loslaten noemt Sonnevelt zelfs de ‘ultieme spiritualiteit’. “Nederland is het best verzekerde land ter wereld. We willen zekerheid. Maar de enige zekerheid die je hebt, is dat alles verdwijnt. Als je durft te leven in onzekerheid, ben je vrij. Vrij van angst. In de praktijk haken veel mensen op dit punt af, omdat ze het gevoel hebben veel te moeten opgeven. Maar loslaten betekent niet dat je bijvoorbeeld geliefden aan hun lot overlaat. Je hebt de ander juist nodig om te groeien. Het enige wat je mag laten vallen, is het beeld dat je vandaag hebt van je geliefde. Morgen kan alles anders zijn. Treed daarom elke ochtend je dierbaren tegemoet alsof je ze voor het eerst ontmoet.”
Kruyswijk lijkt een behoorlijk geoefende ‘loslater’. “Ik ben niet iemand met een missie, maar laat me leiden door wat het leven brengt. Die houding heeft me veel vrede gebracht. Het betekent dat ik vertrouw dat het goed is, wat er ook gebeurt. Dat maakt het leven zo veel eenvoudiger.”
Durf los te laten. Want als je vrij bent van verwachtingen en angsten, is het leven een groot avontuur en daarmee begint een geestelijke ontdekkingstocht.
Groei met het hart als kompas
En, groei ik al een beetje? “Iedere dag vorm je jezelf opnieuw”, meent Kruyswijk. “Letterlijk. Want elke dag vernieuwen zich een aantal lichaamscellen, waardoor je na verloop van tijd een compleet nieuw mens bent.”
We zijn in die zin niet de personen die we denken te zijn, maar we kunnen worden wie we echt zijn. Kruyswijk: “Wat ons tegenhoudt, zijn overtuigingen zoals ‘dat kan ik niet’ of ‘daar heb ik geen geld voor’. Die overtuigingen kunnen beperken. Om een voorbeeld te geven: onlangs zijn er stammen ontdekt die onderling contact onderhouden via boodschappers. Deze boodschappers zijn de oudste mensen van het dorp. De stammen geloven dat bejaarden de beste conditie hebben. Compleet tegengesteld aan onze overtuiging. Die oude mensen rennen dus nog tot op hoge leeftijd rond, terwijl de jongeren rustig wachten tot ze in hun kracht komen. In onze samenleving besluiten sommige mensen dat ze te oud zijn om te veranderen. Daarmee ontnemen ze zichzelf van de dynamiek van het leven.”
Leven is leren. En welke keuzes je ook maakt, volgens Kruyswijk is er geen verkeerde weg. “Fouten zijn je lesgeld. Ze zijn alleen maar ‘erg’, omdat jij er dat etiketje opplakt.”
Bij geestelijk groeien is er geen goed of fout. En zodra er iets moet, dan is het geen spiritualiteit meer, zegt Sonnevelt. “Geestelijke groei vraagt niet meer dan je kunt opbrengen. Je lichaam is de beste referentie om te weten of je goed bezig bent. Ik gebruik het hart als kompas. Onrust in het hoofd vertaalt zich direct naar onrust in het hart. Als je de goede keuze maakt, heerst er vrede. Dat voel je. Meteen.”
Marion Derks (44), herder in Ermelo
“Als er ooit een rollator met terreinbanden wordt uitgevonden, vind je me tot het eind der tijden op de heide. Ik heb hiervoor secretaressewerk gedaan, maar toen kwamen de muren op me af. Vanaf het moment dat ik herder ben, is alles op zijn plek gevallen. Een onbeschrijfelijk gevoel. Elke dag met plezier aan de slag. Ik geniet ervan de elementen te voelen; de zomerse hitte, de winterse sneeuwkoude en ja, zelfs de regen. Het is de kunst om het jezelf ondanks alles zo comfortabel mogelijk te maken. Veel mensen denken ‘lekker onthaasten met zo’n kudde’. Maar ik denk dat de meesten gillend gek worden als ze in hun eentje een kudde van vijfhonderd dieren bijeen moeten houden. Je moet als herder echt niet gestrest zijn. Ik heb eerst aan mezelf gewerkt voor ik het vak in ging. De enige reden om eerder terug te gaan naar de schaapskooi, is als de schapen niet meer willen eten en mij lijken te smeken om naar binnen te mogen.”
“Veel mensen denken dat je lekker onthaast met zo’n kudde. Maar ik denk dat de meesten gillend gek worden als ze in hun eentje een kudde van vijfhonderd dieren bijeen moeten houden. Je moet als herder echt niet gestrest zijn. Vanaf het moment dat ik herder ben, viel alles op zijn plek. Een onbeschrijfelijk gevoel. Ik geniet ervan de elementen te voelen; de zomerse hitte, de winterse sneeuwkoude. Ja, zelfs de regen. Ik deed hiervoor secretaressewerk, maar toen kwamen de muren op me af. Als er ooit een rollator met terreinbanden komt, vind je me tot het eind der tijden op de heide.”
Gilbert Verhoeven (38), bosbouwkundige uit Den Bosch
Dagenlang loopt hij door de meest afgelegen bossen om te kijken welke bomen mogen blijven en welke gekapt worden. Zijn grootste uitdaging is een gevarieerd, gezond bos te krijgen. “Mijn moeder heeft wel eens gezegd dat je dit werk niet kan doen zonder een goede thuisbasis en dat klopt. Wanneer ik niet lekker in mijn vel zit, is mijn werk extra zwaar. Dan is het confronterend om de hele dag alleen met jezelf te zijn. Maar over het algemeen voelt het alsof ik door een levend schilderij wandel. De natuur troost, maar heeft ook iets verslavends. Als ik een paar dagen niet in het bos ben geweest, word ik ongedurig. Wat er zo geweldig is aan het bos? Geen boom is hetzelfde. Ze hebben allemaal hun eigen lichaamstaal, daaraan kan ik zien waar hun zwakke plek zit. Het mooie is dat bomen een zelfhelende vermogen bezitten. Ze maken extra hout aan op die zwakke plek, zodat ze vanzelf weer in balans komen. Kicken toch?”
“Mijn moeder heeft wel eens gezegd dat je dit werk niet kan doen zonder een goede thuisbasis. Dat klopt; wanneer ik niet lekker in mijn vel zit, is mijn werk extra zwaar. Dan is het confronterend de hele dag alleen met jezelf te zijn. Maar over het algemeen voelt het alsof ik door een levend schilderij wandel. De natuur troost, maar heeft ook iets verslavends. Als ik een paar dagen niet in het bos ben geweest, word ik ongedurig. Wat er zo geweldig is aan het bos? Geen boom is hetzelfde. Ze hebben allemaal hun eigen lichaamstaal, daaraan kan ik zien waar hun zwakke plek zit. Het mooie is dat bomen een zelfhelende vermogen bezitten. Ze maken extra hout aan op die zwakke plek, zodat ze vanzelf weer in balans komen. Kicken toch?”
Suzanne Kat (27), zorgboerin in Amsterdam
Geboren op de boerderij kan ze zich geen ander leven indenken. “Hier heb je te maken met waar het echt over gaat: geboorte, groei en dood. De levenscyclus.” Ze wist als meisje al dat ze boerin wilde worden, maar moest van haar ouders ‘een vak leren’ en koos voor de zorg. De combinatie is een groot succes, binnenkort krijgt de biologische zorgboerderij – het bedrijf van haar ouders – uitbreiding. Ook hier zullen mensen – jong en oud – komen met uiteenlopende lichamelijke en geestelijke ‘problemen’. “Het is een samenleving op miniatuurformaat. Waar het omdraait is elkaar helpen. Zo weet iemand met de ziekte van Alzheimer bijvoorbeeld niet meer hoe hij konijnenhokken kan uitmesten, iets wat iemand met een lichamelijke beperking prima kan uitleggen. Zo leren mensen hun mogelijkheden te ontdekken. De boerderijdieren vormen daarbij een schakel. Een jongen met ADHD leert dat, als hij zijn tomeloze energie even kanaliseert, hij de kans krijgt een koe te aaien. Dat kan hij in allerlei situaties toepassen. De verbinding mens, dier en natuur blijft boeiend. En al zit ik steeds vaker achter de computer voor mijn werk, ik hoef maar naar buiten te stappen en sta met beide benen in de rust en ruimte van de natuur.”
“Hier heb je te maken met waar het echt over gaat: geboorte, groei en dood. De levenscyclus. Ik ben geboren op de boerderij en wist als meisje al dat ik boerin wilde worden. Toen ik van mijn ouders ‘een vak moest leren’, koos ik voor de zorg. Op deze zorgboerderij komen die twee bij elkaar. Waar het hier om draait, is elkaar helpen. Zo weet iemand met de ziekte van Alzheimer bijvoorbeeld niet meer hoe hij konijnenhokken uitmest, iets wat iemand met een lichamelijke beperking prima kan uitleggen. Zo leren mensen hun mogelijkheden te ontdekken. Een jongen met ADHD leert dat, als hij zijn tomeloze energie kanaliseert, hij de kans krijgt een koe te aaien. Dat kan hij in allerlei situaties toepassen. De boerderijdieren zijn de schakel. De verbinding mens, dier en natuur blijft boeiend. En al zit ik steeds vaker achter de computer voor mijn werk, ik hoef maar naar buiten te stappen en sta met beide benen in de rust en ruimte van de natuur.”
Blijf bij jezelf ~ Denk klein, word groots ~ De wereld, dat ben jij ~ Zorg goed voor jezelf, je omgeving en de ander ~ Gebruik je lichaam als barometer ~ Geef geen oordeel ~ Leef je eigen voorbeeld ~ De wereld dat ben jij ~ Zoek de aarde op ~ Wees dankbaar ~ Schoonheid is overal ~ Je hart als kompas ~ Alles wat gebeurt, heeft betekenis ~ Ga verbinding aan ~ Je bent je eigen reflectie ~ Er is alleen nu. Daar begint alles ~ Je vormt jezelf elke dag ~ Vertrouw op jezelf Al het andere heb je niet onder controle ~ Creëer lichaamsvertrouwen ~ Leef luchtig ~ Stop etiketjes te plakken ~ Goede keuzes voelen goed ~ Denk in mogelijkheden ~ Laat elke dag een beetje los ~ Proef de eet-emotie ~ Leven is leren