Sylvia slaapt weken achtereen niet. Nienke durft zich amper tussen de wachtende moeders op het schoolplein te begeven. En Dieuwke denkt dat ze – ook al heeft ze uren onder de douche gestaan – vies is. Hun overeenkomst: ze hebben een extreme, allesoverheersende, verlammende angst. Filmmaker Michiel van Erp volgde ze een jaar lang en maakte er de film ‘Angst’ over. gezondNU sprak met hem.
Hij heeft geen claustrofobie, hij lijdt niet aan hoogtevrees en hij is niet bang in het donker. Michiel van Erp is nergens bang voor. Toch kan hij zich alles voorstellen bij een angst die zo overweldigend is dat hij je verlamt. Misschien ligt die angst altijd wel op de loer. En wacht hij op een goed moment om toe te slaan. “In de wereld waarin wij leven, is alles snel en jachtig. Er komt veel op ons af. Via de kranten, de tv, internet. De maatschappij trekt aan alle kanten aan ons. We moeten zus, we moeten zo. We moeten voldoen aan allerlei normen en idealen. Die druk is enorm. Het is best moeilijk om jezelf ondanks alles bij elkaar te houden. Te blijven wie je bent. Om niet verscheurd te raken door alles en iedereen die aan je trekt. Ik kan me heel goed voorstellen dat zo’n angststoornis plotseling toeslaat en compleet bezit van je neemt.”
Angst bezweren
Amsterdam speelt een grote rol in de film. Van de buitenkant lijkt het een stad waarin alles kan. Waarin iedereen vrolijk en gelukkig is. Maar dat is pure schijn, zegt Van Erp. Mensen die in de Kalverstraat aan het winkelen zijn, zijn niet alleen maar vrolijke winkelende mensen. Onder hen bevinden zich ook mensen die bang zijn dat anderen vinden dat ze stinken. Mensen die bang zijn voor het donker. Bang voor grote hoogten, of voor geweld. Mensen met fobieën. Mensen die helemaal niet gelukkig en vrolijk zijn, maar dat wel graag willen worden. En mensen die op therapeutische basis over hun pleinvrees proberen heen te komen.
Zulke mensen zijn de hoofdpersonen in Angst. Amsterdam staat symbool voor de moderne, jachtige, ambitieuze wereld. De wereld die van invloed lijkt op het disfunctioneren van de hoofdpersonen in Angst. De hoofdpersonen Dieuwke, Sylvia, John, Marie-Louise, Gerard en Nienke gaan bijna nooit de confrontatie aan met het dagelijks leven of met de werkelijkheid van de stad. Hun angsten hebben hun levens klein en beperkt gemaakt. Ze spelen amper een rol in het leven van alledag.
Die mensen wilde Van Erp in zijn film laten zien. Niet de mensen die zich in de stad en in de maatschappij bewegen en succesvol zijn, maar de mensen die zich ervoor afsluiten. Mensen die er niet helemaal bij horen, maar dat zo dolgraag zouden willen. Mensen die zoeken naar een manier om hun angsten te bezweren.
Doodeng
Van elke vijf Nederlanders ontwikkelt er één op een bepaald moment een angststoornis. “Je leven wordt dan lamgelegd door een angst, zó groot dat je denkt dat je zult sterven van angst”, zegt Van Erp. “Die angsten staan vaak niet in verhouding tot de prikkel. En soms is er niet eens een aanwijsbare oorzaak te vinden.” Hij neemt John als voorbeeld. In een stadsbus in Parijs is er het ene moment nog niks aan de hand. Het volgende moment is hij verlamd van angst voor afgesloten ruimtes en voor grote hoogten en dieptes.
Bij Nienke, alleenstaande moeder, is de angst ook altijd aanwezig. Ze wil alles zo perfect doen dat de kleinste dingen haar stress opleveren. Voor haar is het doodeng om tussen de andere moeders op het schoolplein te wachten op haar dochter. Bang dat ze niet voldoet aan de verwachtingen van de mensen om haar heen. Sylvia is bang voor de nacht en bang om in slaap te vallen. Weken achtereen houdt ze zichzelf wakker. En Gerard werd in elkaar geslagen door een paar Marokkanen omdat hij homo is – sindsdien is hij bang voor buitenlanders en vermijdt hij de stad. Anne-Louise woonde jarenlang in Venezuela en werd meerdere keren slachtoffer van extreem geweld. Terug in Nederland blijft die angst voor geweld haar kwellen. En dan is er tot slot Dieuwke, een meisje van 23 dat bang is dat andere mensen aan haar kunnen zien of ruiken dat ze niet schoon is en haar daarom minderwaardig vinden. Een douchebeurt kan zomaar een paar uur duren. Haar dagen zijn gevuld met dwangrituelen.
Brok in je keel
Bijna een jaar lang volgde de filmmaker samen met zijn team de hoofdpersonen. Soms zeer confronterend en aangrijpend. John die staat te trillen op zijn benen op zijn eigen balkon omdat hij er niet op durft, maar later toch op de fiets dapper alle bruggen in Amsterdam probeert te bedwingen. Nienke die in huilen uitbarst omdat ze bang is dat ze geen goede moeder is. Dieuwke die voor haar therapie aan mensen op straat moet vragen of ze vinden dat ze haar vies vinden en radeloos wordt omdat ze zo graag een normaal leven wil leiden. Anne-Louise die bang wordt van een van achteren naderende jogger. Gerard die voor het eerst sinds tijden zijn huis verlaat en weer durft af te rekenen bij een caissière met een hoofddoek. En Sylvia die nachtenlang in haar verlichte kamer naar buiten tuurt, terwijl de rest van de wereld slaapt. Het zijn stuk voor stuk indringende en aangrijpende beelden.
“Het was onmogelijk om altijd tijdens de therapie aanwezig te zijn. Dat zou de therapie in sommige gevallen negatief beïnvloeden. Sylvia bijvoorbeeld was opgenomen in een kliniek, maar op een bepaald moment moet ze naar haar eigen huis om daar in haar eigen bed te leren slapen. Als wij met een filmploeg naast haar bed zouden staan, zou ze geen enkele angst meer voor het donker voelen omdat ze niet meer alleen is. Daarom werkten we met webcams. Die konden de mensen zelf gebruiken als ze dat wilden. Zo konden wij de angst direct vast leggen. Vooral in het geval van Sylvia gingen die beelden soms door merg en been. Ze was een paar keer zo in paniek dat ik er een brok van in mijn keel kreeg.”
Buitenstaanders
Wat alle hoofdpersonen gemeen hebben, is dat ze proberen hun lot in eigen hand te nemen. Ze zijn op zoek naar een manier hun angst de baas te worden. Wat dat betreft is ‘Angst’ een typische ‘Michiel van Erp-film’. Wie hem fascineren zijn zij die met zichzelf en met de wereld vechten om iets te bereiken. Mensen die er net niet helemaal bij horen. Geluk zoeken.
Eigenlijk: buitenstaanders zijn, zoals hijzelf. “Ja, ik denk dat mijn films veel zeggen over hoe ikzelf in het leven sta en het leven zie. Ik kan me niet anders herinneren dan dat ik me altijd een buitenstaander voelde. Was ik vroeger op een kinderfeestje, stond ik aan de zijkant te kijken naar de rest. Niet dat ik ongelukkig was trouwens. Helemaal niet zelfs. Ik ben gewoon altijd een einzelgänger geweest.”
Van Erp werd geboren in Eindhoven, waar hij woonde met zijn ouders, twee oudere broers en een jonger broertje. Zijn vader gaf van tien uur ’s ochtends tot tien uur ’s avonds muziekles op een van de slaapkamers. Voorin het huis was een muziekwinkel met instrumenten. Het was er altijd een komen en gaan van mensen. Dat maakte hem misschien wel iemand die rustig vanaf de zijlijn de kat uit de boom kijkt. Maar, zo zegt hijzelf, ook dat hij homo is, maakt van hem een buitenstaander. Gewoon omdat je niet behoort tot de overgrote groep van mensen die hetero zijn.
Hoe het ook zij, het heeft van hem een scherpe observator gemaakt met een fascinatie voor de zoekende mens.
Weg terug
Wat Van Erp ontroerde tijdens het maken van deze film was het vertrouwen dat de mensen in hem stelden. “Het is nogal wat om zo met de billen bloot te gaan. Niet alleen het gevecht met jezelf aan te durven, maar dat gevecht ook nog eens vast te laten leggen door een wildvreemde. Dat vind ik dapper. Zij hebben zich aan mij getoond op het moment dat ze het meest kwetsbaar waren. Dat is het mooiste aan mijn vak: ontmoetingen met bijzondere mensen. Ik leer er altijd iets van. Wat ik van de mensen in deze film leerde? Dat je geen dingen moet laten liggen in je leven. Dat je confrontaties niet uit de weg moet gaan. Dat je altijd open en eerlijk naar jezelf moet zijn. Ik heb diep respect voor al deze mensen die hun lot zo in eigen hand nemen en proberen boven zichzelf uit te stijgen. Sommigen boeken veel resultaat, anderen maar een klein beetje. Maar stapje voor stapje komen ze waar ze willen zijn. Dat is misschien nog wel het mooiste inzicht dat ik kreeg tijdens het maken van deze film: hoe diep je ook in de put zit, er is altijd een weg terug die je op eigen kracht kunt begaan. Als je maar wilt.”
Michiel van Erp (1963) studeerde af als ingenieur industriële vormgever aan de TU in Delft. Na vier jaar werken als acteur begon hij in 1992 documentaires te maken voor de VPRO en de VARA. Hij maakte vanaf 1996 verschillende films en documentaires, waaronder de documentairereeks ‘Lang Leve …’ waarvoor hij nationale en internationale prijzen won. Een greep uit zijn andere producties: ‘Op Handen Gedragen’ over de uitvaart van Prins Claus, ‘Op zoek naar de Heilige Tijd’ over de schrijfster Connie Palmen, ´Pretpark Nederland’ (over verveling en vermaak in Nederland) en de zesdelige documentaireserie ´Welkom in Nederland’ (over inburgering) en ‘File’ (over de manieren waarop de Nederlander zich in de file probeert te vermaken).