Tomatenkwekers, ijsboeren, kaasmakers en zeewierboerinnen: al jaren portretteert gezondNU de makers van ons voedsel. We kiezen ze niet willekeurig; in gezondNU staan enkel en alleen producenten die overtuigd kozen voor biologische teelt, kweek en fokkerij. Hun drijfveren zijn stuk voor stuk eerlijk en oprecht– geen discussie over mogelijk. Maar hoe zit het met hun eindproduct? Is biologisch brood, fruit of vlees ook altijd eerlijker – een term waar die reclamejongens zo dol op zijn? Een lastige vraag!
De verkoop van biologische producten zit al jaren in de lift. In de eerste helft van vorig jaar steeg de verkoop van biologisch brood in de supermarkt met maar liefst dertig procent. De omzet van biologisch vlees steeg in diezelfde periode met tien procent, terwijl de verkoop van ‘gewoon’ vlees daalde. Met zijn allen kiezen we dus steeds vaker voor biologisch. Bijvoorbeeld omdat we voedsel willen dat zonder kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen in de volle grond groot geworden is, graag koeien in de wei zien, geen gentech op ons bord wensen, gaan voor een authentieke smaak, geen kinderarbeid dulden en gaan voor zo min mogelijk voedselkilometers.
Tegelijkertijd is er iets geks aan de hand: niet al deze punten zijn gegarandeerd als je kiest voor een biologisch product, terwijl aan de andere kant veel biologische boeren en verwerkers veel meer doen dan de wetgeving van hen eist. Ze zorgen voor weidevogels, geven dementerende ouderen een zinvolle dagbesteding of leggen de stal vol met zonnepanelen. Is het ene biologische brood ‘biologischer’ dan het andere bio-brood? Om te beginnen met de eerste vraag: is elk biologisch product automatisch EKO?
Is biologisch altijd EKO?
We vragen het André Brouwer van het Nederlandse EKO-keurmerk – het keurmerk dat herkenbaar is aan het zwarte blokje met witte letters EKO. “Het antwoord op die vraag hangt af van wat je biologisch noemt”, antwoordt Brouwer cryptisch. Om als product het Europese bio-label te mogen dragen, moet je je aan strikt gecontroleerde regels houden die draaien om natuur en milieu: geen kunstmest, niet spuiten met chemische bestrijdingsmiddelen en geen gebruik van genetisch gemanipuleerde grondstoffen.
“In dat opzicht is elk product even biologisch”, stelt Brouwer. “Maar ga je er, net als het EKO-keurmerk, van uit dat biologisch ondernemen veel meer is, dan is er een ander verhaal.”
In theorie kan namelijk een biologisch geteelde ananas die het Europese bio-label draagt, geplukt zijn door kinderhanden en met een oude, vervuilende boot vanuit Brazilië naar Nederland gebracht zijn. Brouwer: “Let op, ik zeg niet dat het gebeurt, maar het kan wel. Dit komt doordat de regels van het Europese bio-label gaan over de wijze waarop iets geproduceerd en verder verwerkt is.”
Koop je een product met het Europese bio-label, dan kun je er dus zeker van zijn dat het product niet bespoten is met chemische bestrijdingsmiddelen, geen gentecht bevat, niet opgejaagd is met kunstmest en dat het voldoet aan de voor biologische producten geldende regels voor dierenwelzijn. “Maar dit bio-label geeft geen regels voor hoe een product vervoerd moet worden, hoe verpakkingsmaterialen eruit horen te zien, hoe duurzaam de stroom moet zijn waarop de fabriek draait of hoe de arbeidsvoorwaarden op een bedrijf geregeld moeten zijn.”
Moeten er eigenlijk strengere regels komen? “Nee,” vindt Brouwer, “juist door die vrijheid is er ruimte om echt het verschil te maken. De passie van veel biologische boeren gaat veel verder dan regelgeving. Extra regelgeving zal de boeren en makers van biologische producten dwarsbomen. Hun gedrevenheid waarmee ze producten maken die de wereld mooier maken, zal er niet op vooruitgaan.”
Het EKO-keurmerk is daarom geen keurmerk dat controleert of een boer of fabrikant zich aan de regeltjes houdt. Het is een keurmerk waaraan de ondernemer zich verbindt. Wil hij het EKO-keurmerk voeren, dan ondertekent hij een verklaring waarmee hij verklaart vierkant achter de principes van de biologische landbouw te staan. Die principes gaan over ecologie, gezondheid, eerlijk zijn en zorgen voor een gezonde bodem die voedsel blijft produceren, ook voor volgende generaties. Ze gaan over je verantwoordelijkheid nemen, over geld niet als belangrijkste drijfveer zien en jezelf recht in de spiegel kunnen aankijken. “Biologisch boeren vanuit die principes gaat veel verder dan regelgeving. En doet een boer of fabrikant maar net alsof hij werkt vanuit deze principes, dan valt hij al heel snel door de mand in deze tijd van social media.”
Is biologisch fair trade?
Het EKO-keurmerk is dus een aanvullend keurmerk bovenop het Europese bio-label. Het bio-label garandeert je dat het met de biologische basis van het product goed zit. Het EKO-keurmerk laat zien dat de boer dagelijks met zijn werk het verschil wil maken. Toch zeggen aanvullende keurmerken niet alles, aldus Sandra de Jong, van biologische groothandel De Nieuwe Band.
“Neem het fairtradelogo. Onze basmatirijst is al vanaf het begin fair trade gecertificeerd. De boeren ontvangen per kilo zo’n 5 cent extra als fairtradepremie. Om het product voor de consument als fair trade herkenbaar te maken, vermelden we het fairtradelogo op onze verpakking. Hiervoor moesten we echter 6 cent per kilo aan de controle-organisatie FLO afdragen en 9 cent per kilo aan de Stichting Max Havelaar, die zich onder meer inzet voor de algemene promotie van het keurmerk. Door die 15 cent extra mochten we het logo op de verpakking vermelden, maar werden we wel het duurste merk biologische basmatirijst en dus minder aantrekkelijk om te kopen. We hebben toen besloten om het logo van onze verpakkingen te halen en de boeren boven op de fairtradepremie 1 procent van de omzet te geven. Per saldo betekent dit bijna een verdubbeling van de fairtradepremie die bij de boeren terechtkomt en dat is toch juist waar fair trade om draait.”
Biologisch vanuit het hart
De Nieuwe Band levert zo’n drieduizend producten aan natuurvoedingswinkels, horeca en instellingen. Hoe anders werken zij dan een reguliere groothandel die bijvoorbeeld aan de supermarkt levert? De Jong: “Heel anders. Een supermarkt kiest vooral voor biologische producten vanuit winstoogmerk. Wij niet, de winstmarge is voor ons niet het belangrijkste uitgangspunt. Wat wel? Of een product of bedrijf voldoet aan onze criteria. Kiest deze producent er bewust voor om biologisch te boeren? Of is zijn keuze ingegeven door de marktbeweging waardoor biologische producten een hogere prijs opleveren? Wat doet hij naast biologisch werken nog meer? Ontwikkelt hij bijvoorbeeld natuur rond zijn akkers? Werkt zijn fabriek op zonne-energie? En hoe zit het met de verpakking: is die wel milieubewust? Daarnaast kiezen we het liefst voor dichtbij, dus boekweit uit Duitsland in plaats van uit China. Pas als we achter een product kunnen staan, gaan we een samenwerking aan. Het liefst voor langere tijd, zodat we van elkaar op aan kunnen. Als de oogst van een notenboer een keer tegenvalt, nemen wij echt niet meteen afscheid van hem. Juist dan kijken we wat we voor elkaar kunnen doen.”
Dat klinkt prachtig, maar als er geld om de hoek komt kijken, is het vast een ander verhaal. De Jong: “Nee, het komt zelfs voor dat we besluiten te stoppen met de verkoop van producten die ons winst opleveren simpelweg omdat ze niet meer voldoen aan onze criteria. Bijvoorbeeld omdat ze niet doorgaan met het verbeteren van onderdelen die wel mogelijk zijn. Uit winstoogmerk is dat misschien geen handige keuze, maar wij willen volledig achter de producten kunnen staan die we verkopen. Door deze manier van werken willen we bijdragen aan een wereld met bewuste consumptie en productie van sociale, duurzame, smaakvolle producten. Dat doen we ook door ervoor te zorgen dat iedereen – boeren, producenten en winkeliers – een eerlijke prijs voor zijn product krijgt. Door te betalen wat iets daadwerkelijk kost, dwing je een ander niet tot het maken van een kwalitatief minder product.”
Is biologisch beter?
De conclusie: het stempel ‘biologisch’ op een product is niet zaligmakend. Er zijn veel tinten grijs! Toch draag je met biologisch bij aan de wereldwijde beweging richting eerlijker voedsel.
Hoe kies je voor biologisch én eerlijk voedsel?
1. Kies voor een product met het Europese bio-label, zodat je zeker weet dat het met de biologische basis goed zit.
2. Kies voor producten van boeren en fabrikanten die vanuit principiële overtuiging meer doen dan de biologische regelgeving hun voorschrijft. Probeer je te verdiepen in waar een product vandaan komt, hoe het gemaakt is en wat erin zit. Is dat te veel gedoe? Vaak heeft de winkel al dit uitzoekwerk al voor je gedaan! Of koop je producten rechtstreeks van een biologische boer uit de buurt.
4. En last, but nog least, betaal wat een product hoort te kosten. Een pak gevulde koeken van één euro … Het kan simpelweg niet. Alleen de amandelen voor de spijs kosten al het veelvoudige. Je dwingt met zo’n aankoop een ander een kwalitatief minder product te maken. In dit geval een koek gevuld met spijs gemaakt van gemalen bonen, opgepimpt met kunstmatige amandelsmaakstof.
Als we nu allemaal – boer, fabrikant, winkel en consument – eerlijkere keuzes maken, wordt het aanbod vanzelf eerlijker. Uiteindelijk is het toch de vraag die het aanbod bepaalt.
Biologisch als gesloten cirkel
“Omdat wij zowel vee als akkerbouw hebben, proberen we de cirkel in ons bedrijf rond te krijgen. Onze rustgewassen voeren we aan de koeien, net zoals een kromme wortel of een aardappel met een vlekje. De koeien geven mest en dat gebruiken we weer voor op het land. Zo maken we op ons bedrijf een kringloop.”
Pippi en Marc Smits van Oyen, biologisch landgoed de Koekoek, Drimmelen.
Zorgen voor en met elkaar
“Het concept ‘zorgboerderij’ bestond nog niet toen wij begonnen. Maar er kwamen scholen langs en soms waren er wel driehonderd kinderen tegelijk. Toen heb ik maar een praktijkles ontwikkeld. Zo rolden we van het een in het ander.”
Corine Riteco van de Ridammerhoeve, de eerste biologische geitenboerderij van Nederland
Zorgen voor een gezonde bodem
“Toen we begonnen, was de grond lang verwaarloosd, omdat er op steenwol was geteeld. De scheuren stonden in de bodem. Nu weten we dat de grond ons grootste goed is. Het is onze toekomst. Je kunt alleen gezonde en sterke planten kweken wanneer je bodem gezond en sterk is.”
Arnold Jansen van de biologisch-dynamische Druivenkwekerij Nieuw Tuinzight
Je gevoel voor rechtvaardigheid volgen
“We boeren biologisch vanuit overtuiging. We willen dat onze kippen het best mogelijke leven hebben met een natuurlijk dag-nachtritme en veel ruimte om te scharrelen. Het doet dan pijn om de helft van je kuikens op dag één te moeten afmaken. Daarom laten we nu ook de haantjes – de mannelijke kuikentjes van onze legkippen – opgroeien om uiteindelijk als vleeskip te eindigen.”
Chris Borren van biologisch kippenbedrijf De Lankerenhof in Voorthuizen
Gaan voor echte smaak
“In knoflook uit China proef ik ammoniak en zeepsop. Dat komt door het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Ik hoef dat niet. Maar als je niet beter weet, denk je dat knoflook zo smaakt. Een bolletje Chinese knoflook kost iets van dertig cent, die van ons vijf keer meer.” Kees Huijbregts van biologisch knoflookbedrijf Eemlook in Leusden
Elkaar werk gunnen
In de bierbrouwerij vullen jongens met een beperking flesjes op de lopende band. Eric: “We kunnen het vullen van de flesjes best automatiseren, maar zo maken we meer mensen blij. Wij vinden het leuk om met hen te werken en andersom hebben zij er ook veel plezier in.”
Eric Odenwald van biologische bierbrouwerij De Leckere in De Meern