Boezems die fibrilleren, een verstoord ritme, een hart dat ineens ophoudt met kloppen. Hun harten boezemen Donatella, Judith en Nancy soms angst in. Kennis over de werking van dit orgaan stelt gerust, merken ze. “Af en toe een extra bons kan geen kwaad”, aldus de cardioloog.
Zonder aanleiding gaat het hart van Judith Blansjaar (22) tijdens een volleybaltraining van het ene op het andere moment als een dolle tekeer. Sneller dan ze met de hand bij kan houden. Een apparaat registreert 260 slagen per minuut. Judith voelt zich duizelig en benauwd tot een paar minuten later haar hart weer normaal klopt. Wat is dit voor raars?, denkt ze geschrokken. “Je hoort weleens dat mensen dood neervallen, omdat ze onbewust aan een hartaandoening lijden.”
Na die eerste keer, een jaar geleden, slaat haar hart vaker op hol: vier, vijf keer per week. Judith, die volleybalt in de eredivisie, begrijpt er niets van. Ze is topfit. De sportarts kan het niet verklaren. Een registratie met een Holter-ECG (een draagbaar apparaat waarmee de elektrische activiteit van het hart dagen achtereen te meten is) wijst op een hartritmestoornis.
Wat is er mis? Het hart is een holle spier bestaande uit twee boezems en twee kamers. Normaal gesproken zorgt een elektrische prikkel vanuit het hart ervoor dat eerst de boezems en daarna de kamers samenknijpen en het bloed voortgestuwd wordt. Deze prikkel gaat via de rechterboezem door een ‘enkele leiding’ naar de kamers. Judith heeft een tweede ‘verbinding’ tussen de boezems en de kamers, waardoor de stroomprikkel soms blijft rondzingen (van de kamers naar de boezem en weer naar de kamers) in plaats van uit te doven. Het hart slaat hierdoor op hol met een snelle, regelmatige hartslag tot gevolg.
“Dat ik op dat moment bij de kinderen was, is mijn geluk geweest”
Judith is in topvorm en hartkwalen komen in haar familie niet voor. Dat ze aan een hartstoornis lijdt, was nooit bij haar opgekomen. Dat geldt ook voor Nancy Kreuwel (40). Haar kinderen zitten in bad als hun 36-jarige moeder ineens door de knieën zakt. Met haar achterhoofd raakt ze de wasbak. Een hartstilstand. Ogenschijnlijk uit het niets. Haar 7-jarige rent direct naar beneden om zijn vader te halen. Ze bellen 112 en beginnen met reanimeren in afwachting van de ambulance.
Nancy overleeft. “Dat ik op dat moment bij de kinderen was, is mijn geluk geweest”, vertelt ze. “Ik had ook alleen achter de computer kunnen zitten of op zolder bezig kunnen zijn met de was. Dan had het wel een halfuur kunnen duren eer ze me gevonden hadden.” Nancy leeft nu met een pacemaker en defibrillator in één: een implanteerbare cardioverter-defibrillator (ICD). De ICD bewaakt het ritme en geeft een stroomstootje als haar hart boven de 220 slagen per minuut klopt.
Het is onbekend wat bij Nancy de hartstilstand veroorzaakte.
Robert Tieleman, cardioloog bij het Martini Ziekenhuis in Groningen, noemt Nancy een ‘overlever van een plotse dood’. Zij dankt haar leven aan de snel gestarte reanimatie.
Zowel Judith als Nancy zijn uitzonderingen, benadrukt Tieleman. “Ernstige hartkwalen bij jonge mensen zijn relatief zeldzaam. De gemiddelde leeftijd in mijn praktijk ligt rond de 65 tot 70 jaar”, zegt hij. De cardioloog ziet vaker jonge mensen binnenstappen omdat ze zich voor niets – zo blijkt dan uit aanvullend onderzoek – zorgen maken om hun hart. Bijvoorbeeld omdat ze hartkloppingen ervaren of omdat hun hart een keer oversloeg.
“Het is een reactie van het lichaam op stress”
“Als je hart een enkele keer overslaat, zonder pijn, flauwvallen of duizeligheid, is dat bijna altijd onschuldig. Vooral wanneer je deze overslagen in rust ervaart”, aldus Tieleman. Ook als het hart ‘zo nu en dan extra bonst’ kan dat geen kwaad.
“Overslagen zijn extra slagen waarbij de te vroeg vallende slag opgevolgd wordt door een wat langere pauze. Tijdens deze pauze wordt het hart beter gevuld, met een eenmalig extra gevulde hartslag tot gevolg. Je kunt dit voelen als een extra bons. Het gebeurt regelmatig en is een volstrekt onschuldig fenomeen.”
Naast de ‘overslagen’ zoeken mensen de cardioloog op omdat ze hun hart heviger voelen of horen bonzen: boem, boem, boem. Honderd slagen per minuut.
“Ook dat is vaak onschuldig. Het is een reactie van het lichaam op stress. Bij koorts, werk-, privéstress of fysieke inspanning moet je hart harder werken en daarvan krijgen sommige mensen een bonzende hartslag. Op het hartfilmpje is vervolgens niets abnormaals te zien.”
Zorgelijker is het wanneer je je hart voelt bij inspanning. Tieleman vergelijkt het hart met de motor van een auto: “Als de motor kapot is, draait de auto stationair soms nog prima, maar je rijdt er niet mee de berg op. Hij start nog, maar rijdt niet lekker meer.”
Als je hartkloppingen of -bonzen ervaart en daarbij duizelig wordt, flauwvalt, of pijn hebt, is het tijd om bij een arts aan de bel te trekken.
“Het voelde alsof mijn hart zou ontploffen”
Tieleman begrijpt wel dat een bonzend hart angst inboezemt. “Als je je hart voelt kloppen in je borst, geeft dat een unheimisch gevoel. Ik bespreek die angst altijd met de mensen in mijn praktijk: hoe voelt u zich als het gebeurt?”
“Ik dacht dat ik dood zou gaan”, zegt Donatella De Finis (43) als ze terugdenkt aan haar eerste aanval van boezemfibrilleren. “Mijn hart ging tekeer alsof ik rende, terwijl ik rustig zat. Snel, onprettig en super onregelmatig. Het voelde alsof mijn hart zou ontploffen.”
De aanval trad op kort na een operatie waarbij haar maag verkleind is. “Ik begreep er niets van. Voor de operatie ben ik lichamelijk uitgebreid gecontroleerd. Met mijn hart en bloeddruk was niets aan de hand. De cardioloog zei dat de aanvallen mogelijk door lichamelijke inspanning of stress veroorzaakt worden.”
Boezemfibrilleren ontstaat als de eerder genoemde stroomprikkel ontspoort en zich kriskras door de boezems verplaatst. Hierdoor versnelt de hartslag en gaat het hart onregelmatiger slaan. Donatella’s hart sloeg het afgelopen jaar vier keer op hol. “De eerste keer was ik er kapot van. Het maakt onzeker en onrustig, omdat je er geen enkele controle over hebt. Het komt zonder waarschuwing.”
De cardioloog stelde vast dat het gaat om ‘aanvalsgewijs boezemfibrilleren’. Als het gebeurt, probeert Donatella rustig te blijven, en afleiding te zoeken. Tijdens een nachtelijke aanval viel ze een keer in slaap. Als het ritme binnen 48 uur niet normaliseert, moet ze behandeld worden met een defibrillator (waarbij ze onder narcose een stroomstoot krijgt toegediend om het hartritme te resetten). “Nu ik weet wat het is en wat ik kan doen, ben ik niet bang meer.”
Donatella was 124 kilo toen ze de maagverkleining onderging. Een drastische maatregel om haar lichaam weer in het gareel te krijgen. Ze viel 35 kilo af. Nu leeft ze gezond en voelt ze zich fit. Doordat de frequentie en duur van de aanvallen afnamen, halveerde de arts de medicatie. “Ik heb de hoop dat ik het helemaal kan afbouwen. En zo niet, dan red ik het ook. Ik heb leren leven met mijn gekke hart.”
“De meeste hartritmestoornissen zijn ongevaarlijk”
Tieleman: “Jarenlang overgewicht is een groot trauma voor het lichaam, omdat het meestal gepaard gaat met hoge bloeddruk.” Een hoge bloeddruk vereist dat het hart harder werkt, waardoor het sneller veroudert. En daarmee neemt de kans op hartaandoeningen toe. “Onder de 65 jaar komt boezemfibrilleren voor bij vijf op de duizend mensen. Boven de 65 hebben vijf op de honderd er last van”, aldus Tieleman. “Boezemfibrilleren ontstaat deels doordat met het ouder worden kleine littekentjes in het boezemweefsel ontstaan. Bij een hoge bloeddruk moet het hart harder werken en veroudert het weefsel sneller.”
De ene hartritmestoornis is de andere niet. Een exacte weergave van wat er mis gaat, is af te lezen uit een ECG. Bij sommige mensen gaat er bij de aanleg van het hart iets mis. Soms, zoals bij Judith uit het begin van dit verhaal, komt dit pas op latere leeftijd aan het licht.
“De meeste hartritmestoornissen zijn ongevaarlijk”, benadrukt Tieleman. “En goed te behandelen.”
Judith Blansjaar: “Ik zou er niet dood aan gaan, hoorde ik meteen. Ik was bang toen ik niet wist wat het was.” Ze kon ermee verder leven of een hartkatheterisatie ondergaan, waarbij de tweede verbinding in haar hart zou worden weggebrand. Dat deed ze.
In het begin voelde ze een interne klap op haar hart wanneer de stroomprikkel de ‘sluiproute’ niet meer bleek te kunnen nemen. Door de operatie neemt de stroomprikkel nu weer de hoofdweg die ervoor bedoeld is en klopt haar hart normaal. “Mijn hart is eraan gewend en ik heb nergens meer last van. Het gevoel is goed.”
Robert Tieleman is cardioloog bij het Martini Ziekenhuis in Groningen. “Ernstige hartkwalen bij jonge mensen zijn relatief zeldzaam. De gemiddelde leeftijd in mijn praktijk ligt rond de 65 tot 70 jaar.”
Ga met je hart naar de dokter als …
- hartproblemen in je familie voorkomen en je zelf last van je hart krijgt
- je hartkloppingen hebt, terwijl je je inspant
- je hartkloppingen hebt, pijn voelt en duizelig wordt
- je hartslag volstrekt onregelmatig is en je vijftig-plus bent.
Wat is wat?
- Overslagen – Een extra hartslag gevolgd door een wat langere pauze. Tijdens deze pauze wordt het hart beter gevuld met bloed, met een eenmalig extra gevulde hartslag tot gevolg. Dit komt regelmatig voor en is onschuldig.
- Boezemfibrilleren – Normaal gesproken zorgt een elektrische prikkel ervoor dat eerst de boezems en daarna de kamers samenknijpen, waardoor het bloed voortgestuwd wordt. Bij boezemfibrilleren ontspoort deze prikkel en verplaatst hij zich kriskras door de boezems. Hierdoor versnelt de hartslag en gaat het hart onregelmatiger slaan.
- Hartkloppingen – Als gevolg van koorts, werk- en privéstress of fysieke inspanning moet je hart harder werken en dit uit zich soms in een bonzende hartslag. Het is een reactie van het lichaam op stress. In vrijwel alle gevallen is het onschuldig, vooral als het in rust gebeurt. Trek aan de bel als je je hart voelt terwijl je je inspant.