Ze maakt al tweeëntwintig jaar televisieprogramma’s en bleef altijd heel gewoon. Irene Moors; een leuke collega, maar vooral ook een multi-talent, het meest tot haar eigen verbazing.
Als ze aankomt, hoor ik dat ze iedereen groet. “Goedemorgen!” roept ze opgewekt.
Daar is ze dan, Irene Moors, helemaal alleen zonder haar vaak aanwezige tv-partner Carlo Boszhard.
Groot, blond, zonder kapsones.
“Er is hier geen bal veranderd,” zegt ze verbaasd. “Ik zat vroeger in de buurt en kwam hier dus veel vaker. Toen ik kwam aanlopen, dacht ik meteen: o ja, zalm met ei, die combinatie heb ik daar voor het eerst van mijn leven gegeten. Raar dat je zulke dingen onthoudt.”
Er zat niemand in het café toen Irene er nog niet was, er heerste doodse stilte. Maar nu zijn er drie wat dovige oudere heren binnen gekomen die keihard met elkaar communiceren.
“Zullen we een rustiger plekje zoeken?” vraag ik, als de dood dat ik straks mijn bandje niet kan verstaan.
“Ah nee joh,” zegt ze. “Ik praat gewoon heel dicht in de microfoon.” Ze stopt mijn mini-recordertje haast in haar mond. Maar het wil niet baten; de heren gaan steeds harder praten. We besluiten toch naar een andere ruimte te gaan, en ja, dat blijft niet onopgemerkt.
“Hebben de dames last van ons?” vragen ze plagerig. Ik loop snel weg met een “Nee hoor, valt wel mee.” Maar Irene neemt alle tijd om de heren uit te leggen dat het echt niet om hen is, dat het om een interview gaat, dat de mannen heus niet storen enzovoorts …
“Heb je daar echt zo’n last van?” vraagt ze aan mij. Ik kan niet anders dan toegeven dat ik me gewoon niet kan concentreren met lawaai.
“Gut, ik merk van dat soort dingen niks. Soms moeten ze me op de redactie door elkaar schudden, omdat ik anders niet in de gaten heb dat ze iets tegen me zeggen. Ik kan heel goed focussen.”
Hoe bevalt je nieuwe programma ‘Wie is mijn vader?’
“Nou ja, het was een kick-off. We gaan proberen matches tussen donorvaders en hun kinderen te vinden. Sinds 2004 mogen donoren niet meer anoniem zijn. Er zijn veertigduizend donorkinderen met tweeduizend vaders. Het is dus zoeken naar een speld in een hooiberg.”
Ik vond het moeilijk om er naar te kijken. Voelde me een beetje een gluurder.
“Nou, er werd helemaal niet onaangenaam gewroet toch? Heel veel donorkinderen willen graag weten wie hun vader is. We hebben halfzussen gevonden, die werden helemaal verliefd op elkaar. Als je als enig kind bent opgevoed, is zo’n halfzus natuurlijk een sensatie. Het is voor hen echt een verrijking van het leven.”
Maar waarom maak je dit programma?
“Ik werd gevraagd en dacht: interessant gegeven, helemaal van deze tijd. Ik wilde ook wel weer eens iets alleen doen, niet in de studio, dus daarom.”
Had jijzelf een bijzondere relatie met je vader?
“Eigenlijk meer met mijn moeder. Toen zij overleed, richtte ik mij wat meer op mijn vader. Daarvoor was dat minder, want hij werkte vroeger heel hard en was weinig thuis. Na de dood van mijn moeder ging hij de dingen doen die mijn moeder deed. Een lieve opa, die af en toe op de kleinkinderen paste. En hij kreeg een nieuwe vrouw.”
Moest je erg wennen?
“Ja, eerst wel, maar later was ik weer blij. Hoefde ik me geen zorgen te maken of hij zijn was deed en of hij gezond at. En nou reist hij met zijn nieuwe vrouw weer de hele wereld rond, leuk toch?”
Kom je door je drukke werk wel genoeg aan familie toe?
“Laatst overleed de vader van een vriendinnetje van me. Dat drukt je weer met je neus op de feiten. Toevallig ging ik die week iets gezelligs doen met mijn vader dat ik als heel speciaal heb ervaren. De bloesemtocht. Hij liep me er uit met zijn 75!”
Het is natuurlijk zo gewoon dat je ouders er zijn, dat je ze misschien nooit genoeg waardeert. Dat gaan jouw kinderen ook doen.
“Haha, dat vind ik nu al! Nee hoor. Ik probeer ze wel in te prenten: we hebben het heel goed, een mooi huis, we zijn nog bij elkaar, waardeer het alsjeblieft.”
Toen ik Carlo en jou bij de Wereld Draait Door als René van der Gijp en de moeder van Jan Smit zag, dacht ik: wat bijzonder dat ze allebei zo goed zijn in imiteren.
“Het was doodeng om te doen. In de TV-kantine hebben we natuurlijk uitgeschreven teksten, nu moesten we zonder vaste teksten antwoorden.”
Maar hoe bereid je je voor? Er zitten in een aflevering van de Kantine soms wel vier of vijf typetjes.
“Ja, dat betekent vaak ’s nachts banden kijken.”
Maar zo’n Kim Holland, daar is toch niet zo veel van?
“Ze heeft voor Talpa zo’n real life soap gemaakt, daar heb ik veel naar gekeken. En porno natuurlijk, maar dat hoefde ik niet te imiteren, haha.”
Wat ga je het komend seizoen doen?
“Carlo en ik gaan een comedy maken. Een Nederlandse versie van het Engelse Come Fly With Me. Samen met Chantal Janzen en Gordon. Een serie typetjes waarvan het verhaal zich afspeelt op een vliegveld.”
Dus de TV Kantine gaat weg?
“Nee, die blijft, en ook Wie is mijn Vader en Life 4you.”
Ik word al moe als ik het hoor.
“Ik ook, haha. Ik kan verder niks over die Comedy zeggen, dat is helemaal Carlo’s ding. Hij is een enorme motivator, hij wil iets en dan gaat hij met de zender praten en krijgt hij iedereen enthousiast.”
Red jij het allemaal: al die programma’s, twee kinderen en een man?
“Soms zit ik wel eens in een dipje. Ik rijd al elf jaar op zondag naar de studio. Je ziet dan mensen lekker relaxed met elkaar of met de hond wandelen en dan denk ik: ik wil dat ook. Maar dat duurt maar kort hoor, ik realiseer me dat ik zo veel leuke momenten in mijn leven heb. Dan zeg ik tegen mezelf: niet zeiken.”
Je hebt erg het imago van het meisje doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg, maar je bent toch niet gewoon?
“Ja hoor, wel. Ik kan me erg onzichtbaar maken in een menigte. Ik ga gewoon naar de Efteling, niemand verwacht dat namelijk. Ik wil gewoon alles kunnen doen.”
We gaan naar Beeld en Geluid om de foto’s bij deze reportage te maken. Irene komt inderdaad ongezien binnen. Maar na de foto’s staan de mensen opgesteld in rijen van drie om haar een handtekening te vragen. Samen met hele schoolklassen moet ze poseren.
Jaja, een gewoon meisje en dat is het.
Wie: Irene Moors, al tweeëntwintig jaar maker van televisieprogramma’s. Voor hele generaties was ze Telekids. Nu is ze allang Life4you, de TV-kantine waarmee ze in oktober 2010 de Gouden Televizier-Ring won. Sinds kort presenteert ze ‘Wie is mijn vader?’
Waar: Ze spraken met elkaar in De Jonge Haan, een etablissement dat al sinds mensenheugenis in Hilversum staat.
Waarover spraken zijn: Beroemd zijn, gewoon zijn, tv-zaken en familiezaken.
Opvallend: “Soms zit ik wel eens in een dipje. Ik rijd al elf jaar op zondag naar de studio. Je ziet dan mensen lekker relaxed met elkaar of met de hond wandelen en dan denk ik: ik wil dat ook.”
5 x Irene Moors
Wat is je gezondste gewoonte?
“Dat ik genoeg slaap. Dat ik genoeg eet. O en ik ben gestopt met roken, omdat ik mijn dochter plechtig beloofd heb het niet meer te doen als zij op haar beurt beloofde er niet mee te beginnen.”
Beweeg je?
“Toen ik wat dikker was geworden, na het stoppen met roken, en met een licht hormonale dip binnenliep bij een bewegings-instituut, zag ik daar allemaal een vrouwen puffend en steunend grondoefeningen doen in van die warme zuurstof tentjes. Het leek me vreselijk, maar ben het toch gaan doen. En wat blijkt: Het helpt. Ben inmiddels weer op mijn oude gewicht. En ik doe aan Body Dance.
Heb je een ongezonde gewoonte?
“Nou… het hoort wel bij het leven denk ik: ik drink witte wijn.”
Wat doe je om te ontspannen?
(Hele lange stilte)
“Ik heb zaterdag toevallig tien minuten in de zon een blad zitten lezen. Voor het eerst in tijden.”