Aan het hoofd van het enige private ziekenhuis van Nederland staat een vrouw aan het roer. En ook nog één die geen blad voor de mond neemt. Aysel Erbudak: “Ik hou niet van situaties waarin ik dankbaar moet zijn omdat mensen iets gratis voor mij doen.” Een gesprek met Catherine Keyl.
Wie bij het horen van het beroep ‘voorzitter van een ziekenhuis’ een man in een pak verwacht, komt bij Aysel Erbudak bedrogen uit. De langharige, op hoge hakken van Gucci lopende voorzitter, beantwoordt niet aan dat beeld.
Ze is in de veertig en voorzitter van het Slotervaartziekenhuis in Amsterdam. Toen ze het ziekenhuis met een investeerder overnam, was het bijna bankroet. Nu bloeit het als nooit tevoren. En alsof dat niet genoeg werk is, bezit ze ook maar liefst acht callcenters, waarvan de meeste werk verrichten voor de overheid.
Vandaag dus een gesprek met een pittige zakenvrouw in de zorg. Als dat maar goed afloopt.
Wat mij een beetje tegenstaat, is dat iedereen zegt dat het Slotervaartziekenhuis winstgevend is. Gebeurt dit over de ruggen van patiënten?
“Als je de jaarcijfers bestudeert, zie je dat we geen winst maken door beperkingen op het medisch bedrijf, maar op de overhead. We hebben dat gewoon goed georganiseerd. Sinds we commercieel zijn, is er minder overhead. Het aantal doctoren is niet minder geworden, maar zelfs gegroeid. Wij zijn het eerste ziekenhuis in Nederland dat in private handen is en wij willen laten zien dat commercie en kwaliteit hand in hand gaan. Ik kan me niet permitteren om blunders te maken zoals het VU, het Maasstad Ziekenhuis of Spijkenisse. Dat kan gewoon bij mij niet.”
Nououou … je hebt geen enkele medische opleiding, ze kunnen jou zo een loer draaien.
“Luister, ik ben niet van het pappen en nathouden. Zodra ik een signaal krijg dat er iets mis is, laat ik het niet doorsudderen. Ik snijd het er onmiddellijk uit.”
Je bent een keiharde dame dus.
“Nou ja, ik ga wel altijd voor het belang van de patiënt. Ik heb ook weleens iemand ontslagen en geroyeerd. Dan zeiden ze: ‘Waarom geef je die arts niet een positieve referentie mee? Dat kost ons minder.’ Nou, ik kan me dat niet veroorloven. Stel: hij komt ergens anders aan het werk en gaat ook fouten maken. Dan vragen ze: ‘Waar komt die arts vandaan? Uit het Slotervaart?’ Ik moet er niet aan denken. Ik heb ook tegen de rechters gezegd: iemand die onverantwoord bezig is met de patiëntenzorg, ga ik niet motiveren om ergens anders te werken.”
Blijft onveranderd dat artsen vaak samenkomen in besloten clubjes die samen golfen en daarna gaan borrelen. Daar sta jij buiten.
“Nee. Ik heb contacten door het hele ziekenhuis, van schoonmakers tot artsen. Ik organiseer verjaardagsbijeenkomsten met koffie en gebak in de personeelskantine voor iedereen, of je nou voedingsassistent, schoonmaker of verpleegster bent. Dan hoor ik echt alles. Ik ben de meest bekende voorzitter van een ziekenhuis in Nederland. Geloof me, als er iets misgaat, kun je dat niet geheimhouden in een ziekenhuis als dit.”
Je hebt de vrijwilligers geschrapt uit het ziekenhuis. Mijn zus is verpleegkundige en zij zegt dat ze niet zou weten wat ze zou moeten zonder die vrijwilligers.
“Ach weet je, vroeger waren vrijwilligers leuk om bloemetjes in een vaasje te zetten. Tegenwoordig zijn de patiënten hier maar zo kort dat ze niet eens meer bloemen krijgen. Alleen bij geriatrie liggen de patiënten langer en daar hebben we dan professionele activiteitenbegeleiders. Ik hou niet van situaties waarin ik dankbaar moet zijn omdat mensen iets gratis voor mij doen, want dan mag ik ook geen eisen stellen.”
Waar haalde je indertijd het geld vandaan om het Slotervaartziekenhuis over te nemen?
“Ik deed dat met een investeringsmaatschappij, Meromi. Die maatschappij is van mij en mijn zakenpartner Jan Schram, een grootgrondbezitter uit Noord-Holland. Hij heeft een eigen haven. Je hoort niet zo veel van hem, omdat hij niet in de Quote staat, niet van feestjes houdt en dus goed in de denkbeelden van Calvijn past, haha.”
Hoe denk jij dat we de kosten van de gezondheidszorg omlaag kunnen krijgen?
“Door twee dingen. Ten eerste: een van de grootste problemen is obesitas. Al tijdens de zwangerschap moet er gewezen worden op de gevaren. Er moet daar meer preventief gewerkt worden.”
“Ten tweede: de laatste levensfase, waarin de meeste kosten gemaakt worden. Ik denk dat sommige artsen eerlijker moeten zijn over de levenskansen. Ze blijven maar hoop geven en dan kun je als patiënt ook moeilijker een goede beslissing nemen.”
Ik heb een paar interviews met je gezien. Ik zag dat je vader jaren geen contact met je wilde. Nadat je met een neef moest trouwen, hield je het na een paar maanden voor gezien en ging je alleen verder. Wat deed dit met je?
“Het is voor mij heel moeilijk een man echt toe te laten in mijn leven. Waarom? Ik zag de noodzaak van mijn vader niet. Nu ik zelf ouder ben, weet ik pas dat hij alles gedaan heeft voor zijn gezin: hij is naar Nederland gekomen, heeft zich kapot gewerkt, alleen maar om zijn zes kinderen een toekomst te geven. Welke man doet dat?”
En de relatie die je nu hebt?
“Ik heb een relatie met de Arubaanse minister van Volksgezondheid, Richard. Hij is een macho met een klein hartje. Ik zie hem eens in de twee weken. Hij komt uit een ondernemersgezin, dat is belangrijk voor me.”
In elk interview komt ter sprake dat je ooit, jaren geleden, te maken hebt gehad met justitie.
“Er zijn dingen in je leven die je ongedaan zou willen maken. Dit is er een van. Maar ook sommige relaties had ik anders gedaan. Als ik Richard eerder had ontmoet, had ik zeker vijf kinderen met hem gekregen. Maar zo is het niet gegaan. Door een samenloop van omstandigheden kwam ik in allerlei toestanden terecht. Ik kan erom rouwen, net als om de keuze van een verkeerde partner.”
Hoe kwam je op het idee van die callcenters?
“Je hoort op verjaardagen altijd iedereen klagen dat bijvoorbeeld gemeentes moeilijk te bereiken zijn. Ik dacht: er zijn vast een hoop standaardvragen waar dure ambtenaren antwoord op moeten geven. Als wij nou een protocol maken waar de antwoorden op die vragen in staan, nemen we de gemeente werk uit handen en wordt het goedkoper. In het begin schreeuwde iedereen moord en brand: ‘Dat kan toch niet!’ Nu doen we het niet alleen voor gemeentes, maar ook voor advocatenkantoren en banken.”
Ik las ook ergens dat je een health-center in Turkije hebt?
“Nee, dat is niet doorgegaan. We zijn wel bezig, samen met Corendon (een reisorganisatie met specialisatie Turkije, red.), om een toepassing te maken zodat je in 2013 als je als gezonde reiziger onderweg iets krijgt als het ware een ziekenhuis op zak hebt. Je kunt dan beroep doen op Nederlandse zorg in de Nederlandse taal.”
Wat doe je zelf om gezond te blijven?
“Ik leef héél gezond, echt heel gezond.”
Las ik niet ergens dat je rookte?
“Ik ben een gezellige roker. Ik rook dus bijna niet, alleen heel af en toe.”
Foutje nummer 1! Je drinkt ook maar een fles per dag?
“Haha, nee hoor, ik drink helemaal niet. Nou ja, af en toe een glaasje rum op een feestje. Nooit tijdens mijn werk, dan drink ik alleen water of thee. Ik eet veel verse groenten, het liefste rauw, en ik ga drie keer in de week naar de sportschool. Twee keer gaat mijn dochter mee en ik let er bij mijn drie kinderen ook erg op dat ze niet te vet eten.”
Laatste vraag: heb je voor- of nadeel gehad van je vrouw-zijn?
“Nou ja, ik was niet alleen vrouw, maar ook allochtoon. Dus dat was nog ingewikkelder. Als je er goed uitziet als vrouw, heb je wel een streepje voor, denk ik. Hoewel je moet uitkijken. Ze halen je binnen omdat ze je leuk vinden, ze willen een beschuitje met je eten. Mannen willen je verleiden. Ik geloof niet in vrouwen die zich naar de top hebben gewerkt via het bed. Integendeel, degenen die de top halen zijn ‘hard to get’. Als iemand duizenden nee’s heeft verkocht, ben ik het wel. Ik had al op jonge leeftijd in een villa in Zuid-Frankrijk kunnen wonen, maar ik ging voor mijn werk. Ik ben agnost, maar soms vraag ik aan God: waarom heb je me niet de eigenschap gegeven om te kiezen voor een makkelijk leven?”
Als we klaar zijn met het gesprek suggereert Aysel om naar het dak van het ziekenhuis te gaan, omdat je daar mooie foto’s kunt maken. Er liggen kiezelstenen op het dak, het is vijf graden en het waait, maar de voorzitter van het Slotervaartziekenhuis balanceert op haar Gucci’s vaardig tussen de kiezels en poseert als een volleerd model.
4x gezond volgens Aysel Erbudak
“Ik leef héél gezond, echt heel gezond. Ik let er bij mijn drie kinderen ook erg op dat ze niet te vet eten.”
Roken?
“Ik ben een gezellige roker. Ik rook dus bijna niet, alleen heel af en toe.”
Drinken?
“Ik drink helemaal niet. Nou ja, af en toe een glaasje rum op een feestje. Nooit tijdens mijn werk, dan drink ik alleen water of thee.”
Groente?
“Ik eet veel verse groenten, het liefste rauw.”
En sporten?
“Ik ga drie keer in de week naar de sportschool.”
Wie? Aysel Erbudak, bestuursvoorzitter van het Slotervaartziekenhuis, het eerste private ziekenhuis van Nederland.
Hoezo privaat? Vijf jaar geleden was het Slotervaartziekenhuis bijna failliet. Er waren fusieplannen met andere partijen. Met een investeringsmaatschappij kocht Erbudak het ziekenhuis en maakte het, na een forse reorganisatie, winstgevend.
Turkije: Aysel werd geboren in het oosten van Turkije als derde van zes kinderen. Ze kwam in 1979 naar Nederland, waar haar vader al een tijdje werkte.