Van internist en hoogleraar veroudering Andrea Maier hoeven we echt niet allemaal 130 te worden, maar dát we het gaan worden is een feit. Dus waarom zouden we dat niet zo gezond mogelijk doen? “Wat aan ouderdomsziektes ten grondslag ligt, is veroudering. Laten we veroudering dus als ziekte gaan zien die we proberen te bestrijden.”
Hoe raakte je gefascineerd door ouderdom?
“Mijn fascinatie ontstond in China toen ik daar een paar maanden studeerde en een oude dame ontmoette die zo vitaal was dat ze mij fysiek de baas kon met tai chi. Ik was begin twintig, zij 95 jaar. Wat was daar aan de hand? Waarom wordt de een ziek en gebrekkig en blijft de ander tot op hoge leeftijd gezond en vitaal? Ik realiseerde me dat ik niks over veroudering wist. Tijdens mijn studie geneeskunde heb ik er geen enkel vak over hoeven volgen. Dat wij ouder worden, is een nieuw fenomeen. Als artsen weten we eigenlijk helemaal niet wat we moeten doen als we een oudere patiënt voor ons hebben. Moeten we de bumper nog vervangen als de motor het niet meer doet? Dat is geneeskunde op oudere leeftijd: ga je nog iets repareren of richt je dan meer schade aan? Waarom kun je bij een hartinfarct gemakkelijk ingrijpen bij een 50-jarige en niet bij een 80-jarige? Er zijn nog steeds maar weinig artsen die zich dat afvragen. Mij boeit het. Waarom worden wij zo kwetsbaar? En is er een manier om dat te voorkomen?”
Horen gebreken niet gewoon bij ouderdom?
“Dat denken wij inderdaad en het klopt ook met de realiteit: in Nederland heeft vijftig procent van de zestigplussers één of meer ziektes. Maar wat als we kunnen ingrijpen? Wat als we kunnen voorkomen dat we krakkemikkig en ziek worden? We zijn nu vooral reactief bezig; we proberen ziektes uit te bannen als we al ziek zijn. Maar wanneer we preventief bezig gaan en een medicijn ontwikkelen tegen veroudering, krijgen we minder of geen ouderdomsziektes meer.”
Hoezo medicijn? Ouderdom is toch geen ziekte?
“Jawel, dat is het wel. Tenminste, zo zouden we het wat mij betreft moeten beschouwen. We vinden het logisch beroertes en diabetes als ziektes te zien waarvoor we naar remedies op zoek gaan. Maar wat aan die ouderdomsziektes ten grondslag ligt, is veroudering: er is een duidelijk verband tussen ouderdomsziekten en de aanwezigheid van verouderde cellen, ook wel ‘senescente’ cellen genoemd. Ze zijn nog wel metabool actief, maar delen niet meer. Ze komen heel veel voor bij oudere mensen en ze kunnen de biologische leeftijd aangeven; een 60-jarige met relatief veel ziektes heeft meer senescente cellen in het lichaam dan de gemiddelde 60-jarige. En leden van families waarin mensen uitzonderlijk lang leven, zeg honderd jaar of langer, hebben doorgaans veel minder van die cellen dan leeftijdsgenoten.”
Wat doen die cellen dan? Kunnen we ze ook verwijderen?
“Senescente cellen hopen zich op en daar krijg je last van. Je kunt het vergelijken met een vuilnisbak die niet geleegd wordt en begint te stinken. Cellen krijgen signalen dat de bak moet worden geleegd en worden gevraagd te reageren, maar kunnen dat niet. Om hulptroepen in te schakelen gaan ze zich bijvoorbeeld delen, waardoor kanker op oudere leeftijd ontstaat.”
“Er is de afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om die cellen te verwijderen. Onder andere door mijn eigen onderzoeksgroep in Amsterdam en Melbourne. In onderzoek waarbij senescente cellen uit muizen werden verwijderd, stopte het verouderingsproces. Onlangs bewezen Rotterdamse onderzoekers dat muizen met medicijnen tegen senescente cellen een mooiere vacht en betere nierfuncties kregen. Het verouderingsproces werd met andere woorden niet alleen gestopt, maar ook teruggedraaid. Medicijnen tegen senescente worden momenteel verfijnd en getest op andere dieren dan muizen. De ontwikkeling gaat razendsnel. Twee jaar geleden zou ik gezegd hebben dat het nog tien jaar duurt voor we kunnen ingrijpen in het verouderingsproces bij mensen. Nu zeg ik: maximaal vijf jaar. De eerste Nederlander die 130 wordt, wordt binnenkort geboren.”
Moeten we wel 130 willen worden?
“Feit is dat we steeds langer leven. Dat hebben we aan onszelf te danken: we hebben oorlog, hongersnood en infectieziektes uitgebannen en in ziekenhuizen houden we onszelf in leven. Mijn doel is niet om zo lang mogelijk te leven. Mijn doel is om zo lang mogelijk vitaal te blijven. Het gevolg van langer vitaal blijven is dat we langer leven. Langer gezond leven. Daar kan toch niemand tegen zijn? Niemand wil aan de rollator, niemand wil zijn laatste jaren slijten met allerlei nare kwalen.”
“Bovendien: iedereen vergeet dat we nu ook al dagelijks ingrijpen in het verouderingsproces. Met cholesterolverlagers, insuline-injecties bij diabetes of bloeddrukverlagers bijvoorbeeld. De medicijnen die we de afgelopen dertig jaar hebben ontwikkeld, zorgen ervoor dat patiënten niet vroegtijdig overlijden aan hun ziekte: we houden de ziekte in bedwang en vertragen daarmee veroudering.”
Wat kunnen we zelf doen om zo vitaal mogelijk oud te worden?
“Uit onderzoek blijkt dat er een verband bestaat tussen leefstijl op jonge leeftijd en vitaliteit op latere leeftijd. Als je van jongs af aan gezond gegeten en veel bewogen hebt, ben je op latere leeftijd gezonder. Maar het mooie is: als je pas op latere leeftijd start met bewegen en gezond eten, heb je er nog steeds profijt van. Het proces is omkeerbaar. Het is dus nooit te laat om het roer om te gooien. Uit een onderzoek onder 70-jarigen die in het voorstadium van obesitas en suikerziekte zaten, bleek dat beweging de suikerspiegel deed dalen. Deelnemers voelden zich bovendien beter. Nog een superinteressante ontdekking: uit bloedsamples die bij deze patiënten werden afgenomen bleek dat het aantal senescente cellen gaandeweg afnam. De telomeren waren ook langer geworden, waarschijnlijk doordat de oude cellen met korte telomeren uit het systeem waren verwijderd. In de tijd van mijn promotieonderzoek, nog maar negen jaar geleden, dachten we dat die cellen niet te verwijderen waren. Nu blijkt dat het lichaam dat zelf kan: door leefstijl.”
Wat moeten we eten om zo lang mogelijk gezond te blijven?
“Wel of geen pasta, wel of geen melk, daar brand ik mijn vingers niet aan. Groenten en fruit zijn gezond, dat weet iedereen. Verder maakt mij het niet uit wat je eet, als je maar minder eet. Een kwart van de vrouwen en een derde van de mannen in Nederland heeft overgewicht. We denken dat het erbij hoort om elk jaar een kilootje zwaarder te worden, maar dat is onzin. Een goede tip: neem een klein bord. Daarvan eet je twintig procent minder met hetzelfde verzadigingsgevoel.”
Is niet oud worden of niet vitaal oud worden ‘eigen schuld dikke bult’?
“Dertig procent wordt door onze genen beïnvloed, zeventig procent niet. Je hebt het dus niet compleet, maar wel voor een groot deel, zelf in handen. Maar ‘schuld’ zou ik het niet willen noemen. Dat is een negatief begrip. Het motiveert niet. Ik formuleer het liever positief: het is bewezen dat je zelf iets kunt doen aan je gezondheid.”
Moet je leven als een non om gezond oud te worden?
“Absoluut niet. Je moet juist van het leven genieten. Uit een studie onder 100-plussers blijkt dat zij vaak een rijk sociaal leven hebben; ze hebben langdurige relaties, waarin ze investeren. Ze vinden het leven waardevol. Ze hebben iets om ’s ochtends voor op te staan.”
De gemiddelde leeftijd stijgt, maar stagneert bij vrouwen. Hoe kan dat?
“De hellingshoek wordt inderdaad kleiner. Dat komt doordat we meer roken en dikker worden. Vooral jonge meiden beginnen weer te roken. Ook ten opzichte van landen als Italië, Spanje, Zuid-Korea en verschillende Chinese steden is de winst van de ontwikkelingen lager. Dat komt doordat de gezondheidszorg daar fors verbeterd is, maar ook doordat mensen vaak nog een traditioneel dieet volgen, geen overgewicht hebben en geen hoge bloeddruk. Als we hier gezond blijven leven en we kunnen binnenkort veroudering vertragen, schiet de curve omhoog.”
Worden we op den duur ook 150 of zelfs 200?
“Natuurlijk!”
Zou je zelf 150 willen worden?
“Als dat in gezonde doen is en met plezier in het leven, prima! Maar als het op is bij zeventig, is het ook goed. Waarom praten we überhaupt over tijd? Tijd heeft alleen maar zin als je die zinvol besteedt en als je kunt deelnemen aan de leuke dingen in het leven. Dat kan alleen maar wanneer je gezond en vitaal bent.”
Prof. dr. Andrea Maier is internist en hoogleraar veroudering aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en de Universiteit van Melbourne. Daarnaast is zij directeur van het Royal Melbourne Hospital in Melbourne. Ze onderzoekt veroudering van cellen en werkt aan de ontwikkeling van medicijnen tegen veroudering in mensen. Begin dit jaar verscheen haar boek Eeuwig houdbaar-de ongekende toekomst van ons lichaam.