Nu leeft Rianne voor mountainbiken; ze draait haar hand niet om voor veertig kilometer op een dag. Maar dat was niet altijd zo, integendeel. “Wekenlang zat ik op de bank naar de klok te kijken: nog maar een paar uur, dan is de dag weer voorbij.”
Spierballen en sportbenen
“Ik heb spierballen! En van die sportbenen … niet dun, wel strak. Ben ik trots als ik voor de spiegel sta? Nee, maar ik vind het wel leuk. Maar ja, dat krijg je als je fietst zoals ik. Ik rijd ongeveer honderd kilometer per week op mijn mountainbike. Ik fiets af en toe marathons en was vorig jaar tweede op de tachtig kilometer. In het najaar fietsen we zeshonderd kilometer door Vietnam. Het is eigenlijk onbegrijpelijk dat ik dat doe: acht jaar geleden sportte ik bijna helemaal niet.”
Te veel werk
“In mijn vorige baan raakte ik in een burnout. Er was te veel werk voor één persoon, maar ik voelde me er wel verantwoordelijk voor. Doe maar wat je kunt, morgen is er weer een dag; dat principe kende ik niet. Ik ging veel te lang door. Totdat er wat in mij knapte. Ineens wist ik niets meer. Zelfs niet meer hoe ik een kopietje moest maken.”
“Wekenlang zat ik op de bank naar de klok te kijken: nog maar een paar uur, dan was de dag weer voorbij. Ik wilde alleen maar naar bed en slapen. Een zombie was ik. Ik raakte verwijderd van mijn ex-partner, met wie het eigenlijk voor de burnout ook al niet lekker liep. Ik zat beneden, hij boven. Ik was te down om een echte relatie te hebben. Dat duurde bijna een jaar. Mijn zus zei: ‘Ga in elk geval naar buiten!’, en dat deed ik.”
Fietsen, hoe moe ook
“Ik werd door mijn zwager meegenomen naar het bos om te mountainbiken. Ik reed op een oud fietsje van mijn zus. Ik vond veel eng. Maar toch … na een paar keer vond ik het leuker. Van mijn spaargeld kocht ik een eigen fiets waar ik uren en uren op reed. Fietsen werkte voor mij. Het leven was niet langer iets dat zich buiten mij afspeelde, ik deed zélf iets. En ik kon steeds meer: verder fietsen, langer fietsen. Ik zag meer. In het begin dacht ik: O, een vogel. En na een tijdje: Kijk, daar vliegt een buizerd! Ik genoot van de vrijheid, de natuur, de geur van het bos en het gras. Fietsen werd mijn uitlaatklep. Hoe moe ook, van fietsen knapte ik op.”
Verslaafd
“Ik ging zo vaak mountainbiken dat ik verslaafd raakte. Vier keer per week minimaal twee uur. Maar vaker meer en langer. Fietsen – en verder was er niets. Het was een obsessie. Ik putte mezelf uit. Ik was altijd heel moe. Maar toch deed ik elke avond mijn fietskleding aan en ging weg. Ik kon gerust vergeten dat ik nog moest eten terwijl ik wel kilometerslange fietstochten maakte. Ik stond helemaal los van de realiteit.”
Vijftien maanden
“Op een gegeven moment was ik er weer klaar voor om te solliciteren. Maar ik had meer dan een jaar thuisgezeten. Wat zeg je dan om je te verdedigen? Je moet met een soort elan een gat van vijftien maanden op je cv verantwoorden. Het wonderlijke was dat het lukte. Het zelfvertrouwen straalde weer van me af. Achteraf snap ik dat wel. Bij een burnout denk je aan zwakte. Nu ik het aan anderen vertel, sta ik ervan te kijken hoe vaak mensen zeggen: ‘Dat heb ik ook gehad.’ Ik ben bij lange na niet de enige. En ik heb ervan geleerd. Ik weet nu dat ik niet goed tegen een lange tijd stress kan. Ik moet dus goed op mezelf letten zodat ik niet meer zo diep val als toen.”
Fietsen, zonder drang of dwang
“Twee jaar geleden werd ik lid van een mountainbikevereniging. Daar ontmoette ik mijn nieuwe vriend met wie ik samenwoon. We delen dezelfde passie, maken samen tochten en ik ga zelfs met hem en nog een paar anderen zeshonderd kilometer door Vietnam fietsen. Het is een sponsortocht; per persoon halen we 2.500 euro op en dat doneren we aan SOS Kinderdorpen zodat het bij kinderen terechtkomt die in armoede en in de sloppen leven.”
“Ik was altijd heel onzeker. Ik dacht zelfs: Ben ik het wel waard om hier te zijn in dit leven? Ik deed er lang over om te ontdekken dat ik het wél waard ben om hier te zijn. Eigenlijk is dat gekomen door het mountainbiken. Ik kan weer genieten, iets voor een ander betekenen en heb een vriend met wie ik deze passie deel. Dat is geweldig. Mountainbiken is dus geen verslaving meer, ik fiets nu op een gezonde manier, zonder drang of dwang. Maar het is wel een levensstijl. Je sportiviteit inzetten voor iets goeds.”