Mexicaanse griep, vogelgriep, wintergriep, Aziatische griep, varkensgriep, Spaanse griep en wie weet welke variant er ons deze winter staat te wachten. Maar waarom roept griep steeds meer paniek op? En is dat terecht? Epidemioloog dr. Luc Bonneux legt uit wat we van het verleden kunnen leren.
Het lijkt alsof we steeds banger zijn voor griep. Is die angst terecht?
“Allereerst, die angst is er niet altijd geweest. De twee grote griepepidemieën die we sinds de Tweede Wereldoorlog doormaakten in 1957 en 1968 speelden nauwelijks een rol in de sterfte. Terecht. Voor een gezond mens konden ze niet zoveel kwaad. Ook ik maakte als kind de Aziatische griep door en herinner me nog goed dat ik lekker drie dagen thuis mocht blijven. Echt ziek was ik er niet van.”
“Die hele pandemie was een non-issue. De gewone wintergriep die elk jaar terugkeert, eist meer slachtoffers. En dan nog: wat is veel? Zelfs als een griepvirus gemeen wordt en een supergriep ofwel pandemie veroorzaakt, levert dat ‘nog maar’ drie keer zo veel sterfte op. Het betekent dat tijdens zo’n pandemie niet één op de miljoen, maar één op de honderdduizend gezonde mensen sterft aan griep. En zo blijft zeer zeldzaam nog steeds zeldzaam.”
“De laatste griep die veel slachtoffers eiste, was de wintergriep van 1928. Die zorgde voor een knik in de levensverwachting. Toch is ook toen vrijwel niemand rechtstreeks aan de griep gestorven. De meeste mensen overlijden ongeveer twee weken ná de griep; zij zijn dan zo verzwakt dat bacteriën hun kans grijpen en bijvoorbeeld longontsteking veroorzaken. Daar ga je dood aan. Maar sinds de komst van antibiotica spelen dergelijke complicaties bij gezonde mensen zelden een rol.”
Waar komt die angst dan vandaan?
“Toen eind jaren negentig de farmaceutische industrie griepremmers zoals Tamiflu had ontwikkeld, was niemand bang voor de griep. Dus niemand wilde die dingen hebben. Terwijl toch tien procent van de bevolking griep krijgt en nog meer mensen te maken hebben met griepachtige verschijnselen. Dus wat doe je als er desondanks geen vraag is? Vraag creëren. En dat is exact wat gebeurd is. Toen de vogelgriep uitbrak, werd verwezen naar de Spaanse griep die in 1918 zo veel levens eiste. Overigens was het Spaanse griepvirus daarmee uniek. Griepvirussen zijn namelijk helemaal niet succesvol als ze dodelijk zijn. Zij hebben er alle belang bij dat wij blijven leven en ons – al hoestend en snotterend – naar ons werk begeven. Op die manier vermenigvuldigen zij zich. Als wij dood zijn, is het klaar. Een dodelijk griepvirus schakelt niet alleen zijn gastheer, maar ook zichzelf uit. Om die reden heeft het virus dat de Spaanse griep veroorzaakt zich snel geëvolueerd tot een veel mildere variant.”
Griep is dus helemaal niet zo gevaarlijk.
“Nog nooit is griep zo zeldzaam en ‘weinig’ dodelijk geweest als nu, toch maken we er ons drukker over dan ooit. Hoe dat kan? Het is een bekend sociologisch fenomeen dat mensen het onbekende vrezen. Dat we elke dag een dodelijk risico aangaan door in de auto te stappen, beseffen we nauwelijks. Maar een griep die doodt, spreekt tot de verbeelding. En daarmee is het een mooi marketinginstrument voor de farmacie. Maar daarmee blijft het professionele bangmakerij.”
“Een grote angst die ons werd voorgespiegeld, was dat tijdens een pandemie de hele economie inclusief ziekenhuizen stil zouden komen te liggen. Je reinste onzin. Tijdens een gemiddelde zomervakantie moeten we het gemiddeld met minder mensen doen dan tijdens een griepepidemie.”
Maar werken die griepremmers wel?
“Als je het een kritische arts vraagt, zal hij je net als ik vertellen dat de bewezen effectiviteit van griepremmers ter voorkoming van ernstige complicaties nul procent is. Het griepvirus an sich maakt ons niet ziek. Het is de reactie van het afweersysteem waardoor je koorts krijgt en gaat hoesten. Wat virusremmers doen, is de groei van virussen afremmen. Maar wanneer je afweersysteem al in volle actie is, heeft dat geen nut meer. Het kwaad is al geschied.”
“Je zou dus virusremmers moeten slikken vóór de eerste griepverschijnselen opspelen. Als dat al mogelijk is, kun je op die manier de ziekteperiode in het gunstigste geval met een halve dag bekorten. Wat is een halve dag? Je kunt beter paracetamol slikken om de symptomen te onderdrukken, dan ben je waarschijnlijk eerder aan het werk. En vergeet niet: vooral onder jongeren geeft Tamiflu soms ernstige bijwerkingen zoals waanideeën.”
Maar waarom waren die griepremmers niet aan te slepen tijdens de Mexicaanse griep?
“Elke vorm van logica was ver te zoeken. En juist daardoor kon een slecht gezondheidsbeleid tot ontwikkeling komen. Professor Frank Furedi, socioloog aan de Universiteit van Kent, heeft daar een sociologische theorie rondom ontwikkeld: The Culture of Fear. Beleid maken betekent vooruitzien; dat vooruitzien gebeurt in toenemende mate in vergezochte ‘worst-casescenario’s’. Deze manier van denken kan zo overweldigend zijn, dat de samenleving onmiddellijk actie wil ondernemen om die scenario’s’ te voorkomen. Terwijl dat misschien niet de beste tactiek is. Rustig afwachten, de problemen op hun juiste waarde inschatten en vervolgens proportioneel reageren, is vaak meer dan goed genoeg . Door die ‘worst-casescenario’s’ wordt een verspillend beleid ontwikkeld, waaraan elke rationele onderbouwing ontbreekt.”
Dat gebeurde dus ook bij ons?
“Ja. Extra handicap is dat paniek snel regeert in Nederland. Dat heeft te maken met de volksaard en de dreiging van het water. Ja, u hoort mij goed en ik zeg dit zonder een glimlach om mijn lippen. De angst voor de zee in Nederland is levendig en terecht. De zee geeft en neemt. En als ze neemt, neemt ze veel. Door de eeuwen heen hebben Nederlanders zich daarom proberen in te dekken tegen de waterdreiging. We zijn ons daar niet altijd van bewust, maar ga maar eens naar Kinderdijk. Daar hebben honderden jaren geleden duizenden mannen met een schep in de handen het land van de zee ingenomen. Zoiets krijg je alleen voor elkaar door goed samen te werken en dat kunnen Nederlanders.”
“Net als toen met het indijken willen we ons nu indekken tegen griep. Het nadeel van de Nederlandse groepscultuur is echter dat bij dreiging paniek snel toeslaat, juist omdat Nederlanders zo nauw samenwerken. Door die paniek heeft Nederland tijdens de Mexicaanse griep bijna een miljard euro (!) uitgegeven aan inentingen, virusremmers en ambtelijk geneuzel, terwijl we al snel wisten dat het effect van deze griep zo gering was dat het eigenlijk niet eens een pandemie genoemd mocht worden.”
Toch is Nederland gaan inenten.
“De theorie was dat griep in golven komt: het aanvankelijk milde Mexicaanse virus zou zich tijdens de volgende golf mogelijk tot een kwaadaardig virus ontwikkelen. Maar waarom zou het dat doen? Zoals ik eerder heb gezegd, heeft elk griepvirus er baat bij dat je blijft leven, omdat het zich alleen dan kan vermenigvuldigen. Bovendien is de hele theorie dat griep in golven komt nergens op gestoeld, zoiets is nog nooit aantoonbaar gebeurd. Zelfs niet bij de Spaanse griep. Dus waarom nu wel?”
“Vervolgens is het RIVM gaan inenten met een paniekprik. De productie van entstof vergt tijd en die tijd dacht men niet te hebben en dus is er een vaccin gemaakt met de halve hoeveelheid entstof, aangevuld met hulpmiddelen. Was er werkelijk een pandemie geweest, dan was het gebruik van deze onvoldoende geteste vaccinatie misschien nog gerechtvaardigd geweest. Maar met de kennis die we hadden, is het een farmaceutisch debacle. Ik zeg daarmee niet dat de inenting gevaarlijk was. De vraag is wel of het werkzaam was en of de kosten de middelen heiligden.”
Maar als wetenschappers zeggen dat de Mexicaanse griep dodelijk kan zijn voor je kind, dan wil je wel …
“Inderdaad, de paniek sloeg extra hard toe omdat wetenschappers van wereldfaam zoals viroloog Ab Osterhaus dachten dat de Mexicaanse griep het einde van half Nederland zou inluiden. Mijn eerste vraag is of een viroloog überhaupt iets weet van pandemieën of van het maken van gezondheidsbeleid, want dat is niet zijn expertise. Daarbij raakt dit een ander probleem en wel dat moderne wetenschappers met duizend draadjes verbonden zijn met de industrie. Ook een Osterhaus. Dat kan niet anders. Als je onderzoeker van wereldfaam wilt zijn, moet je veel onderzoek doen. Dat kost ontzettend veel geld. En aangezien de staat niet het vermogen heeft dit te financieren, komt het op de industrie aan.”
“Probleem is dat deze niet-onafhankelijke wetenschappers wel de overheid adviseren. Neem de Gezondheidsraad: vertel mij wie daarin zit en ik vertel je welke belangenverstrengelingen er spelen. Eigenlijk zouden medische overheidsadviseurs nog geen pizzapunt mogen aannemen van de industrie. De mens is een sociaal dier. En ook al ben je je er niet van bewust, we leven in een voor-wat-hoort-wat-samenleving. Dus als je onderzoek gesponsord wordt, is het menselijk onmogelijk kritisch te zijn tegenover je sponsor.”
Wie moet ik dan geloven?
“Je mag verwachten dat een orgaan zoals het RIVM de overheid kritisch en objectief adviseert over gezondheid. Die moet de overheid behoeden voor het maken van fouten zoals die ten tijde van de Mexicaanse griep gemaakt zijn. Dat is dus niet gebeurd. En waarom niet?”
“Omdat ik niet kan geloven dat het RIVM zich laat omkopen, houd ik het op onbekwaamheid. In het bedrijfsleven zou iemand zoals RIVM-voorman Roel Coutinho geen schijn van kans hebben. Maar het RIVM wordt nergens op afgerekend en durft evenmin zijn beleid te herzien of te zeggen dat ze fout zaten.”
Hoe moet het dan wel?
“Neem liever een voorbeeld aan de Engelsen. Die hebben the National Institute for Health and Clinical Excellence (NICE). Dit adviesorgaan is onafhankelijk en betrekt diverse maatschappelijke vertegenwoordigers bij haar adviesvorming. Niet alleen de overheid, maar ook patiënten, de wetenschap en de industrie. Daardoor wordt het beleid dat ze voorstellen breder gedragen.”
“Zo’n orgaan dient mensen trouwens ook goed in te lichten. En dat gebeurt nu niet. Zo pretendeert het RIVM nog steeds dat de griepprik werkt. Maar of dat zo is, weten we niet. Deze inenting is op de markt gekomen voor er dubbelblind onderzoek naar is gedaan. Inmiddels krijgen alle 65-plussers een oproep voor de griepprik, maar of dat nut heeft? Je weet nooit van tevoren welke griepstammen gaan circuleren. Je gokt welke virussen volgend griepseizoen gaan heersen en die stop je in het vaccin. Dat gokken gaat minder goed dan gedacht. Daarbij sterven ouderen vrijwel nooit rechtstreeks aan de gevolgen van griep, zij sterven omdat hun immuniteit niet meer goed werkt.”
We moeten dus de griepprik gaan onderzoeken?
“Het is hoog tijd voor een gerandomiseerd onderzoek onder gezonde mensen in de leeftijd van 60-69 jaar. Als de griepprik op mensen tot 65 jaar effect heeft, dan werkt het waarschijnlijk voor iedereen. Zo niet, dan hoeft de overheid zo’n griepprik niet meer te verstrekken omdat het geen nut heeft. In het eerste geval heb je aanleiding voor vervolgonderzoek waarmee je kunt nagaan of zo’n inenting ook chronisch zieken helpt.”
“Het klinkt alsof ik een grootschalige onderzoeksproject voorstel en dat is ook zo, maar de kosten bedragen nog geen achtste van wat de paniekprik tijdens de Mexicaanse griep heeft gekost.”
“Wat mij betreft moet het gezondheidsbeleid niet alleen bewezen effectief zijn, maar ook kostendekkend. Dus waarom zouden we 65-plussers niet zelf voor hun griepprik laten betalen? Degene die niet voor zo’n inenting kiest, doet het niet. Zo’n voordeel heeft de griepprik ook niet. De beste bescherming tegen griep is net als in de prehistorie: je terugtrekken in een grot en wachten tot je beter bent. Op die manier geef je de griep tenminste ook niet door.”
“We moeten ons goed realiseren dat we die miljard euro die we uittrokken voor griepvaccins en virusremmers niet meer kunnen investeren in de behandeling van complicaties bij griep. Denk aan zuurstof bij benauwdheid of verplegend personeel. Juist op dat vlak voorzie ik problemen als er werkelijk een pandemie uitbreekt.”
En preventief: kun je voorkomen dat je de griep krijgt?
“Nee, nog niet. Het immuunsysteem bouwt voor elk griepvirus een herinnering op. Griepvirussen zijn continu in ontwikkeling en veranderen steeds. Als zo’n nieuw virus het lichaam binnendringt en het afweersysteem herkent het niet als een griepvirus, dan word je ziek. Ook als je gezond eet en veel sport. Het is zelfs zo dat mensen die heel voorzichtig leven, misschien wel een groter risico lopen. Zo bezaten degene die de pandemie van 1890 overleefd hadden een forse weerstand, daarom zijn er in 1918 ook zo weinig ouderen gestorven aan de Spaanse griep.”
Luc Bonneux
Dr. Luc Bonneux is epidemioloog aan het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI). Hij publiceert onder andere over demografische epidemiologie, cardiovasculair risico management en kanker screening.
Het boek ‘En ze leefden nog lang en gezond’ van Bonneux gaat over hoe gezondheid industrie werd (uitgeverij Terra Lannoo, ISBN 978 90 209 91 260, € 22,99). Hij behandelt niet alleen allerlei zin en onzin over de griep, maar ook diverse gezondheidsissues zoals kanker en aids.
- “Vrijwel niemand sterft rechtstreeks aan griep. Zelfs als een griepvirus ‘gemeen’ wordt en een supergriep ofwel pandemie veroorzaakt, levert dat ‘nog maar’ drie keer zo veel sterfte op. Het betekent dat er in plaats van één op de miljoen, één op de honderdduizend gezonde mensen sterft aan griep tijdens zo’n pandemie. En zo blijft zeer zeldzaam nog steeds zeldzaam”
- “Toen eind jaren negentig de farmaceutische industrie griepremmers had ontwikkeld, was niemand bang voor de griep. Dus niemand wilde die dingen hebben. En wat doe je als er geen vraag is? Vraag creëren. Angst is een machtig marketinginstrument”
- “Griepvirussen hebben er alle belang bij dat wij leven en ons – al hoestend en snotterend – naar ons werk begeven. Op die manier vermenigvuldigen zij zich. Als wij dood zijn, is het klaar. Een dodelijk griepvirus schakelt niet alleen zijn gastheer maar ook zichzelf uit”
- “Beleid maken betekent vooruitzien en dat vooruitzien gebeurt in toenemende mate in vergezochte ‘worst-casescenario’s’. Deze manier van denken kan zo overweldigend zijn, dat er onmiddellijk actie wordt ondernomen om die ‘worst-casescenario’s’ te voorkomen. Terwijl rustig afwachten, de problemen inschatten en dan proportioneel reageren meer dan goed genoeg is. Maar door die ‘worst-casescenario’s’ wordt een verspillend beleid ontwikkeld, waaraan elke rationele onderbouwing ontbreekt. Net als met de Mexicaanse griep”
- “Het griepvirus an sich maakt ons niet ziek. Het is de reactie van het afweersysteem waardoor je koorts krijgt en gaat hoesten”
- “Griepremmers kunnen de ziekteperiode in het gunstigste geval met een halve dag bekorten. Wat is een halve dag? Je kunt beter paracetamol slikken om de symptomen te onderdrukken, dan ben je waarschijnlijk eerder aan het werk”
- “Het immuunsysteem bouwt voor elk griepvirus een herinnering op. Griepvirussen zijn continue in ontwikkeling en veranderen steeds. Als zo’n nieuw virus het lichaam binnendringt en het afweersysteem herkent het niet als een griepvirus, dan word je ziek. Ook als je gezond eet en veel sport”