Veel mensen hebben een te hoog cholesterol en slikken daarvoor statines, maar die geven vaak spierpijn. Hoe kan dat? Is een oplossing in zicht? En kun je zelf iets doen aan een hoog cholesterol? Ja!
Hoeveel mensen in Nederland precies een te hoog cholesterol hebben, weet Frans Russel niet. Wel weet hij hoeveel Nederlanders statines voorgeschreven krijgen om dat cholesterol omlaag te krijgen: anderhalf miljoen. Hij weet ook dat twintig tot 25 procent van hen last heeft van bijwerkingen zoals spierpijn. Russel is hoogleraar farmacologie en toxicologie aan het Radboudumc. Afgelopen zomer kwamen hij en zijn onderzoeksteam een stapje dichter bij de ontrafeling van het waarom van die hinderlijke bijwerking: soms steken statines een spaak in het wiel van de energieproductie in de spiercellen.
Therapietrouw
“De klachten kunnen heel vervelend zijn”, zegt Russel. “Ze variëren van lichte spierpijn tot heftige spierkrampen. Mensen die ermee kampen functioneren soms minder goed of slapen ’s nachts slecht vanwege de pijn.”
Behalve heel hinderlijk kan het ook gevaarlijk zijn, zegt hij, omdat het de therapietrouw in gevaar brengt: “Een hoog cholesterol vergroot het risico op hart- en vaatziekten. Statines verkleinen die kans. Als patiënten zo veel last ervaren dat ze met het medicijn stoppen, kan dat gezondheidsrisico’s met zich meebrengen.”
Vandaar dat onderzoekers al heel wat jaren onderzoek doen naar de oorzaak van die spierpijn, want dát statines klachten geven, is al bekend sinds het medicijn 25 jaar geleden voor het eerst werd voorgeschreven. We zijn er alleen nooit achter gekomen hoe die spierpijn ontstaat. Tot nu toe dus.
Boosdoeners
Laten we bij het begin beginnen: wat doen statines eigenlijk precies? Russel: “Statines verlagen het cholesterol in het bloed. Dat komt door de zuurvorm die statines aannemen wanneer ze in het bloed worden opgenomen. De zuurvorm bindt zich aan een cholesterolproducerend enzym in de lever en remt dat enzym op die manier. Spierpijn ontstaat naar nu blijkt doordat soms aan dat zuur een enzym wordt gekoppeld waardoor een lactonvorm ontstaat.”
Die lactonen, nutteloos voor het lichaam, zijn de boosdoeners. “Zij steken als het ware een spaak in het wiel van de energieproductie. In de mitochondriën, de energiefabriekjes van ons lichaam, wordt energie opgewekt door verbranding van voedingsstoffen. Spiercellen hebben heel veel van die mitochondriën, omdat ze veel energie nodig hebben. Ergens halverwege de ademhalingsketen van de mitochondriën verhinderen de lactonen de zuurstofoverdracht.”
Daarmee is waarschijnlijk ook meteen een andere vraag beantwoord: waarom niet iedereen er last van krijgt. Dat komt, zeggen de onderzoekers, door genetische variatie; sommige mensen hebben meer enzymen die de zuurvorm omzetten in de schadelijke lactonvorm dan andere.
Is het eind van spierpijn bij statines nu dan in zicht? “Helaas nog niet”, zegt Russel. “We zijn een stapje dichter bij de oplossing gekomen, maar er is nog een lange weg te gaan. We zijn nu samen met chemici op zoek naar een manier om de structuur van statines om te vormen. Als we ervoor kunnen zorgen dat de zuurvorm in het lichaam niet meer kan worden omgezet in lactonen, hebben we de oplossing te pakken. Dan pakken statines alleen het cholesterol aan. Maar zover zijn we nog niet. Bovendien zou dat dan een heel nieuw geneesmiddel opleveren. Er gaan dan nog jaren overheen voordat dat nieuwe middel zal zijn goedgekeurd en op de markt komt.”
Mythes
Uit onderzoek blijkt dat klachten verminderen naarmate minder statines worden voorgeschreven. Het is gevaarlijk om de dosis op eigen houtje af te bouwen, zegt Remko Kuipers. Hij is arts, wetenschapper en cardioloog in opleiding. Toch is het volgens hem mogelijk om zélf iets te doen aan een hoog cholesterol. Daardoor zou op termijn wellicht de voorgeschreven dosis naar beneden kunnen, in samenspraak met de behandelend arts.
Voordat hij daarover verder gaat, wil Kuipers eerst een aantal misverstanden de wereld uit hebben. Er bestaan namelijk nogal wat mythes over cholesterol, zegt hij.
Ten eerste heeft cholesterol volgens hem ten onrechte een slechte naam. Kuipers: “We hebben het altijd over een ‘te hoog’ of een ‘te laag’ cholesterol, maar cholesterol heeft een functie: het maakt deel uit van ons immuunsysteem. Het stijgt wanneer schade in ons lichaam moet worden hersteld. Bij gezonde mensen is dat een aantal keer per jaar, wanneer het immuunsysteem bijvoorbeeld door een virus of bacterie op de proef wordt gesteld. Cholesterol dringt dan beschadigde cellen binnen om die te repareren. Hierbij vormt cholesterol samen met calcium en andere ontstekingscellen een verbinding die werkt als een soort cement. Als dit cement zich in de wand van een bloedvat bevindt, noemt men dit in de geneeskunde ook wel een atherosclerotische plaque, ofwel aderverkalking.”
Anders wordt het wanneer we een zogenaamde chronische ‘lage-graadontsteking’ hebben. Bijvoorbeeld doordat we te weinig slapen, te veel stress ervaren, slecht eten, roken of te zwaar zijn. Dan blijft ons cholesterol hoog, omdat het voortdurend in een staat van paraatheid moet zijn om schade te herstellen. Met andere woorden: een continu hoog cholesterol is niet altijd een ziektebeeld. Het is vaak een symptoom van een onderliggend probleem. Een hoog cholesterol is dus pas een risicofactor bij een ongezonde leefstijl.
‘Small dense’ deeltjes
Er is nog iets waaraan vaak voorbij wordt gegaan, niet alleen door patiënten, maar ook door artsen en specialisten in het ziekenhuis. Naast de hoogte van het LDL of de verhouding tussen goed (HDL) en slecht (LDL) cholesterol is er nog een heel belangrijke factor die iets zegt over de gezondheid van ons cholesterol: de grootte van de LDL-deeltjes. Die blijkt het risico op hart- en vaatziekten te voorspellen. Nog beter zelfs dan de hoogte van het cholesterol. Hoe kleiner de deeltjes, hoe makkelijker ze door de celwand heen dringen. Het zijn deze kleine, zogenaamde ‘small dense’ LDL-deeltjes die een gezondheidsrisico met zich meebrengen. “Het is jammer dat de huisarts nog steeds alleen maar kijkt naar de hoogte van het totale cholesterol of de verhouding tussen HDL en LDL. Vaak zeggen die waarden iets over je gezondheidsrisico, maar niet altijd dus.”
Masai
Remko Kuipers deed jarenlang onderzoek naar de invloed van leefstijl op onze gezondheid en kwam er bij de Afrikaanse Masai achter dat het onze westerse leefstijl is die ons cholesterol omhoog jaagt. “Masai hebben een veel lager cholesterolgehalte dan wij. Lang werd gedacht dat zij dat gunstige cholesterolgehalte te danken hadden aan een ander cholesterolmetabolisme; we dachten dat Masai cholesterol anders afbreken in hun lichaam. Maar dat blijkt niet zo te zijn. Als je Masai blootstelt aan onze manier van leven, stijgt hun cholesterol ook. Met ander woorden: cholesterolwaarden zijn te beïnvloeden met leefstijl.
Om lage-graadontstekingen te voorkomen moeten we volgens Kuipers vooral veel groenten en fruit eten. Verder moeten we stress vermijden, genoeg slapen, voldoende bewegen en alle industriële voedingsmiddelen zoals pakjes en zakjes, koek, chips en snoep laten staan. Die barsten namelijk van de snelle suikers en transvetten.
Vet
Dat brengt hem op een volgend belangrijk onderwerp als het gaat over cholesterol: vet. Lang werd gedacht dat vet de boosdoener was. Vet maakt dik en slibt onze aderen dicht. Maar dat is al een tijdje achterhaald. Het gaat om het soort vet dat je eet. Kuipers: “Er zijn een heleboel verschillende soorten vet. Die hebben we allemaal nodig, maar per stuk hebben ze een ander effect op ons HDL en LDL.”
Voor een goede gezondheid willen we een zo laag mogelijk LDL en een zo hoog mogelijk HDL. Om die verhouding gunstig te beïnvloeden moeten we kiezen voor zo min mogelijk transvetten en meer onverzadigde vetten zoals omega-9 uit olijfolie en omega-3 uit vis, visolie en lijnzaad. Ook omega-6-vetzuren hebben een gunstige invloed op de LDL/HDL-ratio, maar minder gunstig dan omega-3-vetzuren. Omdat onze huidige voeding een overmaat aan omega-6-vetzuren bevat, adviseert Kuipers daarom om omega-6-rijke oliën, zoals soja en maïsolie, maar ook zonnebloempitten en margarines, te vermijden. “We zouden onze vetten voornamelijk moeten halen uit olijfolie, lijnzaadolie, noten, zaden en vette vis. Omega-3-vetzuren hebben bovendien een heel sterk ontstekingsremmend effect.”
De gezonde effecten op het hart en de bloedvaten van enkelvoudig onverzadigde vetten zoals in extra vierge olijfolie worden volgens hem overigens niet alleen verklaard door de aanwezige vetzuren. Ook het grote aantal polyfenolen in deze olie speelt waarschijnlijk een belangrijke rol.
Uit de natuur
En verzadigd vet? Dat moeten we ook vermijden toch? “Nee hoor”, zegt Kuipers. “Verzadigd vet hebben we gewoon nodig. Net als eiwitten en koolhydraten. Uit onderzoek is gebleken dat verzadigd vet geen hoger risico geeft op hart- en vaatziekten. Het zit hem in de totale inname: je eet altijd iets in plaats van iets anders. Verzadigd vet wordt een probleem wanneer je het in plaats eet van groenten en fruit.
Nog een tip van Kuipers: rodegistrijst. Dat is in supplementvorm te koop. “Bepaalde werkzame stoffen die voor statines gebruikt worden, komen gewoon in de natuur voor. Van rodegistrijst is ook bewezen dat het cholesterol ervan naar beneden gaat. Ik vermoed dat in de toekomst nog veel meer stoffen zullen worden ontdekt. Maar een uitgebalanceerd cholesterol begint bij een gezonde levensstijl.”
Deskundigen
– Frans Russel is hoogleraar farmacologie en toxicologie aan het Radboudumc.
– Remko Kuipers is arts, wetenschapper en cardioloog in opleiding. Hij is ook auteur van de boeken Het Oerdieet en Oergezond.