Oud worden willen we eigenlijk allemaal, zo blijkt uit gezondNU-onderzoek, maar dan wel graag gezond. Hoe krijg je dat voor elkaar? Redacteur Gebke Verhoeven ontdekt dat positief denken over ouder worden alvast een stap in de goede richting is.
Toen mijn oma V. – vernoemd naar Queen Victoria omdat ze zich vaak zo autoritair gedroeg – op haar negentigste een staaroperatie had ondergaan, schrok ze zich rot toen ze zichzelf met een heldere blik in de spiegel bekeek: “Wat een rimpels!” Ze heeft minstens een week haar gezicht naar achteren geduwd in de hoop dat die rimpels zouden verdwijnen. Het beeld dat ze in de spiegel zag, klopte duidelijk niet met hoe zij zich voelde. En misschien heeft dat haar wel zo lang ‘jong’ gehouden. Want ook al was ze qua gezondheid een krakende wagen, ze weigerde stil te zitten. Als je haar flat binnenstapte, kwam de geur van soep of stoofvlees je tegemoet; er stond altijd een pan op het fornuis te pruttelen. Meer dan eens brak er bijna brand uit, omdat ze tijdens het koken druk aan het schilderen, schrijven, lezen of handwerken was. En alhoewel op haar 94e haar lijf echt versleten was, bleef ze tot op het laatst geestelijk helder. Dat is iets wat ik hoop te erven van mijn oma V.
Nog lang niet uitgerangeerd
Ik ben niet de enige die graag oud wil worden, mits ik geestelijk goed blijf. Uit onderzoek van gezondNU blijkt dat 61 procent van de Nederlanders er net zo over denkt. Lichamelijke fitheid vinden we minder belangrijk. Dat is voor 49 procent de belangrijkste voorwaarde om honderd te willen worden. Deze uitkomst verbaast prof. André Aleman, hoogleraar Cognitieve Neuropsychiatrie en schrijver van het boek Het seniorenbrein, niets. “Er kan je fysiek van alles mankeren, maar zolang je geestelijk goed blijft, kun je daar vaak een oplossing voor bedenken. Als je brein je in de steek laat, wordt dat lastiger.”
Dementie is voor velen hét doemscenario. Terecht? Aleman: “Ja en nee. Natuurlijk is het vreselijk om dement te worden. Maar vergeet niet dat de hersenen meestal tot aan je 75e moeiteloos blijven functioneren.” “Bovendien”, zegt ir. Marieke van der Waal, directeur van de Leyden Academy on Vitality and Ageing, “is niet elk dement mens hetzelfde. We hebben vaak een negatieve kijk op ouder worden en zeker op dementie. Natuurlijk is het een vreselijke ziekte, maar er zijn ook vrolijke demente mensen.”
Van der Waal vindt sowieso dat ouderdom een te negatief imago heeft. “Als je bejaard zegt, denk je aan rollators en rolstoelen. Ouder worden associëren we vooral met kwetsbare mensen aan wie van alles mankeert en die steeds weer iets van hun gezondheid moeten inleveren. Maar dat is een kleine groep mensen die in hun laatste levensfase zijn aanbeland. Er is een grote groep ouderen van vijftig tot tachtig jaar aan wie misschien wel wat mankeert, maar die nog volop in het leven staan. Zij bevinden zich in de derde leeftijd en passen op kleinkinderen, doen vrijwilligerswerk, helpen hun medemens. Zij zijn allesbehalve uitgerangeerd.”
Hoe ouder, hoe wijzer
Van der Waal benadrukt dat ouderen zich vooral ook geestelijk blijven ontwikkelen. “Dat loopt zeker door tot aan je 65e.” Dat wil niet per se zeggen dat je brein op je 65e even snel of goed werkt als op je dertigste. Want eerlijk is eerlijk: het cognitieve verval start al vanaf ons twintigste. “Geleidelijk aan neemt de denksnelheid af, waardoor je meer tijd nodig hebt om iets nieuws te leren”, legt Aleman uit. “Het wordt lastiger je concentratie te behouden in een drukke omgeving. Ouderen kunnen minder goed onbelangrijke informatie negeren.”
Maar dit is slechts een zijde van de medaille. “De hersenen van ouderen gaan namelijk niet alleen maar achteruit”, zegt Aleman. “We weten sinds kort dat het seniorenbrein nieuwe hersencellen kan aanmaken. Belangrijker nog, de hersenen zijn heel handig in het omzeilen van problemen die ontstaan door beschadigingen en slijtage. Dat doen ze door ‘omleidingen’ te maken.” Het betekent dat naarmate we ouder worden we onze hersenen op een andere manier inschakelen. “Zo gebruik je bij het nemen van beslissingen op latere leeftijd steeds meer beide hersenhelften. En dat is gunstig. Ouderen betrekken daardoor meer hun emoties bij het maken van keuzes. Die blijken een goede raadgever. Ouderen hebben minder vaak achteraf spijt van hun keuzes.”
Wijsheid komt dus met de jaren? In zekere zin wel, erkent Van der Waal. “Ouderen zijn beter in het beredeneren van problemen en in het verbanden leggen tussen oorzaak en gevolg. Daardoor begrijpen ze beter het waarom. Ze kunnen gebeurtenissen goed in de context plaatsen.”
65 en gelukkiger dan ooit
Lang niet alles takelt af naarmate we ouder worden, is de boodschap van Van der Waal en Aleman. “Je wordt emotioneel stabieler”, zegt Aleman. “Ouderen laten zich minder snel uit het veld slaan en reageren minder angstig als er iets ergs gebeurt. Ze bewaren meer rust en kunnen beter relativeren. Ouderen scoren bovendien hoog op de psychologische ladder als het gaat om ‘goedaardigheid’. Dat betekent dat ze minder snel een ander dwarsbomen of zich negatief opstellen. Tolerantie, hulpvaardigheid, vriendelijkheid en je coöperatief opstellen zijn eigenschappen die ouderen doorgaans beter beheersen.”
Eigenlijk worden we met de jaren steeds gezelliger, temeer omdat ouderen meestal positiever in het leven staan. Dat is terug te zien in hun hersenen, vertelt Aleman. “De verbinding van de voorste hersenen met de amygdala, een hersengebied voor emoties, is bij ouderen actiever dan bij jongeren. Daardoor kunnen ouderen negatieve emoties goed ombuigen in iets positiefs.” Een goede eigenschap, ook voor je gezondheid. “Mensen die goed zijn in het herinterpreteren van negatieve emoties blijken minder snel hartproblemen te ontwikkelen en blijven mentaal langer fit.”
Nog meer goed nieuws: 65-plussers komen minder snel in een zware depressie terecht dan jongeren. Sterker nog, de doorsnee zestiger is gelukkiger dan hij was toen hij jonger was. “Hoe dat komt, weten we nog niet precies”, zegt Aleman. “Maar er zijn heel wat redenen voor te bedenken. Ouderen leven vaak meer in het nu. Dertigers zijn druk met gezin en werk, de meeste 65-plussers kennen meer rust en minder stress in hun leven. Dankzij hun ervaring kunnen ze beter relativeren en weten ze wat hen gelukkig maakt.”
We houden niet van oud
Positiever ingesteld, gelukkiger, verstandiger (minder impulsief), rustiger, evenwichtiger. Ouder worden klinkt zo slecht nog niet. Toch zien wij ‘bejaarden’ niet bepaald positief. Een studie van de Vrije Universiteit Amsterdam laat zien dat de gemiddelde Nederlander bijvoorbeeld denkt dat ouderen geen of amper nog een seksleven hebben. Het tegendeel is gelukkig waar. Ook zijn ouderen meer vooruitstrevend dan ‘we’ aannemen. En klagen over kwaaltjes? Dat doen vooral jongeren en mensen van middelbare leeftijd, aldus een Amerikaanse studie.
Nog zo’n negatief vooroordeel: ouderen zijn eenzaam. Aleman: “47 procent van de Nederlanders denkt dat, maar uit het LASA-onderzoek (een langetermijnonderzoek naar ouder worden) blijkt dat slechts een klein percentage van de ouderen zich eenzaam voelt. We gaan er met zijn allen van uit dat de vrienden- en familiekring krimpt naarmate je ouder wordt. Maar dat gebeurt pas in laatste levensfase en dan nog blijven kinderen hun ouders juist wel bezoeken. Die band verbetert eerder dan dat hij verslechtert.”
Waarom is ouder worden voor velen zo onaantrekkelijk? Volgens Van der Waal komt dat door de evolutie. “Wij zijn niet gemaakt om van oudere mensen te houden”, zegt ze. “De mens is geprogrammeerd om te overleven; dat doen we door kinderen te krijgen. Om dat aan te moedigen, krijgen we van nature een blij gevoel of voelen we vertedering bij de aanblik van baby’s en kleine kinderen. Diezelfde vertedering of blijdschap voel je niet voor een oud mens die zijn laatste dagen doorbrengt in bed en misschien wel net zo veel zorg nodig heeft als een baby.” Waarom niet? “Als ouders heb je een duidelijke functie: het grootbrengen van een nieuwe generatie. Maar als je kroost 21 is en klaar is om een nieuwe generatie op de wereld te zetten, zit je taak er vanuit een evolutionair oogpunt op. Dat betekent dat je vanaf je vijftigste eigenlijk niet meer nodig bent. Niemand wil overbodig zijn. Daarom willen we ook niet ouder worden, daarom smeren we rimpels en ouderdomsvlekken het liefst weg en daarom is de hele samenleving gericht op jong zijn en blijven.”
De evolutie te snel af
“We zijn ontzettend goed geworden in het uitstellen van ouder worden en zelfs van de dood”, zegt Van der Waal. “Dankzij goede zorg, medicijnen en nieuwe technieken heb je nog een half leven te gaan na je vijftigste. Ons brein loopt echter achter op de werkelijkheid; in dat brein domineert nog steeds het oeroude evolutionaire principe.” En dus zitten we met een enorm bataljon vijftigplussers die volgens ons brein niet zo vertederend en leuk zijn als kleine kinderen en die voor de overleving van ons soort niet zo nodig zijn als mensen van middelbare leeftijd. Het is zaak dat we ons voorgeprogrammeerde evolutionaire imprint snel van metamorfose voorzien, concludeert Van der Waal. Simpel gezegd: “We moeten ons beeld van verouderen en ouderdom snel bijstellen. Als je dat niet doet, schat je een grote groep mensen niet op waarde.”
Een mentaliteitsverandering is nodig, vindt Van der Waal. “Net zo goed als dat baby’tje in de wieg een glimlach op je gezicht tovert, moeten ouderen op hun eigen manier van waarde zijn voor de samenleving. Zo ken ik een vrouw van in de negentig waaraan fysiek van alles mankeert. Zij is echter het luisterend oor van het verplegend personeel. Iedereen kan zijn verdriet bij haar kwijt. Dat geeft haar het gevoel onmisbaar te zijn, de drive om door te gaan. Het gevoel hebben dat je een reden hebt om voor te leven – dat is vitaal oud worden.”
80 het nieuwe 30
We moeten volgens Van der Waal toe naar een samenleving waarin iedereen op zijn eigen niveau kan meedoen. Dat is niet alleen belangrijk voor de ouderen, maar een positievere kijk op ouder worden komt de gezondheid van ons allemaal ten goede, meent Alema.“Uit onderzoek blijkt namelijk dat als je positief denkt over ouder worden, je levensverwachting tot wel 7,5 jaar kan toenemen. Deze mensen leven vaak gezonder. Want als je het niets vindt om tachtig te worden, waarom zou je dan stoppen met roken of drinken? Of waarom zou je dan gaan sporten? Juist als je hoopt gezond negentig te worden, wil je daar wat voor doen. Een positieve levenshouding werkt bovendien stressverlagend. En minder stress is goed voor je brein en je gezondheid in zijn algemeenheid.”
Aleman waarschuwt dat een sombere kijk op ouderdom een selffulfilling prophecy kan worden. “Ellen Langer van de Harvard Unversity heeft in haar onderzoeken laten zien dat negatieve ideeën over oud worden kunnen samenhangen met slechtere prestaties tijdens geheugen- en concentratietests.” Die associatie lijkt in ons systeem te gaan zitten, dusdanig dat het op den duur onze gezondheid beïnvloedt.
Langer onderzocht bijvoorbeeld het effect van het dragen van een uniform. “Het blijkt dat mensen in uniform meer leeftijdloos worden. Twintigers voelen zich daardoor ouder, 65-jarigen jonger en dat kun je aflezen aan hun gezondheid. Oudere werknemers in uniform lijden minder snel aan ouderdomsziekten dan mensen die in hun normale kledij naar het werk gaan. Ook mensen met jongere partners en Chinezen die op het platteland leven – ver van de negatieve stereotypering over ouderdom – blijken minder snel ouderdomskwalen te ontwikkelen.” Vergis je niet in wat de invloed van heersende ideeën over ouderdom kan zijn op je gezondheid, benadrukt Aleman. Een positieve houding kan je langer jong én gezond houden. Dus voortaan is tachtig het nieuwe dertig.
Hoe ontwikkel je een positieve kijk?
Vechten tegen de vergankelijkheid kost volgens levenscoach Albert Sonnevelt veel energie. “Ouder worden kun je niet tegenhouden, dus kun je je er maar beter aan overgeven en werken aan datgene wat je van binnen jong houdt. Dat is de sprankeling in je ogen, de bereidheid het leven vol aan te gaan, kansen te zien, de wil om te blijven leren en je niet te snel te oud voelen.”
Sonnevelt heeft voor zijn boek De levenscode tientallen tachtigplussers geïnterviewd die volop in het leven staan. Hun verhalen hebben hem ervan overtuigd dat gezond oud worden niet zo zeer te maken heeft met gezond leven, maar vooral met een positieve instelling. “Het zijn niet de sterksten die overleven, maar degenen die zich het best kunnen aanpassen. Aanpassing vergt geestelijke flexibiliteit, levenslust, passie en bezieling. Belangrijke voorwaarden om gezond oud te worden.”
Positieve gedachten leveren een positieve hormoonbalans op, die je immuunsysteem voedt (je bent minder snel ziek) en je geestelijk flexibeler maakt, meent Sonnevelt. Maar positief denken is niet voor iedereen weggelegd. “Je hebt inderdaad een streepje voor op anderen als je van nature optimistisch ingesteld bent. Maar zelfs doemdenkers kunnen positiever worden. Dat kun je oefenen door elke dag iets op te noemen waarvoor je dankbaar bent. Het liefst elke dag iets anders. Denk vooral aan vanzelfsprekendheden die je normaal voor lief neemt. Dat je ogen het goed doen, dat de dag begint met een mooie zonsopgang of dat je geliefde weer veilig thuis is. Aan veel negatieve emoties ligt angst ten grondslag. Door te oefenen in dankbaarheid vervang je die angst door vertrouwen, hoop en liefde. Van daaruit is het makkelijker dromen te realiseren of uitdagingen aan te gaan. En daar gaat het om”, vindt Sonnevelt. “Dat je actief blijft. Dat je het lef hebt te blijven leren en dat je steeds weer een zinvolle invulling aan het leven geeft.”
Zo blijf je geestelijk lekker lang jong (ook goed voor dertigers)
- Blijf geestelijk actief! Leer een muziekinstrument bespelen of probeer een nieuwe taal onder de knie te krijgen. Daardoor maakt je brein nieuwe verbindingen aan, wat helpt je brein gezond te houden. Puzzelen is hiervoor niet geschikt. Dat is meer een kunstje dat je jezelf aangeleerd hebt. Lezen is weer wel goed voor je brein.
- Eet je nooit helemaal vol, maar stop zodra je het gevoel hebt dat je nog wel iets zou lusten. Zo vertraag je de stofwisseling. Bij de stofwisseling komen stoffen vrij die het brein verouderen. Een trage stofwisseling betekent minder schadelijke stoffen en minder slijtage in het brein.
- Beweeg zeker een halfuur per dag. Ook al kun je alleen schuifelen of ben je al vergeetachtig, dan nog is beweging de manier om achteruitgang tegen te gaan. Zo maakt het brein een groeifactor aan die de hersenen kan repareren.
- Mensen die gezond oud worden, hebben doorgaans een goed sociaal netwerk. Je hoeft geen honderden vrienden te hebben; een handvol mensen van wie je houdt en die je koestert, vergroot al je kans om gezond de honderd te halen.
- Mensen gaan cognitief wat achteruit zodra ze stoppen met werken. Wanneer ze een andere, zinvolle invulling geven aan hun leven en actief blijven, helpt dat achteruitgang te beteugelen.
- Investeer in onderwijs. Mensen met een hogere opleiding houden er gemiddeld gezien een gezondere leefstijl op na en blijven geestelijk langer helder. Als ze wel vergeetachtig worden, zijn ze doorgaans handiger in het verzinnen van strategieën om met achteruitgang om te gaan.
- Kies voor een gezond eetpatroon. Drink genoeg water, eet minder suikers en koolhydraten, neem minder verzadigde vetten en meer omega-3-vetzuren, kies voor veel groente en fruit, weinig vlees, eet vezelrijk en neem voldoende vitamine B12 en foliumzuur. Dit eetpatroon helpt de hersenen gezond te houden.
De voordelen van ouder worden:
- Het seniorenbrein is goed in woordenschat en wereldkennis.
- Ouderen zijn evenwichtiger en stressbestendiger.
- Zware depressies komen op latere leeftijd minder voor.
- Mensen van 65 zijn doorgaans gelukkiger dan jongeren.
- Ouderen kunnen beter negatieve emoties naar positieve emoties ombuigen.
- Senioren hebben een beter zicht op het waarom achter een probleem.
Wat heb ik nodig om 100 te worden?
- 1/3 goede genen
- 1/3 gezonde leefstijl & gunstige omgevingsfactoren
- 1/3 mazzel
Deskundige:
- prof. André Aleman, hoogleraar Cognitieve Neuropsychiatrie aan het Universitair Medisch Centrum Groningen en schrijver van Het seniorenbrein.
- Ir. Marieke van der Waal, directeur van het kennisinstituut over vitaal ouder worden, Leyden Academy on Vitality and Ageing.
- Levenscoach Albert Sonnevelt, directeur van Sonnevelt Opleidingen, Academy voor Gezonde Levensstijl, en auteur van het boek De Levenscode.