Hendrikje van Andel-Schippers overleed in 2005 op 115-jarige leeftijd als de oudste levende mens ter wereld. Hoogleraar dr. Gert Holstege onderzocht haar vóór en na haar dood. Hij deed dit samen met zijn dochter en geneticus dr. Henne Holstege. gezondNU stelde hun 10 vragen.
Hoe bent u in contact gekomen met Hendrikje van Andel?
Gert Holstege: “In 2001 werd ik gebeld door een verzorgster uit De Westerkim, een verzorgingstehuis in Hoogeveen. Ze belde namens mevrouw Van Andel – ik had geen idee wie dat was. Mevrouw Van Andel had haar lichaam, toen ze 80 jaar was, ter beschikking gesteld aan de wetenschap. Ze vroeg zich af of ze nog wel nuttig was, op haar leeftijd. Die vraag wordt vaker gesteld, bijvoorbeeld als mensen aan ernstige ziektes lijden. Dat we zo’n vraag kregen, was dus niet zo gek. Ik vroeg aan de telefoon: ‘Hoe gaat het dan met mevrouw Van Andel en hoe oud is ze eigenlijk?’ De verzorgster antwoordde: ‘Wel goed hoor. En ze is 111.’ Ik vroeg of ik het goed had verstaan. Maar ze was echt 111 jaar oud. Waarop ik zei: ‘Oh, ik geloof dat ze nog wel nuttig is voor de wetenschap.’ Ik doe dat anders nooit, maar ik ben toen naar haar toe gegaan.”
Wat trof u aan?
Gert Holstege: “Ik zal het nooit vergeten. Het was een van de meest bijzondere ervaringen in mijn leven. Ik heb meer dan een uur met haar gepraat, onder vier ogen. Ze wist werkelijk álles. Ze luisterde ieder uur naar het nieuws. Ze zag slecht, dat was het enige probleem. Maar ze volgde bijvoorbeeld ook het voetballen. Ajax werd volgens haar geen kampioen, de linkervleugel was te zwak. Allerlei details wist ze te melden, over van alles en nog wat. Ook emotionele dingen die ze had meegemaakt, kon ze precies vertellen. Ze wist zich nog te herinneren dat koningin Wilhelmina was gekroond, in 1898. Dat soort dingen. Niet te geloven, zó ontzettend scherp als zij was en volledig alert. Het was de enige keer in mijn leven dat ik iets meemaakte waarvan ik echt even moest bijkomen. Zoals wij nu praten, zo sprak ik ook met haar. Wérkelijk ongelooflijk voor iemand van 111 jaar.”
Wat dacht u toen u weer bij zinnen was?
Gert Holstege: “Dit moet worden vastgelegd met neuropsychologische testen. Dat vond ik belangrijk, om te voorkomen dat men achteraf zou zeggen: ‘Dit is onmogelijk.’ Voor dat onderzoek moest zij bijvoorbeeld tien woorden onthouden en vijf minuten later die woorden opzeggen. Ik deed dat onderzoek zelf niet, dat werd verricht door de afdeling Neuropsychologie van het UMCG, maar ik zat er wel bij. Ik dacht: of ík dat nog zou kunnen … dat weet ik niet. Maar zij deed het helemaal goed. Ze werkte daar ook graag aan mee. Ze vond het prachtig en begreep het belang ervan.”
Na haar dood hebt u ook haar hersenen onderzocht?
Gert Holstege: “Ja, samen met Wilfred den Dunnen van de afdeling Neuropathologie. Bij mevrouw Van Andel was nauwelijks een afwijking te vinden. Vrijwel niks. Ze had de hersenen die je normaal ziet bij iemand van vijftig jaar. Haar lichaam vertoonde ook vrijwel geen spoor van atherosclerose ofwel aderverkalking. Heel bijzonder. Ik denk ook dat dit een grote rol heeft gespeeld bij het feit dat zij zo oud is geworden.”
Zij bleek bijzondere genen te hebben?
Henne Holstege: “Zo is het in de media terechtgekomen. Maar als ik uw genoom in kaart breng, vind ik ook allerlei nieuwe varianten. Het genetisch onderzoek staat nog zo in de kinderschoenen dat we niet eens weten wat nou precies gunstig is en wat niet. Sterker: ik heb de DNA-sequentie van mevrouw Van Andel vergeleken met een database die allerlei pathogene genetische varianten kent. Op basis daarvan zou ze de meest gruwelijke ziekten moeten hebben, die ze helemaal niet had. Sterker nog, ze is 115 geworden. Met andere woorden: haar genoom herinnert ons eraan dat er nog zoveel is dat wij niet weten over de genetica, en dat we nog veel méér moeten leren om het genoom echt te snappen.”
Wat is de meest dringende vraag van jullie onderzoek?
Henne Holstege: “Zijn er factoren in het DNA die kunnen beschermen tegen dementie? Je kunt heel oud worden, maar als je daarbij dementie krijgt, is de kwaliteit van leven niet meer erg hoog. Dus laten we nu eerst eens kijken hoe mensen kunnen voorkomen dat ze dementie krijgen. Daarom kijken we nu naar het genoom van honderdplussers die niet dement zijn. Het grote probleem met het menselijk genoom is dat het bestaat uit ontzettend veel datapunten. Je krijgt er drie miljard van je vader en drie miljard van je moeder. Het is moeilijk te bepalen welke daarvan een oorzakelijk verband hebben met oud worden zonder dementie. We denken dat het gaat om meerdere datapunten, waarvan sommige juist wél aanwezig moeten zijn en sommige níet. We moeten dus niet alleen mevrouw Van Andel bekijken, maar ook andere mensen die op deze manier oud worden. Die genomen gaan we nu vergelijken, zodat we meer te weten komen over welke genetische varianten daadwerkelijk een oorzakelijke rol spelen.”
Bij dit onderzoek werkt u ook weer samen met uw vader?
Henne Holstege: “Deze studie wordt opgezet vanuit het Alzheimercentrum van het VUmc en de afdeling Klinische genetica. We zoeken mensen van honderd jaar en ouder die nog net zo scherp van geest zijn als mevrouw Van Andel. Uiteindelijk hopen we gelijkenissen te vinden. Dit onderzoek vindt plaats vanuit het VUmc, al heb ik hierover, naast de discussies met directe collega’s, ook veel discussies met mijn vader.”
Kan de geneeskunde in de toekomst ‘slechte’ genen herstellen?
Henne Holstege: “Dat is exact het doel van dit nieuwe onderzoek. We weten dat er genetische factoren zijn die een risico voor de vroege ontwikkeling van dementie vormen. Maar van de dementie die zich vaak openbaart tussen zeventig en tachtig jaar is niet helemaal bekend of dat nou een normaal verschijnsel van veroudering is of dat er een genetische factor aan ten grondslag ligt. In ieder geval is het wel zo dat je het niet per se hoeft te krijgen; dat hebben mevrouw Van Andel en de mensen die we nu ontmoeten in het kader van ons onderzoek ons laten zien. Hebben deze mensen iets in hun erfelijk materiaal dat we zouden kunnen nabootsen voor de mensen die dat niet hebben? Bij dementie is het zo dat als je er eenmaal last van begint te krijgen, cellen in je hersenen zijn doodgegaan. De hersenen worden daadwerkelijk kleiner, want die cellen zijn er niet meer. Je kunt het niet genezen, dus moet je het voorkomen of eventueel het proces vertragen. We willen met onze studie kunnen aanwijzen wie wél vatbaar is voor het krijgen van dementie en wie niet. De mensen die vatbaar zijn, hopen we uiteindelijk te kunnen voorzien van een medicijn waardoor de ziekte zich niet openbaart.”
Wat voor invloed hebben omgevingsfactoren, zoals voeding en leefstijl, op de genen?
Henne Holstege: “Het onderzoek daarnaar staat erg in de belangstelling. De ene mens lijdt bijvoorbeeld aan ouderdomsdiabetes en de ander krijgt daar nooit last van. Het zou kunnen zijn dat die tweede vanuit zijn erfelijke opbouw een suikerhuishouding heeft met een gunstig effect bij het ouder worden. Men denkt dat nu te kunnen nabootsen door nét iets minder te eten dan je lekker zou vinden en al vóór het verzadigingsmoment te stoppen. Als je op die manier met je eten omgaat, zou je langer kunnen leven en zou de kans op de ontwikkeling van dementie ook kleiner zijn. Er zijn ook daadwerkelijk mensen die deze levensstijl erop nahouden, een hele opgave lijkt mij!”
Wat geeft bij de meeste mensen de doorslag om gezond oud te worden: genen of leefstijl?
Henne Holstege: “Er wordt gezegd dat ongeveer 25 procent genetisch is en 75 procent leefstijl. We weten dit door onderzoek bij eeneiige tweelingen. Die overlijden vaak op ongeveer dezelfde leeftijd. Een verschil in leefstijl, zoals wel of niet roken, kan echter van grote invloed zijn op de levensduur.”
Dr. Gert Holstege is hoogleraar neuro-anatomie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn dochter dr. Henne Holstege is geneticus bij het VU medisch centrum in Amsterdam. Beiden deden onderzoek naar Hendrikje van Andel-Schippers, die op het moment van haar sterven werd beschouwd als de oudste levende persoon ter wereld. Zij overleed uiteindelijk aan een maagtumor, op 115-jarige leeftijd. ‘Wereldrecordhouder’ oud worden is nog altijd Jeanne-Louise Calment uit het Franse Arles, die 122 jaar werd.