Sommigen zien Sara Kroos als een wervelstorm op ramkoers met confronterende humor en harde taal. Wat mij opvalt, is haar passie, energie en uitbundigheid. Diep vanbinnen wil ik dat ook. Hoe word ik Sara Kroos?
‘Koest Sara, rustig!’ Kreeg ze te horen toen ze pas in het theater stond. Ook in relaties moest ze ‘dimmen.’ Ze schreeuwde en blafte omdat ze boos was op het leven. Jaren later is ze klaar met blaffen. ‘Ik weiger langer slachtoffer te zijn en zoek enthousiast naar geluk’, zegt ze in een interview dat ik lees. Ze ontdekte haar liefdevolle, zachte kant en durfde die ook te laten zien. Maar wel op háár manier. Ze laat zich geen wetten opleggen, anders ‘ontploft’ ze. Ze bloeit en gaat lekker los, zonder gêne.
Een paar jaar geleden ontmoette ik haar ‘in het echt’ voor een interview. Snoepend van luxe bonbons, (“De ultieme verwennerij”), gunde ze me een kijkje in haar belevingswereld. Geen onderwerp was taboe. Ze vertelde mooi en makkelijk over haar verlangens, kwetsbaarheden en passies. Het raakte me. Sindsdien kan Sara bij mij niet meer stuk. Ik zag van dichtbij hoe energiek, vurig en expressief ze is. Kortom: een brok uitbundigheid.
Kwadrant van Ofman
Zelf ben ik ongeveer het tegenovergestelde van Sara. Ingetogen, bescheiden, soms zelfs verlegen. In hooggespannen situaties, krijg ik geen woord uit mijn keel. En los gaan op de dansvloer? Alleen als ik me volkomen op mijn gemak voel. Lastig! Vooral omdat ik het stiekem heerlijk vind uitbundig te zijn.
Ik zou best wat meer ‘Sara’ willen hebben. Die wens leg ik voor aan anderen. Ik begin met gezondheidszorgpsycholoog Mary-Ann ter Huurne. “Gedrag aanleren dat niet bij je past, gaat niet. Linda kan nu eenmaal geen Sara worden”, reageert zij. “Wel kun je proberen bepaalde gedragingen die je in Sara waardeert, vanuit je eigen identiteit in jezelf te versterken.”
Personal coach Gerard Zegers van Zinspiratie is het daar mee eens: “Soms zitten de eigenschappen waarnaar je verlangt al in je verscholen. De kunst is die eigenschappen naar boven te halen.” Hij maakt daarvoor gebruik van het Kwadrant van Ofman. Dit model draait om vier termen: kernkwaliteit, valkuil, allergie en uitdaging. “Kernkwaliteiten zijn iemands kenmerkende, positieve eigenschappen”, legt Zegers uit. “Die eigenschappen kunnen echter doorslaan, waardoor ze je valkuil vormen. Van het positieve tegenovergestelde van je valkuil kun je leren – dat is je uitdaging. Een extreme vorm van je uitdaging is je allergie: die wekt ergernis bij je op.”
Personal coach Zegers vraagt me één goede eigenschap te kiezen die bij me past. Na een poosje wikken en wegen wordt het ‘weloverwogen’. “Dat nemen we als kernkwaliteit”, beslist hij. “Nu kunnen we stellen dat uitbundigheid je uitdaging is en ingehoudenheid je valkuil. Aan extreem schreeuwerige types irriteer je je, dat is je allergie. Herkenbaar?” Inderdaad, het klopt aardig.
Irreële gedachten
Het grappige is, valt me nu pas op, dat Sara haar gedrag óók wil veranderen. Alleen nét de andere kant op. ‘Ik wil rustiger durven zijn’, zegt ze in het interview dat ik lees. En in mijn eigen gesprek met haar, vertelde ze dat ze soms baalt van haar heftige, extraverte karakter. Wat dat betreft kunnen we veel van elkaar leren. Maar hoe verander je iets dat je al tijden zo gedaan hebt? Psycholoog Ter Huurne: “Ikzelf werk met cognitieve gedragstherapie. Daarbij gaan we ervan uit dat onze gedachten ons gevoel en gedrag beïnvloeden.”
Ze noemt een voorbeeld: “Stel je bent op een feestje en je hebt zin om te dansen. Helaas durf je niet omdat je denkt dat mensen je dan een aansteller vinden. Onderzoek je nu deze gedachte, dan kom je er waarschijnlijk achter dat je jouw angsten baseert op irreële gedachten. Heb je bewijzen dat anderen je een aansteller vinden als jij gaat dansen? En stel nu dat het waar is, ben je dan als persoon een aansteller of is alleen je gedrag aanstellerig? Is het een ramp wanneer mensen dat denken? Vergaat de wereld? Je leert feitelijk denken, in plaats van zelf conclusies te trekken. Hoe meer ervaring je daarin opdoet, hoe minder je last krijgt van onzekerheid en angstgevoelens.”
Is het zo simpel? “Jammer genoeg niet”, zegt Ter Huurne. “Vastgeroeste patronen doorbreek je niet zomaar. Het kost tijd en inspanning. Bovendien is het moeilijk zelf reële van irreële gedachten te onderscheiden. Een therapeut kan daarbij helpen.”
Angst voor de angst
Hoewel ik Sara’s temperament waardeer, en heb geleerd dat ook ik daar wel wat van kan meekrijgen, heeft het ook mindere kanten. En die vermijd ik liever. Zo vertelt Sara in een ander, ouder interview het volgende: ‘Ik vind iets pas harmonieus als alles is uitgesproken. Ligt de kamer wel vol met kapotte glazen en de kast op z’n kop. Maar dan is alles wel weer echt.’
Kapotte glazen? Kast op z’n kop? Mij niet gezien. Ik hou van eerlijkheid, maar een ruzie of meningsverschil is nou net zo’n situatie waarin ik in mijn valkuil schiet: ‘ingehoudenheid’.
“Acceptatie van je valkuil is de eerste stap naar verandering”, reageert Zegers. Acceptatie? Nee hè. Ik wil juist mijn gedrag aanpassen en veranderen. Níét accepteren. “Toch is dat nodig”, vindt Zegers. “Nu geef je jezelf telkens enorm op je kop wanneer je in je valkuil stapt, je vecht ertegen of gaat de situatie uit de weg. Juist daardoor word je steeds banger om in die valkuil te stappen. Niet doen dus. Wees mild voor jezelf, accepteer dat je het anders zou willen of dat het wel eens ‘mis’ gaat. Zodra je meer vrede hebt met je valkuil, wordt de drempel lager en de durf groter daadwerkelijk veranderingen in je gedrag aan te brengen.”
Oefening baart kunst
Gelukkig hebben Sara en ik ook overeenkomsten – zeer kritisch zijn op jezelf bijvoorbeeld. ‘Als ik aan het werk ben, heb ik het meest last van mijn eigen censuur’, zegt Sara in een interview. Ik herken dat in mezelf. “Anderen ervaren jouw gedrag vaak veel minder storend dan jij denkt”, zegt psycholoog Ter Huurne. “Ook hier kun je onderzoeken of je gedachten reëel zijn. Vraag het na. Feedback helpt angsten te neutraliseren waardoor je nieuwe gedrag steeds meer ‘eigen’ wordt.” Trouwens, iedereen kampt met onzekerheden, zelfs Sara dus. Ze zegt: ‘Mijn grootste onzekerheden zitten in wat ik aan heb en hoe ik beweeg. Ik vind het doodeng om te dansen tijdens mijn show’. Dat relativeert. Toch lukt het Sara wél haar angst te overwinnen: ‘Ik dúrf nu te dansen en ben er trots op.’
Oefening baart kunst? “Inderdaad”, reageert coach Zegers. “Dat is de volgende stap voor jou: oefenen in uitbundigheid. Zoek een situatie die voor jou minder bedreigend is, en oefen je nieuwe gedrag. Voer van daaruit de moeilijkheidsgraad langzaam op. Zo bouw je je zelfvertrouwen op. Het voornaamste is: geniet ervan. Als je kanten van jezelf ontwikkelt die je nog niet hebt ontwikkeld, raak je beter in balans. Je wordt vrijer in je doen en laten. Gewoon gelukkiger.”
Klinkt goed. Ik ga het uitproberen.
Feest in de stad
Het weekend erop is het feest in onze stad. Hét moment om uitbundigheid te oefenen. Met de tips van Ter Huurne en Zegers in mijn achterhoofd, duik ik met een vriendin de kroeg in. En … het werkt. Écht. Na een tijdje voel ik me op mijn gemak. Alleen al door me bewuster te zijn van irreële gedachten en van mijn veranderingsproces, lukt het me over mijn schaamtegevoel heen te stappen. Ik dans de hele avond. En steeds als ik iets van gêne voel opborrelen, onderzoek ik welke gedachten dat opwekken. Twijfels krijgen minder vat, plezier des te meer.
Maandag op mijn werk teer ik nog na op het lekkere gevoel dat ik overhield aan de feestavond. Maar dan … Ik moet een presentatie houden. Ik vind het spannend en ben nerveus. Eenmaal op het podium kan ik niet meer wegkruipen. Ik moet de situatie wel accepteren en er het beste van maken. Het gaat redelijk, behalve dat ik het gevoel heb dat ik een kop als een biet heb. En ik baal van mijn trillende lip. Na afloop vraag ik mijn zusje, die erbij was, wat ze ervan vond.
“Rood hoofd? Mij is niks opgevallen”, zegt ze.
“Ik hoorde aan je stem dat je nerveus was, maar het stoorde niet; je sprak duidelijk. En wat ik erg goed vond: je kreeg de zaal een paar keer aan het lachen.”
Weer een stapje in de goede richting. Sara Kroos, here I come!
Sara Kroos reageert:
“Leuk om te lezen hoe je jouw zoektocht verwoordt!” Lachend: “Allereerst weet ik niet of het wel handig is heel erg uitbundig te willen worden. En zoals Mary-Ann ter Huurne ook al zei: je kunt niet iemand anders worden. Er zijn denk ik twee dingen die mij uitbundig maken: ik heb veel energie die ik positief wil gebruiken en niet wil besteden aan donkerte of destructie, en ik schaam me niet zo snel. Zodra ik ga denken wat de ander er van zal zeggen, durf ik ook niets meer. Want men kletst toch wel, wat je ook doet. Uitbundig leven is ook vanuit je hart leven en reageren, wat een stuk kwetsbaarder is. Maar het geeft (ook de ander) vaak positieve energie. Het leven vol vieren is mijn motto: maar dat houdt ook in dat ik graag rustig met een boekje op de bank zit. 24/7 uitbundigheid zou ik ook niet willen.”
Hoe word ik … Sara Kroos?
Gerard Zegers is een van de coaches van Zinspiratie coaching in Haarlem. Zie voor meer informatie www.zinspiratie.nl of bel 023 – 5299845 Mary-Ann ter Huurne werkt als GZ-psycholoog bij Mediant Geestelijke Gezondheidszorg.