Omdat hij zoveel kinderen met alcoholvergiftiging in zijn ziekenhuis zag, richtte kinderarts Nico van der Lely de allereerste polikliniek Jeugd en Alcohol op. Inmiddels zijn er twaalf van deze kinderalcoholpoli’s door heel Nederland.
“Ze was dertien jaar en had anderhalve liter Pisang Ambon gedronken. Het gebeurde op een verjaardagsfeestje van een vriendinnetje. Klassiek verhaal van een ‘sweet sixteen party’: iemand wordt zestien, de ouders trekken zich terug en rond elf uur is er ineens paniek: iemand begint over te geven of nog erger. Met dit meisje was er ogenschijnlijk niks aan de hand, maar plotseling ging ze volledig ‘out’: ze raakte bewusteloos. Met de ambulance werd ze naar het ziekenhuis gebracht en daar zag ik haar: niet aanspreekbaar, oppervlakkige ademhaling, onderkoeld, lage bloeddruk, hartritmestoornissen, een promillage van 2,0. Daarbij had ze ook een gebroken pols, omdat ze struikelde toen ze onderuitging. We gaven haar een infuus en hebben haar de hele nacht bewaakt. De ouders begrepen er niets van, tot ze later de bonnetjes vonden van de drank die de meiden stiekem in huis gehaald hadden.”
“Een kind wordt anders dronken dan een volwassene. Je merkt heel lang niets aan ze, ze lopen nog keurig recht en ineens vallen ze om en raken ze in coma. Dit is levensgevaarlijk, kinderen kunnen er zelfs aan doodgaan. Bij het meisje met de Pisang Ambon was ik nog verbaasd over wat ik meemaakte; er werden toen nog amper kinderen met een alcoholvergiftiging binnengebracht. Maar in 2007 kwam het probleem al zo vaak voor dat kinderpsycholoog Mireille de Visser en ik een speciale polikliniek Jeugd en Alcohol hebben opgericht. Inmiddels zijn er al twaalf alcoholpoli’s in Nederland.”
“Vorig jaar belandden zo’n 800 kinderen in het ziekenhuis met een alcoholvergiftiging. Na een forse toename toen de zoete mixdrankjes populair werden, zien we dat het aantal opnames nu iets afneemt. Dit komt vermoedelijk doordat alcoholverstrekking nu wettelijk verboden is aan kinderen onder de achttien.”
“Het kinderbrein is pas uitgegroeid rond de 24 jaar. Voor die tijd brengt alcohol er ongekend veel schade aan toe. Een kind dat enkele malen een alcoholvergiftiging heeft gehad, gaat het leren zoveel slechter af dat het soms van het atheneum naar het vmbo moet afstromen. Ook bij volwassenen zijn allerlei gezondheidsproblemen het gevolg van alcoholgebruik: drie procent van alle nieuwe kankergevallen bij vrouwen en tien procent bij mannen zijn puur toe te schrijven aan alcohol.”
“Alcoholmisbruik is een maatschappelijk probleem. Alles is erop gericht om drank ook zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Reclames laten zien dat je stoer en cool bent als je alcohol drinkt. Als puber ga je dan voor de bijl. Pubers hebben meer geld dan vroeger en tikken soms wel dertig biertjes weg. Vannacht heb ik nog een jongen van veertien opgenomen met een alcoholpromillage van 2,5, terwijl één van zijn ouders overleden is aan alcoholische leverproblemen en opa korsakov (dementie ten gevolge van langdurig alcoholgebruik) had. Dat is de ‘puberparadox’: pubers wéten dat het niet goed voor hen is, maar toch doen ze het. En drank is overal te verkrijgen: er zijn in Nederland 9 duizend verkooppunten voor bruinbrood tegenover 60 duizend voor alcohol!”
“Ouders zijn zelf vaak ook een bevorderende factor. Meer dan een miljoen probleemdrinkende ouders geven zelf het slechte voorbeeld. Het is niet meer huisje, boompje, beestje, maar huisje, boompje, biertje. Ouders tolereren regelmatig dat kinderen thuis alcohol drinken en doen ze dat niet, dan zetten ze hun wel kinderchampagne met bubbels voor. Dat is als het oefenen met poedersuiker voor het gebruiken van cocaïne! Het is de hele cultuur. Zelfs in de sportkantine wordt na de training bier geschonken. Als je jong met alcoholgebruik begint, heb je later vier tot zes keer zoveel kans op problematisch drankgebruik. Laat je kind er dus zo laat mogelijk mee beginnen!”
“Vanavond ga ik op ‘kroegentocht’: in een café een groep ouders voorlichten. Je moet creatief zijn. Ik heb recht van spreken, want ik sta met mijn poten in de modder. Zo’n tachtig keer per jaar spreek ik op sportclubs en op scholen. Ik heb onderwijsmateriaal gemaakt voor de onder- en bovenbouw. Zo proberen we herhaling te voorkomen. De ouders instrueren we: controleer als je kind ’s nachts thuiskomt of hij naar alcohol ruikt. Zo ja, mobieltje inleveren. Er is maar één ding erger dan je mobiel kwijt zijn en dat is doodgaan …”
“Vannacht zag ik ook kinderen met een longontsteking of hersenvliesontsteking in het ziekenhuis. Voor díé categorie zijn ziekenhuisbedden bedoeld. Ik wil minder kinderen met alcoholproblemen in het ziekenhuis zien!”
“Hoe het dat Pisang Ambon-meisje is vergaan? Die was helemaal klaar met alcohol. Ook was ze een afschrikwekkend voorbeeld voor haar vriendinnen. Elk kind dat bij ons het alcoholproject heeft doorlopen, heeft een positief effect op zeker tien anderen.
Wie:
Nico van der Lely is kinderarts in het Reinier de Graaf Ziekenhuis in Delft. Hij zet zich daarnaast in voor de Stichting Jeugd en alcohol, www.stichtingjeugdenalcohol.nl.