Gezin compleet? Dan is sterilisatie van de man een effectieve vorm van anticonceptie. De ‘kleine’ ingreep geldt als weinig belastend. Maar is dat wel zo? “Toen de uroloog rechts bezig was, verschenen er zweetdruppels. Hij zei: ‘U zit anatomisch iets moeilijker in elkaar dan verwacht.’”
Na de zwangerschap(pen) en bevalling(en) van hun vrouw, is voor veel mannen sterilisatie (vasectomie) een vanzelfsprekende geste. Kunnen ze eindelijk eens wat terug doen. Bovendien: veel stelt het niet voor. Even de zaadleiders doorknippen en klaar is kees. Fluitje van een cent. Lees er de patiëntenfolders van de Nederlandse ziekenhuizen maar op na. Geruststelling voert de boventoon.
In de folder van het plaatselijke Wilhelmina Ziekenhuis in Assen bijvoorbeeld wordt als complicatie wel vermeld dat een nabloeding of wondinfectie kan optreden. Maar dit komt, aldus de folder, ‘zelden’ voor. “Tot op heden zijn er geen nadelige gevolgen op langere termijn aangetoond”, stelt de patiëntenfolder van Ziekenhuis Rijnstate in Arnhem gerust.
Maar de patiëntenfolders vertellen niet het hele verhaal. Zo krijgt volgens een wetenschappelijke publicatie, die in 2006 verscheen in het ‘Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (NTvG)’, één op de tien gesteriliseerde mannen te maken met een nabloeding of wondinfectie. En dat is toch iets anders dan ‘zelden’, een term die in een bijsluiter bij een geneesmiddel zoveel betekent als één op de duizend tot één op de tienduizend. Over het risico op een hematoom of bloeduitstorting wordt in Assen helemaal gezwegen. Terwijl deze complicatie, volgens hetzelfde artikel, nog altijd 14 procent van de gesteriliseerde mannen treft.
Chronische pijn
Ook kan sterilisatie wel degelijk nadelige gevolgen op langere termijn hebben. “De zogenaamde ‘scrotalgie’ is een onderschat probleem”, stelt professor dr. Eric Meuleman. Hij is hoogleraar andrologische urologie aan het Amsterdamse VU Medisch Centrum (VUMC) en dé deskundige in Nederland op het gebied van de vasectomie. Met scrotalgie wordt een zeurende, stekende en/of uitstralende pijn in de balzak bedoeld. “Deze pijn treedt na sterilisatie op bij 18 tot 33 procent van de mannen. Bij vijf procent wordt deze pijn chronisch. Dat is één op de twintig mannen. Ik vind dat nogal wat.”
Voor de Amsterdamse hoogleraar bestaat er geen twijfel over dat mannen vóór eventuele sterilisatie geïnformeerd moeten worden over het risico van chronische scrotalgie. Hij was in 2004 daarom een van de auteurs van de ‘Herziene richtlijn vasectomie’ van de NVU (de landelijke vereniging van Urologen), die vergezeld ging van een patiëntenfolder. Daarin wordt er niet omheen gedraaid. “Zo’n 5 procent van de mannen die zich laat steriliseren heeft kans op chronische pijn in de balzak”, zo is te lezen in de folder van de artsenvereniging.
Toen we op de redactie van gezondNU lukraak vijftien patiëntenfolders downloaden van ziekenhuiswebsites, meldde slechts drie folders de kans op deze chronische pijn in de balzak.
De ziekenhuizen in Arnhem en Assen zijn dus niet de enige die in hun patiëntenfolder zwijgen over de kans op scrotalgie.
“Teleurstellend”, reageert Meuleman. “Over scrotalgie moet de patiënt worden geïnformeerd. De NVU-richtlijn is het resultaat van grondig literatuuronderzoek en niet gemaakt met de natte vinger. Het is belangrijk dat voorafgaand aan de ingreep realistische voorlichting wordt gegeven over de kans op complicaties, zoals nabloeding, wondinfectie en hematoom. En over gevolgen op de langere termijn, zoals scrotalgie. Ook is 4 procent van de mannen na drie maanden nog steeds vruchtbaar. Daarnaast bestaat een kleine kans op ‘re-kanalisatie’, waardoor ook na jaren nog een zwangerschap kan optreden. De man die zich wil steriliseren hoort dat allemaal te weten.”
Meuleman kan slechts gissen naar de achtergronden van de zwijgzaamheid. “De vasectomie geldt niet als het meest aansprekende onderwerp binnen de urologie. Het is een routine ingreep. Misschien wordt daarom vóórafgaand aan de operatie te weinig en te luchthartig gecommuniceerd met de patiënt.”
Een van de ziekenhuizen die in haar patiëntenfolder zwijgt over het risico van chronische pijn, is het Universitair Medisch Centrum St. Radboud te Nijmegen. “We gaan onze folder aanpassen”, zegt persvoorlichter Gerda van Herwijnen nadat we haar hebben geconfronteerd met deze tekortkoming in hun voorlichtingsmateriaal. “Het onderwerp langdurige pijn staat overigens wel op de lijst met aandachtspunten die hier in huis wordt gebruikt voor het gesprek met de patiënt. Hij hoort er dus wel van.”
“Het was een horrorverhaal”
GN-medewerker Toine de Graaf (47) onderging tien jaar geleden een vasectomie. Docent Geert de Vries (52) kortgeleden. Hun ervaringen:
Geert: “Het was een horrorverhaal. Mijn vrouw kon niet verder met het spiraaltje. Daarom moest er iets gebeuren. Maar als ik van tevoren had geweten hoe het zou lopen, was ik er nooit aan begonnen.”
Toine: “Ik heb er geen moment spijt van gehad. Het ging allemaal volgens het boekje. Ik hoor kennelijk bij de ruime meerderheid die de ingreep probleemloos doorstaat. Al heb ik mijn fiets de eerste weken niet aangeraakt.”
Geert: “Het woord fiets doet al pijn. Daar moet ik voorlopig echt niet aan denken. Het wordt allemaal veel te rooskleurig voorgesteld, wat mij betreft. De folder die ik kreeg, was heel summier. De indruk wordt gewekt alsof je binnen twee dagen weer fluitend op de fiets stapt.”
Toine: “Van de voorlichting herinner ik me alleen nog het gesprek. Daar werd echt de tijd voor genomen. Ik ben ook gewezen op mogelijke complicaties. Maar die verhalen kende ik ook al uit mijn omgeving.”
Geert: “Ik kende het verhaal van een collega, die 25 jaar geleden een maand thuis is geweest met een hematoom. Met dat verhaal in het achterhoofd ben ik naar het ziekenhuis gegaan: ik hoop niet dat dit míj treft. Wél dus. De zaadleider links was in tien minuten gepiept. Maar toen de uroloog rechts bezig was, verschenen er zweetdruppels. Hij zei: ‘U zit anatomisch iets moeilijker in elkaar dan verwacht.’ Hij had moeite met het vinden van de zaadleider. Pas na drie kwartier en veel bloedverlies was hij klaar.”
Toine: “Bij mij ging het allemaal heel vlot. Ik stond zo weer buiten. Ik herinner me het ook allemaal niet meer precies. Maar dat zegt genoeg. Het was geen traumatische ervaring.”
Geert: “’s Avonds al werd de pijn ondraaglijk. Ik heb pijnstillers en een slaappil genomen en daarop een paar uur geslapen. De volgende dag zwol mijn balzak op tot formaat meloen en mijn penis werd zwart. Na het weekend ben ik weer naar het ziekenhuis gegaan. ‘Tja, vervelend meneer, een flinke nabloeding.’ En ik kon weer naar huis. Rust nemen. Uiteindelijk heb ik tien dagen plat op bed gelegen, met veel pijn. Mijn vrouw heeft me moeten verzorgen. Ik heb bijna vier weken niet kunnen werken. Bovendien is mijn rechter testikel waarschijnlijk ‘dood’. Te weinig zuurstof gehad, wat neerkomt op een ongewenste halve castratie. Het heeft mijn libido geen goed gedaan.”
Prostaatkanker en sterilisatie
Door de jaren heen is vasectomie in verband gebracht met allerlei aandoeningen zoals prostaatkanker en een progressieve vorm van afasie. Zo werd in 2006 een link gelegd met primaire progressieve afasie (PPA), een zeldzaam neurologisch syndroom waarbij het taalvermogen langzaam achteruitgaat. Amerikaanse onderzoekers stelden vast dat vasectomie mogelijk een van de risicofactoren is voor het ontstaan van PPA.
Prof. dr. Eric Meuleman: “Er is pas reden tot zorg als een mogelijk verband met een aandoening ook biologisch te verklaren is. In het geval van PPA is die verklaring er niet.” Hij schaart het vermeende verband met PPA onder het hoofdstuk ‘mythen’, dat inmiddels een aardige omvang heeft.
Zo werd ook prostaatkanker lang verdacht. De Nederlandse Vereniging voor Urologie wees in 1993 op een verhoogde kans op prostaatkanker na sterilisatie. Zij baseerden zich op onderzoeken van de hoog aangeschreven Harvard Medical School in Boston. De Amerikaanse onderzoekers stelden vast dat gesteriliseerde mannen 66 procent meer kans hadden op prostaatkanker dan ‘gewone’mannen. Er kwam kritiek op de onderzoeken. En nieuwe wetenschappelijke publicaties. Zo volgde een grote Deense studie 75.000 gesteriliseerde mannen gedurende twaalf jaar; er werd geen enkel verband gevonden met prostaatkanker. In 2002 werd een onderzoek uit Nieuw-Zeeland bekend, het land met het hoogste aantal sterilisaties ter wereld. Hierbij werden ruim 900 mannen met prostaatkanker vergeleken met circa 1200 gezonde mannen. Mannen die een vasectomie hadden ondergaan, hadden geen grotere kans op prostaatkanker.
“Ook het verband met prostaatkanker hoort, wat mij betreft, thuis in het hoofdstuk mythen”, zegt Meuleman. “Die discussie is nu echt gesloten. Er is ook wel eens beweerd dat sterilisatie het risico op een hartinfarct vergroot. Maar daar hoeft niemand zich zorgen over te maken. Ook zou een vasectomie een ongunstig effect kunnen hebben op het libido en de potentie. En het zou auto-immuunziekten kunnen veroorzaken. Ook deze vermeende bijwerkingen zijn nooit wetenschappelijk aangetoond.”