Zeg eens eerlijk: doet u trouw de oefeningen die u meekreeg van de fysiotherapeut? Waarschijnlijk niet. Gelukkig is dat ook helemaal niet erg. Volgens osteopaat Manuel van Tintelen kunnen de standaardoefeningen die worden geadviseerd bij rug-, nek-, schouder- en knieklachten de prullenbak in. “Er is nog nooit van één buikspieroefening aangetoond dat deze effectief is bij rugpijn.”
“En goed oefenen!”, zegt de fysiotherapeut voordat u de praktijk verlaat. Gewapend met een A-viertje gaat u naar huis, met het voornemen meteen aan te slag te gaan. “Maar veel mensen doen hun oefeningen niet”, weet osteopaat Manuel van Tintelen uit Baars. “Of ze houden het niet lang vol.” En: “Dat is niet eens zo gek als het nut ervan door de behandelaar onvoldoende wordt onderbouwd.”
Van Tintelen is geen voorstander van oefentherapie. En dat is in ‘fysio-land’ op zijn minst opmerkelijk te noemen; oefentherapie is populair. “Het gaat vaak om standaardoefeningen voor mensen met allerlei verschillende klachten en lichaamshoudingen. En daar geloof ik niet in. Ook uit onderzoeken komt niet naar voren dat het werkt.”
“Het blijkt dat als mensen met knieklachten twee jaar lang hun oefeningen doen, ze op een pijnschaal maar tien procent minder klachten aangeven dan twee jaar daarvoor. Als je ze dat vooraf vertelt, denk ik niet dat die cijfers hen erg motiveren.”
Buikspieren
Als voorbeeld neemt hij lage rugklachten. Op grote schaal worden mensen met deze pijn aangespoord te oefenen. “Artsen en therapeuten beroepen zich daarbij op behandelrichtlijnen. Die zijn onder meer gebaseerd op een onderzoek waarbij mensen een jaar lang zijn gevolgd. De mensen die oefeningen hadden gedaan, bleken minder vaak in de WAO te zijn beland.”
Het vervolg wordt doorgaans verzwegen. “Deze mensen zijn ook na twee jaar onderzocht. Toen bleek dat de groep die oefende en revalideerde er slechter aan toe was dan de groep die dat niet deed. Toch werd de richtlijn nooit bijgesteld. Het past kennelijk niet in de gangbare denkwijze om tegen patiënten te zeggen: ‘Oefenen helpt ook niet, dus kunnen wij niks voor u doen’. Behandelaars staan niet graag met lege handen.”
Oefenen kan ontaarden in lopendebandwerk. “Ik zie vaak dat tien verschillende mensen met tien verschillende rugklachten tien dezelfde oefeningen meekrijgen. Ze komen allemaal met hetzelfde papiertje in mijn praktijk: ‘Kijk, deze oefeningen moet ik doen’. En dat zijn dan de oefeningen die ik nog ken uit de periode dat ik stage liep als fysiotherapeut. Dat is inmiddels twintig jaar geleden. Maar het zijn nog steeds dezelfde oefeningen.”
Toch is wel enige ontwikkeling te bespeuren. “Er zijn steeds meer standaardoefeningen bijgekomen voor de buikspieren. Het is erg ‘in’ om een bepaald type buikspier te trainen, want die zou verzwakt zijn bij rugklachten. Die spier kan best verzwakt zijn, maar dat wil nog niet zeggen dat het trainen van die buikspier ook de oplossing is voor de rugklachten. Dat is immers nooit bewezen.”
“Er is nog nooit van één buikspieroefening aangetoond dat deze effectief is bij rugpijn. Dan denk ik: raar dat het zo’n hoge vlucht neemt en iedereen tegenwoordig naar de oefentherapeut wordt gestuurd bij pijn in rug of nek. Het is gewoon niet op onderzoek gebaseerd, en zeker niet op mijn ervaringen.”
Vage knieklachten
Als osteopaat gaat Van Tintelen liever op zoek naar de oorzaak van de klacht, dan dat hij de patiënt ‘afscheept’ met een oefenprogramma. “Als blijkt dat een zenuw of bloedvat wordt belemmerd in zijn beloop en dit spieren verzwakt, moet je dáár eerst iets aan doen en niet beginnen met oefenen. Men gaat er vaak zomaar vanuit dat als iemand steeds door zijn rug gaat, dit komt door te zwakke spieren. Maar dat is niet zo, want dit zou betekenen dat een bodybuilder nooit ‘spit’ zou kunnen krijgen. Die kan echter ook door zijn rug gaan, zelfs als hij een kop koffie verzet.”
Spit ontstaat in veel gevallen nadat het heiligbeen en soms een wervel uit het lood neigt te gaan. “Als reactie spannen de rugspieren aan. Doen de spieren dat niet op tijd, dan heb je spit. Dit kan gebeuren als die spieren niet wakker genoeg zijn. Omdat je bijvoorbeeld niet goed geslapen hebt, er tocht op heeft gestaan of omdat je gestrest bent. Maar het kan ook gebeuren als de spieren van de rug chronisch geïrriteerd worden door vastzittende organen in de buik. Sterke spieren zijn geen garantie dat ze je ook snel en accuraat in evenwicht houden wanneer je iets van de grond pakt of verzet.”
Van Tintelen ontkent niet dat patiënten baat kunnen hebben bij een individueel oefenprogramma. “Maar daarvoor moet je eerst weten: waardoor ontstaat de klacht? Pas daarna ga je kijken of bijvoorbeeld een oefening of dieet zou kunnen helpen. Dan ben je oorzakelijk bezig. Maar om standaard te zeggen tegen iemand met vage knieklachten: ‘Oh, maar dan moet je je bovenbeenspieren versterken’. Dat is mij te kort door de bocht.
Vastzittende schouder
Bij een vastzittende en pijnlijke schouder kunnen oefeningen maar beter helemaal achterwege worden gelaten, zegt hij. “Terwijl bij deze klacht altijd is gezegd: oefenen, oefenen en nog eens oefenen. Toch is bij deze zogenaamde frozen shoulder aangetoond dat hoe meer je oefent, hoe slechter dat is voor je prognose. Patiënten die niets doen, hebben naar verhouding de beste vooruitzichten. Met de mensen die een klein beetje oefenen, gaat het een stuk minder. En met mensen die heel veel oefenen, gaat het ronduit slecht.”
Van Tintelen draait bij mensen met een frozen shoulder niet om de hete brij heen. “Ik zeg tegen zo’n patiënt: ‘Ik zou u graag helpen. Maar hoe meer ik u help, hoe langer de klachten aanhouden’. Mensen zijn heel dankbaar als ik ze vertel: ‘Het gaat echt weer over, maar u moet geduld hebben. Probeer de schouder te negeren’. Dat is moeilijker dan het klinkt, maar het is de snelste weg naar herstel.”
Wanneer wel?
Alleen in specifieke gevallen vindt Van Tintelen oefenen een passende remedie. “Oefenen is effectief als je moet revalideren. Bijvoorbeeld na een operatie. Dan is het heel belangrijk dat je weer goed leert lopen en kracht opbouwt. Soms kan een rugpatiënt niet blijvend verbeteren, door slijtage. Dat kan ik als osteopaat voelen wanneer ik de gewrichten onderzoek. Bepaalde uitsteeksels kunnen de spieren en gewrichtsbanden zodanig irriteren dat de boel elke keer weer verstijft en op slot gaat. Dan geef ik iemand twee of drie individuele oefeningen mee, zodat hij zelf de beweeglijkheid van zijn rug kan onderhouden. Pas als het lichaam zichzelf niet blijvend kan helen, ben ik voorstander van oefeningen.”
Liever lui
- Voor meer informatie over osteopathie of een osteopaat bij u in de buurt: www.osteopathie.nl.
- De praktijk van chiropractor Thomas van den Hof in Harderwijk is te bereiken op tel. 0341 – 46 05 45 (www.chiropractieharderwijk.nl).
- Voor meer informatie over chiropractie of een chiropractor bij u in de buurt: www.nca.nl.