Je kind wordt gepest. Heel veel gepest. Het is de angst van elke ouder. Annemieke van Heest (41) overkwam het echt. Haar zoon Jasper (13) hield er zelfs een trauma aan over. “Zijn verdriet ging mij door merg en been.”
“Minstens eens per week wordt Jasper badend in het zweet wakker van een nachtmerrie over vroeger. Dan is hij weer acht jaar en treiteren ze hem op het schoolplein. Ze knijpen hem, stoppen zijn schooltas in de vuilnisbak, dwingen hem zijn broek naar beneden te trekken en lachen hem uit. Hij wil het vergeten, maar in zijn dromen achtervolgt het pesten hem nog steeds.”
“Het begon in groep drie. Als ik hem ophaalde van school was hij soms overstuur. Huilend vertelde hij dat ze hem hadden uitgescholden of geduwd. Eerst vergoelijkte ik het. ‘Joh, zo bedoelt dat jongetje het vast niet’, suste ik. Ik kon me niet voorstellen dat het zo stelselmatig en zo erg was als hij vertelde. Jasper was een normaal kind. Hij was goed in sport en uiterlijk was er ook niets ‘mis’ met hem. Ik dacht toen nog zoals veel mensen: als een kind te dik is, niet goed kan sporten of rood haar heeft, wordt het gepest. Naïef. Steeds vaker kwam hij huilend thuis.”
“Wat deden ze met mijn kind?”
“Op sommige dagen wilde hij niet meer naar school. Ik ging naar de schoolleiding. Ze zeiden dat er niets aan de hand was. Er werd wel eens wat geduwd en er was wel eens een akkefietje, maar dat heb je overal. Ik begon nog meer aan Jasper te twijfelen. Zag hij het wel goed? Was hij misschien overgevoelig?”
“De avond voor de kerstvakantie ging hij in bad. Hij trok zijn kleren uit en ik zag dat hij onder de blauwe plekken zat. Ik schrok me wild. Hij was duidelijk geknepen en geschopt. Pas op dat moment besefte ik dat Jasper niet overdreef.”
“Ik werd verschrikkelijk kwaad. Wat deden ze met mijn kind? Waarom greep de school niet in? Ik belde meteen de schooldirecteur. ‘Sorry mevrouw’, zei hij. ‘De kerstvakantie is begonnen. Ik kan er nu niemand op aanspreken. Na de vakantie maak ik er werk van.’ Toen ik hem na de vakantie opnieuw belde, zei hij: ‘Ik kan er niets meer mee. Het is al twee weken geleden.’ Hij nam mij niet serieus. Ook alle keren dat ik daarna bij hem aanklopte niet. Hij zag mij als een overbezorgde moeder die emotioneel reageerde.”
Onzeker
“Ik ging aan mezelf twijfelen. Deed ik iets fout in de opvoeding? Mijn man en ik praatten er vaak over. Lag het aan ons dat Jasper werd gepest? Hadden we hem wel goed genoeg geleerd van zich af te bijten? Was er misschien iets mis met hem? Uit psychologische onderzoeken bleek niets dat op een afwijking duidde. Bij de training sociale vaardigheden stuurden ze hem weg, omdat hij sociaal vaardig genoeg was. Er spookten allerlei vragen en twijfels door ons hoofd, maar echte antwoorden vonden we niet.”
“Ook opmerkingen van anderen maakten me onzeker. Een moeder van school verweet mij eens dat ik mijn kinderen te netjes opvoedde en dat ik het over mezelf had afgeroepen. Dat deed pijn, maar ik weet dat het niet waar is. We hebben nog twee andere kinderen. Zij worden niet gepest dus aan de opvoeding kan het niet liggen.” “Uiteindelijk ging Jasper naar een andere basisschool. Achteraf hadden we dat veel eerder moeten doen. Op de nieuwe school leefden ze het pestprotocol strikt na. De directeur nam mij wel serieus. Ze besteedde aandacht aan het gepeste kind als aan het pestende kind, zodat ze allebei goed werden opgevangen. Ook liet zij me inzien dat het niemands schuld was dat Jasper werd gepest, behalve die van de pester zelf.”
“Mama, is er iets mis met mij?”
“De meeste mensen doen laconiek over pesten. ‘Iedereen wordt wel eens gepest’, zeggen ze. Maar het waait niet over. Altijd zijn er wel ergens mensen die je kennen. Ook al begin je met een schone lei. Pesten gaat heel subtiel. Eentje begint ermee en de rest loopt met hem mee. Het is een hellend vlak. Als er eenmaal een spanningsveld ontstaat in een klas, kan het hard gaan. Dan moet je als docent of als school onmiddellijk ingrijpen, anders is het snel te laat.”
“Er waren tijden dat ik bang was dat hij zichzelf iets zou aandoen. Zo ongelukkig was hij. Zijn verdriet ging mij door merg en been. Soms was ik zo kwaad dat ik wel naar het schoolplein wilde gaan om er eentje te grijpen. Maar dat heb ik natuurlijk nooit gedaan. Ik vond het vooral heel moeilijk als hij thuiskwam en vroeg: ‘mama, is er iets mis met mij? Ben ik stom?’”
“Na al die jaren heeft Jasper nog steeds nachtmerries over vroeger. Op die momenten vraag ik me af wie er nu eigenlijk verantwoordelijk is voor al dat leed. Door het wanbeleid van die eerste basisschool is hij misschien wel voor de rest van zijn leven beschadigd geraakt. Daar word ik nog steeds boos over.”
Verkering
“Jasper zit inmiddels op de middelbare school. Hij heeft nog steeds last van een vertekend zelfbeeld. Twee keer per week is hij onder begeleiding van een psycholoog om zijn pestverleden te verwerken. Het gaat stapje voor stapje beter met hem. Toch kan hij het niet goed afsluiten, omdat er op zijn middelbare school ook kinderen zitten van zijn eerste basisschool. Nog steeds moet hij voortdurend op zijn hoede zijn en is hij soms met geen mogelijkheid naar school te krijgen. Ondanks de nachtmerries en het verdriet heb ik goede hoop voor de toekomst. Laatst vertelde hij vol trots dat er een meisje verkering aan hem had gevraagd. Dat soort succesmomenten gun ik hem echt. Ik wil zo graag dat hij gelukkig is. Pas dan ben ik het ook.”
“Ik was elke dag bezig hem zijn zelfvertrouwen terug te geven. Om dat te kunnen doen en om hem op te kunnen vangen als hij uit school kwam, stopte ik met werken. Nog steeds werk ik niet omdat ik er voor Jasper wil zijn. Laatst vroeg mijn zus mij: ‘Annemiek, wat zijn jóuw dromen?’ Dat was een emotioneel moment, omdat ik me ineens realiseerde dat dat hele proces me jarenlang volledig in beslag heeft genomen. En dat ik mijn eigen dromen en wensen daarvoor aan de kant heb gezet.”
Bob van der Meer, psycholoog:
“Je kunt je kind niet weerbaar maken tegen pesten
“Als een kind vertelt dat het wordt gepest, reageren veel mensen in eerste instantie precies als Jaspers moeder: ongelovig. Kinderen kunnen gemeen zijn. Maar omdat ouders en leerkrachten vaak door een roze bril naar kinderen kijken, kunnen zich dat niet voorstellen. Daarom wordt het verhaal van een gepest kind aanvankelijk vaak gebagatelliseerd. Gelukkig besefte Annemieke al gauw dat het menens was. Het is belangrijk om een gepest kind serieus te nemen. Annemieke heeft het geluk dat Jasper thuis alles vertelde. 64 Procent van de kinderen die op de basisschool worden gepest, zwijgen erover. Voor het voortgezet onderwijs is dat zelfs negentig procent. En áls ze het vertellen, moeten de ouders beloven er niet mee naar school te gaan, omdat het kind zich ervoor schaamt.”
“Bij pesten gaat de aandacht vaak naar het gepeste kind: dat moet naar een sociale vaardigheidstraining. Een onjuiste aanpak. Want je lost het probleem er niet mee op. Het zou beter zijn als de pester zo’n cursus zou volgen. Uit Noors onderzoek blijkt dat pesters juist kinderen zijn met een probleem. Als hun gedrag niet wordt gesignaleerd en gecorrigeerd, lopen zij een vier keer grotere kans om in het criminele circuit terecht te komen. Als ze geen hulp krijgen worden zij de latere misbruikers en mishandelaars.”
“Ook voor de rest van de klas is pesten een ongezonde situatie. Zij zijn de zwijgende meerderheid die niet pest, maar ook niet ingrijpt. Als het pesten wordt getolereerd, leren zij niet om op te komen voor de zwakkeren in de samenleving. De gevolgen van pesten zijn dus veel groter dan vaak wordt gedacht; pesten is slecht voor álle kinderen in de klas.”
“Annemieke stelde zich de vraag of ze Jasper wel ‘hard’ genoeg had gemaakt. Dat is een vraag die alle ouders van gepeste kinderen zich stellen. Maar je kúnt je kind niet beschermen tegen zo’n situatie. Je kunt het niet preventief weerbaar maken tegen pesten. Het enige dat je kunt doen, is je kind serieus nemen en met de school gaan praten. Annemieke deed dat, maar de school nam haar niet serieus. Jammer, want op school ligt de oplossing voor het pestprobleem. Die moet beleid volgen dat pesten voorkomt en aanpakt. De school heeft de plicht om kinderen die veiligheid te bieden.”