Op 12 februari 1996 werd ik in mijn auto van achteren aangereden. Aanvankelijk leek het allemaal mee te vallen; ik dacht dat de klachten vanzelf zouden overgaan. Maar de pijn in mijn nek verergerde sterk. Ik kon al na een paar uur niet meer bewegen. Liggen was al helemaal uit den boze, dus ’s nachts sliep ik rechtop. Informatie kon ik niet goed verwerken en ik had last van tintelingen. Na een tijd werd de diagnose whiplash gesteld. Maanden heb ik gerevalideerd. Uiteindelijk was ik uitbehandeld. Maar de pijn bleef. En ik kon nog steeds niet ‘gewoon’ functioneren. Ik wilde alles aangrijpen om weer beter te worden. En ik zou al blij zijn als ik weer normaal zou kunnen meedraaien in mijn gezin. De revalidatiearts wees me op neuraaltherapie. Ik had nooit kunnen denken dat dit me zo goed zou helpen. Het gaat nu goed. Zo goed dat ik 24 uur werk als verzorgende en ook een MBO-opleiding volg. Dat had niemand, ikzelf nog het minst, verwacht.
Monica Engelenburg
Neuraaltherapie probeert via het zenuwstelsel de normale werking van het lichaam te herstellen en blokkades op te heffen. Dit gebeurt met injecties met onder andere procaïne; de plek wordt plaatselijk en kort verdoofd. Meer informatie: www.nvnr.nl