• Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar

MixCom ContentMixCom Content

Creatieve specialisten in Design, Content en Digital

Terreur achter de voordeur

Zij – Arts Sylvie Lo Fo Wong werkte 34 jaar als huisarts in Rotterdam en doet al jaren onderzoek naar partnergeweld bij het Radboud MC, Vrouwenstudies Medische Wetenschappen. In 2006 promoveerde ze op het onderwerp ´The doctor and the woman ‘who fell down the stairs’ en ze traint collega-huisartsen in het signaleren en begeleiden van vrouwen die in gewelddadige relaties zitten. 

Zij – Tineke Franssen was van 1979 tot 1984 getrouwd met een man die haar op allerlei manieren mishandelde. Ze kregen twee zoons. Tineke is uit de relatie gevlucht en heeft een nieuw leven opgebouwd. Zij is voorzitter van Stichting Zijweg, die zich inzet voor de belangen van vrouwen en kinderen die te maken hebben met huiselijk geweld.

Waar: Hotel Van der Valk, Rotterdam.

Klik of clinch: Klik! Hier staan twee vrouwen die dezelfde missie delen. 

Meer dan twaalf miljoen euro haalde 3FM afgelopen december op met Serious Request voor geweld tegen vrouwen in oorlogsgebieden. Verkrachting, vernedering en psychologische terreur lijken iets voor Verweggistan, maar elke dag gebeurt hetzelfde achter een willekeurige Nederlandse voordeur. Dát lijken we echter niet te willen weten, aldus dr. Sylvie Lo Fo Wong – die onderzoek doet naar huiselijk geweld – en ervaringsdeskundige Tineke Franssen. In deze ontmoeting willen zij de stilte rondom huiselijk geweld doorbreken.
 
Gebke: Met een man die mij – in de meer dan twintig jaar samenzijn – nog steeds op handen draagt en een vader die altijd de allerliefste held uit mijn hele leven is geweest, staat het onderwerp huiselijk geweld ver van me af. Schijnbaar heb ik mazzel. Onderzoek van dr. Sylvie Lo Fo Wong wijst uit dat dertig tot veertig procent van de vrouwen die in de wachtkamer bij de huisarts zit ooit in haar leven te maken heeft gehad met een partner die haar sloeg, opsloot of kleineerde. Ruwweg een op de drie vrouwen dus. Een op drie! Toch hebben we als redactie van gezondNU lang getwijfeld of we aandacht aan het onderwerp moesten besteden. Als je er niet in opgroeit, lijkt het zoiets extreems. Zoiets onbegrijpelijks. Toch willen we nu partnermishandeling op de kaart zetten. Waarom? We horen de laatste jaren van verschillende kanten dat huiselijk geweld ontzettend funest is voor je gezondheid. Zowel geestelijk als lichamelijk. Zelfs als het misbruik al dertig jaar achter je ligt, blijft het je achtervolgen. Deze vrouwen meldden zich niet bij de dokter vanwege een gebroken neus of blauwe plekken, maar vooral met psychische problemen en onverklaarbare (pijn)klachten.  Hoe zit dat?
 
Sylvie: “Vrouwen die een geschiedenis van mishandeling bij zich dragen, kunnen dat vaak niet als zodanig benoemen. Het geweld is zo vergroeid met hun leven dat ze niet in staat zijn het zo te labelen. Ze zeggen hooguit dat ze problemen hebben in hun relatie. De meeste vrouwen komen dan ook niet bij de huisarts vanwege die mishandeling, maar vanwege chronische pijn in nek, rug en schouders. Ongeveer de helft van deze vrouwen loopt langdurig bij de fysiotherapeut, terwijl dat bij ‘gewone vrouwen’ maar een paar procent is. De pijn is puur het gevolg van spanning. Deze vrouwen zijn dag en nacht op hun hoede en daardoor áltijd verkrampt. Ook melden ze zich vaker met hoofdpijn en slaapproblemen. Daarnaast slikken mishandelde vrouwen vier tot vijf keer vaker antidepressiva. De huisarts ziet ze meer dan gemiddeld met gynaecologische klachten en tijdens de zwangerschap. Als je als arts zo’n ziektegeschiedenis voor je hebt liggen, moeten de alarmbellen gaan rinkelen. Maar dat gebeurt te weinig.”
 
Tineke: “Artsen zijn bang dat ze een beerput opentrekken.”
 
Sylvie: “Dat. Of ze denken er geen tijd voor te hebben. Deze vrouwen komen twee keer vaker dan gemiddeld op het spreekuur. Als je nu extra tijd inruimt om het probleem bij de wortel aan te pakken, dan betaalt zich dat later terug. Probleem is vooral dat artsen bijna niet kunnen geloven dat het echt zo is. Want tegenover je zit een keurig verzorgde, leuk geklede vrouw zoals jij. Een vrouw die bij hoog en laag beweert dat er geen problemen zijn. Daar moet je doorheen zien te prikken, maar zover is de zorg nog niet. Ik ben zelf ooit flauwgevallen op de trap en had mijn oogkas gebroken. Niemand in het ziekenhuis heeft mij gevraagd of dat misschien het gevolg was van mishandeling. Weet je wie het wel vroeg en mijn verhaal over de val niet leek te geloven? Een kledingverkoopster bij wie ik een jurk aan het passen was.”
 
Gebke: “Zijn alleen vrouwen slachtoffer van huiselijk geweld? Je hoort steeds vaker dat ook mannen in elkaar geslagen en gekleineerd worden door hun vrouwen?”
 
Sylvie: “Dat klopt. Ze zijn er ook wel. Ze zijn alleen in de minderheid, dat blijkt uit alle cijfers. Negentig procent van de slachtoffers van huiselijk geweld is vrouw, tien procent man. Dat zie je ook terug in de opvangcentra. Voor mishandelde mannen is altijd plek. Maar de opvangcentra voor vrouwen zitten continue bomvol en worden vanwege de bezuinigingen alleen maar voller. Terwijl zich hier maar vijf procent van de slachtoffers melden en alleen omdat zij het vege lijf moeten redden. Vrouwenmishandeling is een enorm onderkend probleem.”
 
Tineke: “Een taboe zelfs.”
 
Sylvie: “Zeker. Wereldwijd overlijden er meer vrouwen aan huiselijk geweld dan in oorlogsgebieden. Maar daar hoor je niemand over. Vrouwenmishandeling wordt in tegenstelling tot kindermishandeling niet als groot probleem gezien. Kinderen zijn kwetsbaar, die hebben bescherming nodig. Maar vrouwen moeten hun eigen problemen oplossen. Ze kunnen toch gewoon weggaan? Zo eenvoudig ligt dat niet. Deze vrouwen zijn alle regie kwijt. Ze hebben niets te willen. Daarom benadruk ik ook altijd dat hulpverleners bij een vermoeden van misbruik eerst de vrouwen toestemming moeten vragen om over hun relatie te beginnen. Daarmee geef je de vrouw al een beetje de regie terug.”
 
Tineke: “Vergeet ook niet de impact van economische afhankelijkheid. Dat is nog steeds actueel. Ondanks de emancipatie gaan vrouwen zodra ze kinderen krijgen, gemiddeld een of twee dagen minder werken. Minder werk betekent minder inkomsten en dat maakt het moeilijker om een nieuw leven op te bouwen. Voor mij was het daardoor lastig om weg te gaan. Ik kan dan ook niet genoeg benadrukken dat die meiden van nu moeten blijven leren. Je opleiding is het paspoort voor je toekomst.”
 
Sylvie: “En blijf werken, ook als je kinderen krijgt. Wanneer je stopt, stroom je niet zomaar weer in. Werken is niet alleen belangrijk voor het geld, maar ook voor je eigenwaarde.”
 
Tineke: “Ik heb indertijd alles opgegeven. Vanwege zijn droombaan zijn we verhuisd naar de andere kant van Nederland. Ik heb ontslag genomen, zat ver van mijn familie. Ik kende niemand. Ik had geen geld. Ik had niets.”
 
Sylvie: “Het isoleren van vrouwen is iets wat veel geweldplegers doen. Huiselijk geweld gaat niet alleen over schoppen en slaan. Het is ook alle gangen van je geliefde controleren, haar verbieden anticonceptie te gebruiken. Zulke vernederingen vinden veel vrouwen erger dan die aan gort geslagen neus. Bij huiselijk geweld heb je het bovendien over een andere dynamiek dan bij ordinaire ruziënde stellen. De machtsbalans is zoek. Hij is alles, zij niets. Dat sluipt er geleidelijk in. Al die vrouwen stappen liefdevol in een relatie met de gedachte dat ze die man met al zijn problemen, wel kunnen veranderen. Maar zo werkt het niet.”
 
Tineke: “Ook ik ontmoette een man met een ingewikkelde levensgeschiedenis en uiteraard begreep ik dat hij het moeilijk had. Voor mijn ex-man was echter nooit iets goed genoeg. Hij kon ontploffen om niets. Dat ontdekte ik tien dagen na ons trouwen. Toen ik over een onnozele rekening begon, dreigde hij zomaar te vertrekken. Ik dacht dat het iets eenmaligs was, dat ik iets verkeerd had gedaan. Maar vanaf het ogenblik dat ik zwanger raakte, werd het erger. Ik had ‘alleen nog maar aandacht voor mijn ongeboren kind’. Dat moest ik bekopen met een trap in mijn buik. Na de bevalling werd ik gehecht en grapte hij tegen de artsen dat ze hem ‘zijn speeltje’ ontnamen. Een week later werd ik verkracht. Hij noemde dat ‘zijn huwelijksrecht’.”
 
Sylvie: “Dat was het min of meer ook; pas in 1992 is verkrachting binnen het huwelijk strafbaar geworden voor de wet. Nog steeds is verkrachting – evenals psychologische terreur – lastig te bewijzen. Jouw verhaal is trouwens heel klassiek. Je ziet vaak dat geweld tijdens de zwangerschap begint. Het is zaak om dan zo vroeg mogelijk in te grijpen. Eigenlijk zouden kinderen al heel vroeg moeten leren dat geweld niet bij een relatie hoort. Er zou op jonge leeftijd veel meer aandacht moeten zijn voor hoe je respectvol met elkaar omgaat.”
 
Tineke: “Daar zijn op middelbare scholen programma’s voor, waarin jongeren via rollenspellen leren hoe je dat doet. Zo komen ze erachter hoe een quasi lollig bedoelde opmerking een ander kan raken. Je leert dat op een goede manier duidelijk te maken. Dat werkt! Niet alleen binnen de school zelf verbetert de sfeer, ook in gezinnen.”
 
Sylvie: “Hoe vroeger je die basis legt, hoe beter. Dan nog kun je als vrouw de verkeerde tegen het lijf lopen. Maar dan weet je in ieder geval dat vrouwenmishandeling er niet bij hoort, zoals dat in verschillende macho-culturen wel het geval is. Geweld wordt in die gezinnen soms van generatie op generatie overgedragen. Als je er thuis over klaagt, krijg je al gauw de opmerking: ‘Ach, zeur niet. Je hebt toch een dak boven je hoofd.’ Die culturele verankeringen zijn lastig te doorbreken. Geboren en getogen blanke Nederlanders hebben daar trouwens ook mee te maken. Bewust of onbewust vinden veel mannen dat seks binnen een relatie iets is waar ze recht op hebben. Vrouwen die geen zin hebben, zouden dit gebruiken als chantage- of beloningsmiddel. Ook vriendelijke, hoogopgeleide mannen die huisarts zijn, denken daar soms zo over. Dat bleek uit kleinschalig, kwalitatief onderzoek dat ik gedaan heb.”
 
Tineke: “Maar hoe kun je zin hebben in seks als je de hele dag vernederd bent?`
 
Sylvie: “Precies. Zolang een man zich niet afvraagt waarom die vrouw seks weigert, kom je nergens. Dat duidt op gebrek aan empathie. En zonder empathie red je het niet in een relatie en ban je al helemaal geen geweld uit.”
 
Tineke: “Dat verkrachten bleef bij mij ook maar doorgaan. Ik ben uiteindelijk zwanger geraakt. Mijn oudste zoon was toen twee jaar, de jongste negen maanden. Hoe moest ik het redden met een derde kind erbij? Het doet me nog steeds verdriet, maar ik heb het laten weghalen. Pas veel later ben ik erachter gekomen dat mijn man niet alleen mij mishandeld heeft, maar ook zijn eerste vrouw.”
 
Sylvie: “Geweld stopt niet vanzelf.”
 
Tineke: “Maar waarom wordt zo’n gewelddadige man niet behandeld als hij eenmaal gepakt is? Vaak ligt aan zijn gedrag een antisociale of narcistische persoonlijkheid ten grondslag.”
 
Sylvie: “Als arts kun je mensen niet dwingen een behandeling te ondergaan. Daarnaast kan het gevaarlijk zijn om sommige geweldplegers therapie te geven, dan denken ze na over hun daden en worden ze vaak slimmer in het verhullen ervan en het misleiden van hulpverleners. Dus wat schiet je ermee op? Meestal zijn mannen die hun vrouw terroriseren geen types die makkelijk toegeven dat ze fout zitten. Laat staan dat ze willen veranderen. En dat zijn nu net de voorwaarden voor een succesvolle behandeling.”
 
Tineke: “Probleem is bovendien dat deze mannen vaak ontzettend charmant en welwillend lijken. Hulpverleners trappen daar steeds weer in. Het gevolg is dat vrouwen hun kinderen moeten meegeven aan een man die hen al jaren terroriseert. Tegenwoordig heb je na een scheiding recht op gedeeld ouderschap – ook binnen gewelddadige relaties. Ik ken moeders die dagelijks mishandeld worden en toch niet weggaan, omdat ze dan in ieder geval weten wat er met hun kind gebeurt. De angst dat je kind niet veilig is, wint het van de klappen die je krijgt of de verkrachting die je ondergaat.”
 
Sylvie: “Die angst is terecht. Soms eindigt zo’n weekend bij een vader in een familiedrama. Maar blijven is geen oplossing. Want die kinderen groeien op in angst. Ook als ‘alleen maar’ hun moeder mishandeld wordt, beschadigt ze dat.”
 
Tineke: “Daar voel ik me nog steeds schuldig over. Ook al zijn mijn kinderen er goed uitgekomen, ze zijn wantrouwig. Hun halfbroer kwam slechter weg. Hij is aan de drugs geraakt en heeft uiteindelijk zelfmoord gepleegd. Dat kun je niet alleen zijn vader, mijn ex-man, aanrekenen, maar hij heeft het die jongen niet makkelijker gemaakt.”
 
Sylvie: “Dat zie je ook in de cijfers terug. Kinderen uit gewelddadige gezinnen plegen meer zelfmoord, raken vaker aan de drugs. Tweederde heeft voldoende veerkracht om zich aan die slechte jeugd te ontworstelen. Eenderde krijgt dat niet voor elkaar.”
 
Tineke: “Dus als je niet voor jezelf bij hem weggaat, doe het dan voor je kinderen.”
 
Sylvie: “Jazeker!”
 
Tineke: “Dat zei mijn huisarts indertijd ook: ‘Tineke, als je niet wilt dat jouw jongens zoals hun vader worden, dan moet je daar weg’.”
 
Sylvie: “En, ben je toen gegaan?”
 
Tineke: “Het heeft er wel toe bijgedragen. Ik ben op een gegeven moment met twee kleine kinderen uit huis gevlucht, omdat ik dacht dat mijn oogkas gebroken was. Achteraf bleek dat hij mijn bovenkaak had gebroken. De huisarts stuurde mij door naar de politie. Ik heb een week in de opvang gezeten. Daarna heb ik hem weer een kans gegeven, nadat hij op zijn knieën beterschap beloofde. Ik wilde de kinderen hun vader niet ontnemen.”
 
Sylvie: “Je ziet vaak dat vrouwen meerdere keren die man ontvluchten voordat ze uiteindelijk voorgoed breken. Loslaten is een proces. Het begint met bewustwording dat je in een gewelddadige relatie zit. Vervolgens moet je je verhaal kunnen doen. Niet per se aan een hulpverlener, het mag ook een vriendin zijn of een buurvrouw – iemand die je vertrouwt. Had jij zo iemand?”
 
Tineke: “Mijn buurvrouw heeft er wel van geweten. Dat heeft ze me later verteld. Elke keer als haar zoon bij mij aan het spelen was, werd hij angstig zodra mijn man thuiskwam.”
 
Sylvie: “Heeft ze jou geholpen, naar je geluisterd?”
 
Tineke is even stil.
 
Sylvie: “Kan het zijn dat ze jou heeft willen helpen, maar dat jij je daar voor afsloot? Dat het nog te vroeg voor je was.”
 
Tineke: “Over het algemeen keken mensen vooral weg. Zelfs mijn moeder. Ik was bij haar. Hoogzomer, loeiheet. Normaal was ik de eerste om mijn badpak aan te trekken. Nu niet. Mijn armen waren zwart van de blauwe plekken. Ik droeg de hele tijd lange mouwen. Er is me nooit gevraagd waarom. Nooit.”
 
Sylvie: “En jij hebt je niet uitgesproken.”
 
Tineke: “Nee, dat was veel te gevaarlijk.”
 
Sylvie: “Dat hoor ik vaak. De angst is enorm. Daarom willen vrouwen veelal niet aan mijn onderzoek meewerken. ‘Ik kijk wel uit’, zeggen ze, ‘dan eindig ik op het kerkhof.’ De angst én de schaamte houden het zwijgen in stand. En hoe hoger opgeleid een vrouw is en hoe ouder, hoe groter de schaamte. Want als topadvocaat van veertigplus laat je je toch niet in elkaar slaan of kleineren? Toch gebeurt het. En ooit moet je gaan praten, het is de enige manier om aan het geweld te ontsnappen.”
 
Tineke: “Ik heb er 25 jaar over gedaan om mijn verhaal te doen en nu vertel ik het aan volle zalen. Toch raak ik elke keer weer geëmotioneerd. Niet alleen omdat de pijn me raakt, maar ook omdat ik zie wat mijn verhaal met andere mensen doet. Zelden houden zij het droog.”
 
Gebke: “Ben je nu een gelukkig mens?”
 
Tineke: “Ik ben trots dat ik alle ellende op eigen kracht ontworsteld ben. Alleen een nieuwe relatie zit er niet in. Ooit dacht ik mijn prins op het witte paard gevonden te hebben en kijk wat er gebeurd is. Wie garandeert mij dat een nieuwe prins op het witte paard niet hetzelfde zal doen? Maar afgezien daarvan heb ik een verrekt leuk leven.”

Wil je meer weten over huiselijk geweld?  

  • stichtingzijweg.nl
  • Het Centrum Seksueel en Familiaal Geweld, Nijmegen: sfgnijmegen.nl
  • Centrum Seksueel Geweld in Utrecht: centrumseksueelgeweld.nl
  • meldmisdaadanoniem.nl
  • vooreenveiligthuis.nl
  • huiselijkgeweld.nl
  • movisie.nl

Hoe ga je om met huiselijk geweld?

  • Als je dochter, vriendin of zus mishandeld wordt, is het belangrijk om met haar te blijven praten. Benadruk dat wat haar overkomt onacceptabel en niet normaal is. Misschien is ze nu nog niet klaar om dit te horen, maar op een dag is ze zover dat ze haar verhaal wil doen en dan is het belangrijk dat ze iemand heeft die ze vertrouwt en die naar haar wil luisteren.
  • Ben je zelf slachtoffer van huiselijk geweld? Houd dan een logboek bij van wat er feitelijk (wat, wanneer) met jou gebeurt. Maak foto’s van verwondingen. Bewaar dat boek op een veilige plek, bij iemand die je vertrouwt. Dat maakt dat je juridisch sterker staat als je klaar bent om los te breken uit de relatie.
Vorige bericht Van zoet naar zilt
Volgende bericht ‘Vrouwen doen zichzelf tekort’

Bron

NaamgezondNU
Datummaart 2015
AuteurGebke Verhoeven

Primaire Sidebar