Wie gezonder wil leven, trekt vaker zijn sportschoenen aan, laat de snacks even in het keukenkastje liggen of probeert minder te piekeren. Wat nooit in dit rijtje voorkomt is verhuizen. Hoe belangrijk is de plek waar je woont eigenlijk voor je gezondheid? Bepaalt je postcode echt je gezondheid? Redacteur Shirah Ipenburg zocht het antwoord.
Als ik zou willen, hoef ik nooit te koken. Ik woon namelijk in een afhaalparadijs. Twee stappen lopen en ik sta in de snackbar, een deur verder en ik zit bij de chinees, even de hoek om en ik word met open armen ontvangen bij de pizzeria. Steek ik de straat over, dan kan ik kiezen uit roti, nóg een frietje of shoarma vers van de grill. En dan heb ik het nog niet eens over de twee snackbars op een paar minuten fietsen. Daarnaast staat mijn huis aan een drukke straat met weinig groen en heb ik geen idee wie naast mij woont, laat staan hoe mijn buren heten. Klinkt allesbehalve als een gezonde buurt, maar ik ben er dolgelukkig. Toch lees ik vaak dat de plek waar je woont bepalend is voor je gezondheid. Is het echt zo dat je postcode je iets vertelt over je lijf en leven?
Ongezonde keuzes
Dat er een verband is tussen je gezondheid en de omgeving waarin je woont, weet gezondheidswetenschapper Joreintje Mackenbach zeker: “Wereldwijd is overgewicht een probleem, niet alleen in rijkere landen. Natuurlijk spelen je individuele genen, zoals de genen die regelen hoe snel je schildklier werkt, en andere biologische functies hierbij een belangrijke rol. Alleen verklaart dit niet waarom in de afgelopen dertig tot veertig jaar zo’n enorme stijging in overgewicht te zien is. Onze genen zijn niet veranderd, maar de omgeving waarin we wonen wel.” Omdat de enige literatuur over dit onderwerp uit Amerika kwam en er juist grote verschillen tussen Europa en Amerika zijn, besloot Mackenbach hier dichter bij huis onderzoek naar te doen. Over heel Europa bracht ze verschillende buurten in kaart en keek ze naar de fysieke, sociale en economische omgevingskenmerken, zoals de beschikbaarheid van fietspaden, supermarkten en recreatiemogelijkheden, de sociale steun en normen en waarden in een buurt en de kosten van eten en parkeren. Deze buurtkenmerken koppelde ze aan de levensstijl van de mensen die daar wonen.
Ondanks het uitgebreide onderzoek is het volgens Mackenbach lastig te zeggen wanneer een buurt ongezond is: “Het is moeilijk om dat zo zwart-wit te bepalen. Je kunt wel spreken van ongezonde situaties. Buurten die slecht bereikbaar zijn met het openbaar vervoer en via fietspaden, waar veel ongezond en goedkoop voedsel wordt aangeboden en waar geen mogelijkheden zijn om gezonder te eten, leveren een ongezonde situatie op. Op deze manier maak je het mensen wel heel moeilijk om een gezonde keus te maken, terwijl een buurt het mensen juist zo makkelijk mogelijk moet maken om een gezond gewicht te behouden.”
Snackbar en pizza
Het klinkt logisch: in een buurt met een scala aan snackbars en andere ongezonde afhaalmogelijkheden is het moeilijker om een gezonde keus te maken. Voordat je het weet zit je weer bij de snackbar of kom je met een gevulde pizzadoos thuis. Het lijkt logisch dat in deze buurten meer overgewicht is. Mackenbach: “Als er meer fastfoodketens in een buurt zijn, eten mensen ook meer fastfood. Toch laat de literatuur zien dat deze mensen niet per se meer overgewicht hebben. Waarschijnlijk komt dit doordat je fastfoodketens vaak in het centrum van de stad vindt, waar alles op loopafstand is. Het zou goed kunnen dat de mensen in deze buurt meer lopen. In een buurt met veel fastfoodketens hoeft daarom niet direct een verband met overgewicht te zijn.”
Hoe ver weg en betaalbaar een supermarkt is, heeft wel duidelijk invloed op het risico op overgewicht: “Supermarkten worden gezien als een bron van gezond voedsel, de plek waar mensen het grootste deel van hun eten kopen. Uit onderzoek in Engeland bleek dat mensen die het verst weg woonden van een supermarkt en een lager opleidingsniveau hadden, een vier keer zo grote kans hebben op overgewicht als de hoogst opgeleiden die het dichtst bij een supermarkt woonden. Ook de betaalbaarheid van voedsel speelt een rol. De prijs van eten en het budget dat mensen hiervoor hebben, bepaalt wat ze eten. Er is daarom door de overheid veel winst te behalen door vooral in gebieden met mensen met lagere inkomens betaalbare supermarkten te plaatsen. Zo zorg je ervoor dat ook mensen met een kleiner budget gezonde keuzes kunnen maken.”
Een goede buur
Een ander belangrijk buurtkenmerk is het contact met je buren. Uit onderzoek van epidemioloog Simone Croezen bleek dat ‘beter een goede buur dan een verre vriend’ meer is dan alleen een spreekwoord. Ze ontdekte dat sociaal contact een positief effect heeft op de gezondheid van ouderen (65+), waarbij het contact met buren stipt op één staat. Mensen die sociaal actief zijn, zijn minder eenzaam, hebben een betere conditie en voelen zich gezonder. Het sterftecijfer van ouderen zonder sociaal netwerk ligt zelfs bijna twee keer zo hoog als dat van ouderen die wel terug kunnen vallen op buren, vrienden en bekenden. Over het algemeen hebben mensen in dorpen beter contact met hun buurtgenoten dan mensen die in een stad wonen. Volgens de Geluksatlas 2017 is dit één van de redenen dat dorpelingen gelukkiger zijn dan stedelingen.
Niet alleen voor ouderen is contact met de buren waardevol. Mackenbach: “De kans is groter dat je gelukkig bent als je een groot sociaal netwerk hebt. Bij mannen is dit effect sterker dan bij vrouwen. Meer sociale cohesie in buurten en het gevoel hebben dat je je buurtgenoten kunt vertrouwen, vergroot ook de kans om gelukkig te zijn. In buurten met meer sociale cohesie is de kans op obesitas zelfs kleiner en wordt meer fruit gegeten.”
Hoe groener, hoe beter
Woon je in een oase van groen of moet je het met een paar sprietjes onkruid tussen de tegels doen? Zelfs dat heeft invloed op je gezondheid. De Gezondheidsraad en de Raad voor Ruimtelijk, Milieu- en Natuuronderzoek verdiepen zich hier al jaren in. Zo ontdekten ze dat contact met groen kan helpen bij het herstel van stress en het ontstaan van chronische stress kan tegengaan. Groen zet ook aan tot bewegen en helpt daarom obesitas en samenhangende ziektes als diabetes en hart- en vaatziekten tegen te gaan. Daarom adviseert de Gezondheidsraad om in meer steden groen voor recreatie aan te leggen. Het onderzoek van Mackenbach sluit hier mooi op aan: “Bewoners in buurten met meer groen en water zijn gelukkiger, net zoals mensen die in buurten wonen met minder straatvuil, graffiti en beter onderhouden stoeptegels en huizen. Hoe meer er in een buurt te doen is, des te minder mensen met overgewicht er wonen. Als er parkjes, winkels of zwembaden in de buurt zijn, ben je eerder geneigd om de fiets te pakken of te lopen.”
Pas je ertussen?
Als je op het punt staat een nieuw huis te kopen, waar moet je dan rekening mee houden? “Lang niet iedereen heeft natuurlijk de middelen om te kiezen waar hij of zij woont. Als je deze middelen wel hebt, is het zinvol om op de sociale cultuur in de buurt te letten, of je het gevoel hebt dat je ertussen past. Hoewel jij wel kunt besluiten waar je wilt wonen op basis van hoe de buurt er dan uitziet, kan er veel veranderen door allerlei externe krachten. Denk aan supermarkten die sluiten of een nieuwe trambaan die net in jouw buurt wordt aangelegd. De grootste rol ligt daarom toch echt bij de overheid.”
Of je postcode echt bepaalt hoe gezond je bent, is lastig te beantwoorden. Eén ding is zeker: de buurt waarin je woont, kan zeker effect hebben op je gezondheid. Ik ben alleen het levende bewijs dat het niet hoeft. Ondanks dat ik aan een drukke weg woon (stikstofdioxide en fijnstof!), weinig groen om mij heen heb en door alle afhaalrestaurants regelmatig verleid wordt tot een ongezonde keuze, voel ik me gezond en gelukkig omdat ik zelf gezonde keuzes maak. Alleen moet ik toch maar eens bij mijn buren aanbellen. Al is het maar om te ontdekken wie er nog meer op dezelfde postcode woont.
3 apps om je buren beter te leren kennen
Een kwart van de Nederlanders spreekt hun buren niet of nauwelijks, bleek uit onderzoek van stichting Buurtlink. Een kopje suiker lenen is een beetje ouderwets, maar wel effectief. Een andere manier om je buurgenoten beter te leren kennen, is door één van deze apps te gebruiken:
Nextdoor: samen met je deelnemende buurtgenoten laat deze app je je directe omgeving in de gaten houden. Handig als je je huissleutel bent vergeten of als de kat is weggelopen.
WijdeWijk: een ideale app om de activiteiten bij jou in de buurt in de gaten te houden. Zo mis je nooit meer een buurtbarbecue of plaatselijke rommelmarkt.
Veiligebuurt: als je geen zin hebt om een WhatsApp-groep aan te maken, is het slim om deze app te installeren. Houd samen een oogje in het zeil.
Peerby: niet overal aanbellen als je een luchtbed of hogedrukspuit wilt lenen, maar alleen een oproep plaatsen in de app. Uitlenen 2.0.
Joreintje Mackenbach is gezondheidswetenschapper en werkt als postdoctorale onderzoeker bij het VU Medisch Centrum. Ze promoveerde op onderzoek naar het risico op overgewicht in ongezonde buurten.