Zijn bubbels slecht voor je?
Het bruist, het bubbelt en het maakt ons drankje meteen een stuk feestelijker: koolzuur. Koolzuur zit dan ook in veel drankjes, zoals frisdrank en bruisend bronwater. Maar hoe ontstaan deze bruisende bubbels waar we met zijn allen zo dol op zijn? En kleven er ook nadelen aan?
Kleine gasbelletjes
De prik in frisdrank en bruisend water noemen we koolzuur. Koolzuur ontstaat door koolstofdioxide (CO2), ook wel kooldioxide of koolzuurgas genoemd, op te lossen in water. Koolzuur is een natuurlijk gas, maar wordt altijd aan dranken toegevoegd. Sommige waterbronnen bevatten van nature een beetje CO2, maar dit licht sprankelende water bevat te weinig koolzuur om echt ‘prik’ in een fles te krijgen. Bij de productie van koolzuurhoudende dranken wordt koolzuur onder hoge druk toegevoegd. Als de druk eraf gaat, dus als je een fles cola of bruiswater opent, verdampt het koolzuur omdat er zuurstof bijkomt. Niet vergeten die dop op de fles te doen, dus.
Koolzuur en je tanden
Dat frisdrank slecht voor je tanden is, klopt als een bus. Maar geldt dat ook voor koolzuur? Het juiste antwoord is: nee. Dat zit namelijk zo. Hoe lager de pH-waarde, hoe zuurder. De zuurgraad in je mond heeft meestal een pH-waarde van 7 en dit is neutraal. Hoe lager de zuurgraad in je mond, hoe groter de kans op schade aan je gebit. Aan cola wordt bijvoorbeeld fosforzuur met een zuurgraad van rond de 3 toegevoegd en je raadt het al: dat is inderdaad slecht voor je tandglazuur. Koolzuur is van zichzelf een zwak zuur. Als je bruisend water drinkt, zal dit voor een kleine daling in de pH-waarde in je mond zorgen. Speeksel neutraliseert dit meteen en daarom is de kans dat je tanden beschadigen héél klein. Het is dus niet de koolzuur waar je voor op moet passen, maar de andere zuren in frisdrank. Britse onderzoekers ontdekten dit door tanden een tijdje te bewaren in verschillende koolzuurhoudende dranken. Vooral ijsthee en energiedrankjes bleken de tanden geen goed te doen. Aan de tanden in bruisend water veranderde daarentegen niets.
Feit: Koolzuur heeft geen kleur, geur of smaak, alleen de bubbels zorgen voor de smaakbeleving.
De eerste frisdrank
De Schotse chemicus Joseph Black ontdekte koolzuur in het jaar 1750. Zo’n twintig jaar later was het de Engelse scheikundige Joseph Priestley die een drankje met prik ontwikkelde: koolzuur met water. De Zweedse chemicus Torbern Bergman deed dit een paar jaar later met limonade. Frisdrank werd geboren.
Van koolzuur kun je een opgeblazen gevoel krijgen
De bubbels in koolzuurhoudende dranken zorgen voor extra lucht in je maag. Daardoor kun je gaan boeren, een opgeblazen gevoel krijgen of last hebben van winderigheid. Gelukkig kan dit geen kwaad, omdat het tijdelijk is. Alleen als je last hebt van prikkelbare darmen of veel maagzuur kun je koolzuur beter vermijden, het kan dan de klachten verergeren.
Pijn in je neus
Iedereen kent het pijnlijke gevoel als je te snel een glas fris drinkt. Hoe komt dat? Het blijkt dat frisdrank met koolzuur erin de pijnsensoren in de neus op dezelfde manier activeert als bij bijvoorbeeld mosterd. Frisdrank is niet scherp of kruidig, maar je lichaam denkt van wel. Dit ontdekten onderzoekers van de University of South California.