We eten. En precies daar gaat het fout. We doen, maar denken er niet bij na. Gelukkig maar; want het is nogal een opgave bij elke maaltijd, drie keer per dag, 365 dagen per jaar, na te denken. Eten is routine, en zo hoort het ook. Maar het is juist de routine die ons dik maakt.
Je denkt dat je te dik wordt van snoepen op feestjes, uit eten gaan tijdens de vakantie of van die overdadige diners tijdens de kerst. Maar deze momenten zijn de uitzondering, en die uitzonderlijke momenten maken je niet dik. Het zijn juist de alledaagse eetgewoontes die ons langzaamaan, pond voor pond, dikker maken.
Iedereen heeft ‘dikmakende’ kookgewoontes, snoepgewoontes of eetgewoontes. Je eet altijd netjes je bord leeg, ook als je al vol zit. Bij de koffie altijd een koekje, altijd een patatje na het sporten, altijd een glas wijn en nootjes ‘s avonds.
Routine maakt dik
Eten is routine. En daar precies daar gaat het fout! Want in die dagelijkse routine zitten soms serieuze dikmakers. De eet- en drinkgewoonten zijn zo ingesleten en persoonlijk, dat je ze niet eens zult herkennen als ‘dikmakend’. Zo eet je gewoon!
Een dikmakende gewoonten doorbreken is moeilijk; soms omdat je deze routine niet eens herkent als dikmaker – zo gewoon is het. Wie altijd koffie met suiker drinkt , zal daarin met moeite een dikmaker herkennen. En je gúnt jezelf dat patatje na het sporten. Toch kom je door al die eetroutines, langzaam maar zeker aan ondanks dat je hetzelfde eet voor je gevoel.
Dit wordt je slanke doorbraak
De grootste valkuil van dik worden, is dat we verkeerde eetgewoontes hebben ontwikkeld. We kennen onze drijfveren (te) slecht. Wie die drijfveren leert kennen, kan een slanke doorbraak forceren. Je hoeft daarvoor niet levenslang op dieet, maar ‘alleen maar’ bepaalde gewoontes afleren en nieuwe gewoontes aanleren. Moeilijk? Ja. Maar daar staat tegenover dat je je nooit meer hoeft in te houden op zon- en feestdagen!
Een grappig onderzoekje uit de Verenigde Staten toonde dit principe heel duidelijk. Aan deelnemers werd gevraagd bij te houden wanneer ze aten. Vooraf gaven ze aan drie maaltijden per dag te eten en af en toe een tussendoortjes. In werkelijkheid bleken de 150 deelnemers in de pilot de hele dag door ‘hapsnap’ te eten: achter hun computer, tijdens het benzine tanken en zelfs in hun bed. Meer dan tien procent van de dagelijkse calorie-inname bleek na negen uur ‘s avonds naar binnen te worden gewerkt.
Oké, Amerikanen … Maar toch. Grote kans dat ook wij Nederlanders onze eetroutine onderschatten. De beste manier om dat te ontdekken, is het bijhouden van een eetdagboek. Schrijf hier niet in wát je eet, maar wannéér je eet en waarom. Gewoontes kun je pas veranderen als je je routine kent en herkent.