gezondNU schreef jaren geleden al over het nut van vitamine D en hoe bizar het is dat we bang zijn gemaakt voor zoiets natuurlijks als de zon. Hoe is de situatie anno 2011? Wordt de zon langzamerhand weer onze vriend?
We maken in de huid vitamine D aan dankzij zonlicht vanaf april tot en met oktober (in de winter dus niet). Deze vitamine houdt de botten stevig en beschermt daarmee tegen osteoporose (botontkalking) en mogelijk ook tegen bepaalde vormen van kanker. Maar de zon kan tegelijkertijd huidkanker veroorzaken. Gloort er een gulden middenweg?
Oktober 2008 – “We zijn zó bang gemaakt voor de zon”, zegt osteopaat Manuel van Tintelen in gezondNU. “Terwijl zon en daglicht juist zo goed zijn voor de aanmaak van vitamine D.”
Maart 2011 – gezondNU meldt dat Britse dermatologen minder ‘antizon’ zijn geworden. Hun nieuwe advies: geniet ’s middags een aantal keren per week, gedurende tien tot vijftien minuten, onbeschermd van de zomerzon.
In de zomer van 2010 kondigde de Britse kankerbestrijding aan haar zonadvies radicaal te veranderen. Jarenlang was ‘mijd de zon!’ het advies. Inmiddels wordt een kortdurende en onbeschermde blootstelling geadviseerd. Met één belangrijke waarschuwing: ‘voorkom verbranding!’.
Dit roept de vraag op of ook in Nederland de zonadviezen aan het verschuiven zijn.
Bij de dermatologen is daar nog weinig van te merken. Op de website van hun beroepsvereniging lezen we: ‘De beste en meest logische manier om huidbeschadiging door de zon te voorkomen, is het mijden van sterk, direct zonlicht. Uit de zon blijven dus; in Nederland vooral tussen 11.00 en 15.00 uur.’
Maar bij KWF Kankerbestrijding zijn de panelen wel aan het schuiven. Al is een van de tips op haar website nog steeds: ‘Ga niet zonnebaden tussen 12.00 en 15.00 uur’. Dit advies is inmiddels in tegenspraak met het KWF-rapport ‘De relatie tussen kanker, zonnestraling en vitamine D’. In dit rapport uit augustus 2010 is er een verband tussen een hoog vitamine D-niveau in het bloed en een verlaagde kans op dikkedarmkanker. Ook lijkt er een relatie te bestaan tussen vitamine D en een lager risico op borst- en prostaatkanker.
Zon en haring
Uit al deze berichten en discussie blijkt wel dat een zonadvies genuanceerd ligt. Verbranding van de huid dient volgens het KWF-rapport absoluut te worden voorkomen. Dit draagt bij tot het ontstaan van huidkanker. Maar dit staat een ‘geregelde matige blootstelling aan zonnestraling’ niet in de weg. “Naar schatting is een dagelijkse blootstelling gedurende vijftien tot dertig minuten van hoofd, handen en onderarmen – op een zomerse dag rond het middaguur, als de zon op haar hoogst staat – voor mensen met een blanke huid voldoende om de benodigde hoeveelheid vitamine D aan te maken’, aldus het nieuwe devies. Let wel: het gaat hierbij om onbeschermde blootstelling. Het gebruik van zonnebrandcrème met een hoge factor blokkeert UV-licht en daarmee de vorming van vitamine D in de huid. Reden voor de Amerikaanse vitamine D-expert dr. Michael Holick om mensen aan te raden op het strand eerst vijf à tien minuten van de zon te genieten en zich daarna pas in te smeren.
Mensen met een donkere huid, ouderen en mensen die weinig buiten komen, zijn gebaat bij iets langere zonblootstelling, aldus het KWF-rapport. Naarmate iemand een donkerder huidskleur heeft, is het moeilijker om voldoende vitamine D aan te maken. Het pigment in hun huid werkt als een sunblocker, met een beschermingsfactor van 15 tot 30. Met het vorderen van de leeftijd wordt de huid dunner. Ook dit belemmert de aanmaak van vitamine D.
Overigens is de zon niet de enige bron van deze cruciale vitamine. Ook voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong bevatten vitamine D, met vette vis als rijkste bron. Ons lichaam neemt ongeveer de helft op van de in de voeding aanwezige vitamine D (de opname uit voedingssupplementen ligt een stuk hoger: 55 tot 99 procent). Maar: niet gaat dus boven een harinkje happen op een zonnige boulevard!
Welles/nietes: de zon is gevaarlijk
Meer informatie:
- www.huidarts.info
- www.kankerbestrijding.nl
- www.nieuwlichtopvitamined.nl