Passie voor eten beperkt zich niet tot de eettafel. Het begint bij de oorsprong van ons voedsel: de makers. gezondNU zoekt door heel Nederland naar mensen met een hartstocht voor (h)eerlijk eten. Deze keer ontmoeten we twee pioniers: John en Wilma Huisman, biologische wijnboeren uit Balkbrug.
Afgelegen tussen groene weilanden en kronkelende landwegen staat een oud wijnvat met ‘Wijngoed de Reestlandhoeve’ langs de weg Een houten wijnfles wijst naar een parkeerplaats, een voormalig stukje weiland.
Ligt achter deze oer-Hollandse boerderij een wijngaard? Moeilijk voor te stellen. Maar een kwartier later niet meer. Wijnboer Wilma geeft een rondleiding; het wandelpad loopt langs een grote vijver en ineens zie ik duizenden wijnstokken schitteren tegen een strak blauwe lucht. Alsof ik in Frankrijk ben! We zijn aangekomen in de wijngaard.
Verbonden met de druiventros
Niet alleen een wijngaard in Balkbrug is bijzonder, maar ook het verhaal erachter. Als John eind jaren negentig een hernia krijgt, komt hun biologische melkveehouderij op losse schroeven te staan. Zo doorgaan was wegens Johns gezondheid onmogelijk. Wilma: “Achteraf zijn we blij dat dit ons is overkomen, maar ik weet nog precies wanneer de koeien vertrokken.” Met pijn in het hart beseft het echtpaar dat ze een nieuwe start moeten maken. Wanneer ze op een avond onder het genot van een wijntje er nog eens over nadenken, zegt Wilma: “Hoe zou het zijn als we ’s avonds op de bank onze eigen wijn konden drinken?” Die avond ontpopt zich een nieuwgeboren droom.
Het is John en Wilma vanaf het begin duidelijk. Als ze het doen, doen ze het goed. En dat betekent biologisch. “Wijn is een genotsmiddel, dat moet niet ten koste gaan van de natuur.”
In 2003 delen Wilma en John hun plannen voor een wijngaard met vrienden. Zij verklaren hen voor gek. “Maar ze beloven ook dat als we daadwerkelijk de wijngaard zullen beginnen, zij komen helpen met het aanplanten. Daar hebben we ze aan herinnerd.” Zo zijn de ‘Vrienden van de wijngaard’ ontstaan. Inmiddels is de groep gegroeid en helpen zij bij ieder stadium van de wijngaard – van het planten tot de oogst.
“In de lente worden de takken soepeler en beginnen ze te groeien. Dan plannen we een dag om takken aan te binden. Het is een voorzichtig werkje, omdat er nog wel eens een tak afbreekt. Dat overkomt iedereen. Je voelt je bijna schuldig tegenover de plant. Zo verbonden voelen we ons met elkaar én de druivenstokken.”
Puberende pioniers
Wijngoed de Reestlandhoeve is één van de ruim honderdvijftig wijngaarden in Nederland, maar één van de weinigen die biologisch teelt. “We werken met speciale wijnrassen die zich prima lenen voor biologische teelt. Zo zijn deze rassen bijvoorbeeld beter bestand tegen schimmels. Bijkomend voordeel: ze groeien goed bij lagere temperaturen. De klimaatsverandering helpt daar ook nog een handje bij. Meer zon, minder regen.”
Biologische wijnbouw vraagt om creatieve oplossingen. Geen ziekten bestrijden met chemische middelen, maar de plant zelf versterken. “We moeten zorgen dat de wijngaard in goede conditie is. Als er eenmaal schimmel is, kunnen we daar weinig tegen doen. Er staat daarom geen windhaag om de wijngaard. De wind blaast het blad dus droog. Zonder nattigheid kan de schimmel niets meer.”
Toppertje
Melkveehouders die een wijngaard starten: dat vraagt om veel nieuwe kennis. Langzaamaan bouwen John en Wilma die kennis op. In de winter volgen ze cursussen en proeven ze wijnen. “Alles wat je meeneemt vanuit het buitenland moet je terugvertalen naar het Nederlandse klimaat. En die buitenlandse ideeën pakken hier soms heel anders uit. Zo had ik eens een Duitse rode wijn geproefd van muskaatdruiven. Ik dacht: Die wil ik ook! Ik plantte vijftienhonderd stokken aan. En wat bleek? Ze waren prima om te eten, maar niet om wijn van te maken. Via Google ontdekte ik een Zwitserse muskat blue. Wijn met koolzuur. Friszoet van smaak, met minder alcohol. Je raadt het nooit. Het is een toppertje, echt een toppertje! Dat is zo’n goede stap geweest; hij loopt als een tierelier.”
Zo zoeken John en Wilma hun eigen weg door de druiven en de wijnen. “Ik weet niet of er een makkelijke weg is in de wijnbouw. We hadden naar Frankrijk kunnen gaan, daar zijn wijngaarden genoeg. Wij vonden het juist interessant om hier in Nederland een wijngaard te beginnen.”
Druivendokter
Naast wijnboerin is Wilma klassiek homeopaat. Wandelend door de wijngaard past ze haar homeopathische kennis toe op de wijnstokken. Bijvoorbeeld aan het begin van het seizoen, wanneer de uitlopers aan de takken beginnen te groeien. Dit maakt de takken extra kwetsbaar. “Je hoeft ze maar aan te raken en ze vallen eraf. Eenzelfde proces maken kinderen soms door wanneer zij in de groeispurt komen. Ik probeerde het homeopathisch medicijn op de plant. Het werkt perfect. Twee dagen later zitten de takken vast.”
“Een plant vertelt niet wat hem dwarszit, maar aan de zogeheten Brix-waarde kan ik aflezen of de plant wat nodig heeft. Deze waarde zegt iets over de conditie van de druivenstok. Dit meet ik door een monster te nemen van het blad. Door de Brix kan ik aflezen hoe hoog de suikerconcentratie in het blad is. Hoe hoger de Brix-waarde, hoe gezonder de plant. Een lage waarde maakt het blad kwetsbaarder voor aantasting. Door het inzetten van het juiste homeopathisch medicijn schiet deze Brix-waarde binnen tien minuten omhoog. Dit werkt soms beter dan de reguliere inzet van (zwavel)chemische middelen. Volgens de berichten in de krant is homeopathie gebakken lucht. Maar in onze wijngaard merk ik dat het werkt. Ook al snappen we nog niet precies hoe of waarom homeopathie werkt.”
Plukdag
Wanneer de planten aan de Reestlandhoeve zijn uitgebloeid en de druiven rijp aan de wijnstokken hangen, stroomt de wijngaard vol met vrienden. Wilma zorgt voor een pan met eten en (natuurlijk) een fles wijn. Er moet een hoop gebeuren. “Zo eind september, begin oktober zijn de eerste druiven rijp. Dat is de leukste tijd. Samen met de ‘Vrienden van de wijngaard’ gaan we in de wijngaard aan de slag. Zij realiseren zich als geen ander wat er moet gebeuren voor een glas wijn. Van automonteur tot dominee, iedereen helpt mee. Dat levert de gekste gesprekken én de leukste contacten op.”
Wanneer de druiven zijn geplukt, komen John en Wilma in het Twentse Bentelo samen met andere wijnboeren uit de omgeving. Hier brengen ze hun oogst naar toe, het resultaat van een jaar hard werken. Met de hulp van een Duitse wijnmaker komt hun Reestlanderwijn tot stand. Nadat de druiven zijn geperst, worden eikenhouten vaten gevuld met het sap en kiezen ze de juiste gist. Alles om de druiven tot hun recht te laten komen. Maar smaken de druiven van John en Wilma dan niet hetzelfde als die van de andere wijnboeren? “Nee, als ik verschillende wijnen proef, weet ik: Dit is mijn wijn. Onze wijnen typeren zich door hun zuiverheid. Fris, met een licht aardse smaak. Waaraan dat ligt? Smaak is afhankelijk van de bodem. Onze wijngaard heeft een zanderige bodem, vol oerijzer. Of onze biologische teelt van invloed is, durf ik niet te zeggen.”
In de keuze voor de smaak van hun wijn hadden John en Wilma een duidelijk beeld voor ogen. Een frisse wijn om lekker mee te ontspannen. Maar hoe bepaal je die smaak? “In februari of maart proeven we voor in de wijnmakerij. Dan maken we de keuze om ze te mixen of apart verder te laten ontwikkelen. Dat is afhankelijk van de smaak. En die is elk jaar verschillend. Eigenlijk is de smaak voor vijfentachtig procent bepaald in de wijngaard. Zijn de druiven een jaar minder zoet, dan moet de wijnmaker iets harder zijn best doen. Na het proeven in de wijnmakerij nemen we altijd wat wijn mee naar huis. Dan proeven we ‘m in een heel andere sfeer, ’s avonds op de bank, en valt onze definitieve keuze.”
Prachtig vertrekpunt
John en Wilma zien hun Reestlanderwijn als de bevestiging dat het mogelijk is om in Nederland goede wijn te maken. “We hebben naar een zeer hoge kwaliteit gestreefd, zo hoog dat driesterrenrestaurant De Librije onze wijn op de kaart zou willen hebben. Daarvoor gaven we onszelf vijf jaar de tijd. In 2004 ontkurkten we onze eerste witte wijn en rosé. We waren erg trots op het resultaat. Maar het is ons kindje, dus hoe kritisch ben je? Nadat we bij de Nationale Keuring brons en zilver kregen, durfden we een gokje te wagen. We leverden onze wijnen af bij De Librije. Diezelfde avond ging de telefoon. Ze hadden onze fles ontkurkt en reageerden enthousiast. We waren aangenaam verrast.” Wilma blijft even stil, denkt nog eens goed na en lacht: “Nee, dat klinkt te slap. Het was fantastisch! De bevestiging dat met hulp van vrienden, vrijwilligers en biologische teelt het mogelijk is goede kwaliteit te leveren. Binnen een jaar stond onze wijn op hun kaart. Een prachtig vertrekpunt.”
Wijngaard
De Reestlandhoeve is gelegen in het Reestdal, op de grens van Overijssel en Drenthe. De druiven worden bio-dynamisch geteeld en zijn dus de basis van Nederlandse biologische wijn. De wijnen wonnen reeds verschillende nationale en internationale prijzen. reestlandhoeve.nl