Een mens kan weken leven zonder voedsel, zonder drinken ongeveer vier dagen, maar zonder zuurstof overleven we nog geen vijf minuten. Zonder zuurstof geen leven.
Elke lichaamscel heeft zuurstof nodig om te bestaan en te werken. Dat zit als volgt; in lichaamscellen wordt de zuurstof die we inademen, gebruikt om voedingsstoffen (vetten, eiwitten en koolhydraten) te verbranden. De energie die vrijkomt bij die verbranding, zet het lichaam om in een hartslag, in lichaamstemperatuur en in het functioneren van alle organen. Om dat proces te garanderen, halen we elf- tot zestienmaal per minuut adem.
Ingeademde lucht bevat ongeveer twintig procent zuurstof, uitgeademde lucht ongeveer veertien procent. Bij iedere keer ademhalen, vindt er dus een opname plaats van zes procent zuurstof.
De opname van zuurstof vindt plaats in de longblaasjes. Via de bloedvaatjes rond de longblaasjes verbindt de zuurstof zich in het bloed met de bloedkleurstof hemoglobine. Vervolgens wordt de zuurstof via het hart door het hele lichaam gepompt.
Bij de opname van de zuurstof komt ook een afvalproduct vrij: kooldioxide. Deze verlaat via de uitademing het lichaam.
De ingeademde zuurstof legt een lange weg af. Een ademteug gaat via de bovenste luchtwegen (neusholten, neusbijholten, mond en keel), naar de onderste luchtwegen (strottenhoofd, luchtpijp, hoofdbronchiën, bronchiën en de longblaasjes).
De rol van de neus
De neus doet meer dan alleen lucht binnenlaten. Hij verwarmt, bevochtigt en zuivert de lucht. Dat is nodig want een groot deel van het jaar is de ingeademde lucht te droog en te koud voor de longen.
De neus zuivert ook de verontreiniging uit de lucht die we inademen, zoals stof, rook en ziektekiemen. Neusharen en de trilhaartjes in de bovenste laag van het slijmvlies werken als een filter voor deze vervuilde lucht. Zij zorgen ervoor dat stofdeeltjes en bacteriën vermengd worden met slijm en via de keelholte naar de maag verdwijnen. Daar worden ze door het maagzuur verteerd.
De neus scheidt per dag ongeveer een liter kleverig slijm af waarin stof en bacteriën blijven steken. Elke twintig minuten produceert de neus een nieuwe slijmdeken. Om die reden is ademen via de neus belangrijk; het is een lichaamseigen bescherming.
Ademen met de hersenen
Het ademhalen gebeurt zonder nadenken. Volautomatisch, gemiddeld zo’n elf- tot zestienmaal per minuut, ademen we ongeveer een halve liter lucht in. De longen lijken in dit proces het meest belangrijk, maar schijn bedriegt. Want het zijn wel degelijk de hersenen die het ademen sturen. De hersenen geven de spieren in de borstkas en het middenrif een seintje tot in- en uitzetten waardoor de ademhaling in gang wordt gezet. Zodra het koolzuurgehalte in het bloed stijgt, geven de hersenen de prikkel om te ademen.
Ook het zuurstofgehalte wordt door receptoren in de wanden van de halsslagaders in de gaten gehouden. Vermindert de hoeveelheid zuurstof in het bloed, dan krijgt ons ademhalingsstelsel een seintje en wordt het direct gevoeliger voor koolzuur, waardoor weer de prikkel tot ademactiviteit wordt gegeven.
Hoog ademen
Bij veel mensen gaat een ademteug niet dieper dan het bovenste deel van de longen; bij een ademhaling gaat alleen de borstkas op en neer. Terwijl een ademteug ook helemaal tot onder in de longen kan stromen; dan gaat het middenrif, het deel tussen de buik en de borst, op en neer. Wie gaat liggen en rustig ademt, merkt dat een ademteug dan met gemak tot in de buik komt.
Juist het middenrif is bij de ademhaling belangrijk. Bijvoorbeeld bij ademtherapie, maar ook bij yoga, wordt geleerd ‘laag’ te ademen; zodat de ademteug naar het middenrif en de buik stroomt. Alleen maar ‘hoog’ ademen kan het gevoel van onrust in een stressvolle periode verder aanjagen.
Zuurstof ‘tanken’
- Woon en werk zoveel mogelijk in goed geventileerde kamers. Ventileren betekent dat er 24 uur per dag zuurstof de kamer instroomt, bijvoorbeeld door de ramen op een kiertje te zetten.
- Laat de longen elke dag een keer flink werken; gebruik de trap of fiets een stuk hard.
- Beweeg dagelijks in de buitenlucht.
- Probeer ‘recht’ te zitten. Ineengedoken zitten, belemmert de ademhaling omdat de longen in de verdrukking zitten.
- Doe af en toe een ademhalingsoefening: Adem langzaam via de neus in, wacht vijf tellen en neem zeven tellen de tijd om uit te ademen. Adem langzaam door de mond uit.